Pensioenen

Witte sneeuw, zwarte sneeuw

Ten tijde van het schrijven van deze column lag er buiten nog een mooi pak sneeuw. Niet iedereen was daar blij mee. Als oud-rallyrijder vind ik het fantastisch. Sinds kort rij ik elektrisch in een auto met vierwielaandrijving en ik kan u zeggen: het was weer even ouderwets genieten. Lekker door de bochten en alle technieken weer opgefrist. Wat heeft dat met pensioenen te maken? Leest u verder.

Tussen de bedrijven door heb ik wat berichtgeving uit het Financieel Dagblad geanalyseerd. Het gaat nog slechter met de pensioenfondsen dan we al dachten, althans als ik de berichten mag geloven. De rekenregels zijn weer iets verder aangescherpt en dat heeft een negatieve invloed op de dekkingsgraden.

Pensioenfondsen zien dus zwarte sneeuw. Het is een gevolg van een, in Europees perspectief, erg rigide beleid van DNB met betrekking tot de rekenrente bij pensioenfondsen. DNB bepaalt de rekenrente waarmee alle toekomstige uitkeringen contant worden gemaakt. Op basis van deze risicovrije rente wordt de totale pensioenverplichting berekend. Dat leidt tot extreem hoge verplichtingen en dat is jammer voor de gepensioneerden; zij krijgen weer geen indexatie. Maar ook jammer voor de werkenden; ook zij zijn afhankelijk van indexaties. Als ze die niet krijgen, is hun pensioen al bij aanvang niets meer waard.

Witte sneeuw

Maar er is ook goed nieuws, zo blijkt uit hetzelfde FD. Pensioenfondsen hebben in 2020 tussen de
5 en 7 procent rendement gemaakt. In 2019 was dat zelfs gemiddeld 18 procent. Dat is goed nieuws, zou je denken: dus toch witte sneeuw. En er is meer goed nieuws. De meeste pensioenfondsen hebben de premie aanzienlijk verhoogd, soms wel met 5 procentpunten. En u zult het niet geloven, maar er is nog meer witte sneeuw. Pensioenfondsen weten nu al zeker dat ze de komende jaren gemiddeld, net als in de afgelopen jaren, een rendement zullen halen van 7 procent. Fantastisch nieuws, het pensioenlandschap kan niet mooier, één grote witte deken over ons land en laat de zon maar schijnen.

De Waard

Het gezegde luidt: "Dat is buiten de waard gerekend." In dit geval is de waard DNB: het gemaakte rendement en de toekomstverwachtingen worden volledig genegeerd. In plaats van een beetje optimisme, bijvoorbeeld een rekenrente van 1 of 2 procent, is het gewoon 0 procent en dat blijft het. En dat terwijl we zo ons best doen en zo'n fantastische prestatie hebben geleverd in de afgelopen tien jaar. Het pensioenvermogen is gestegen van 700 miljard naar 1.700 miljard. In andere Europese landen wordt hier veel makkelijker mee omgegaan. Daar wordt de toekomstige rendementsverwachting, die echt wel serieus moet zijn opgesteld, in enige mate meegenomen. Dat geeft een veel rooskleuriger, maar ook reëler beeld. In Nederland echter gaan wij een miljarden kostende operatie inzetten onder de naam 'pensioenakkoord'. Hierbij worden zekerheden opgegeven, niet alleen vanaf nu, maar ook over alle in het verleden opgebouwde rechten. Voor die zekerheden hebben we een hoge prijs betaald en die betalen we straks nog een keer.

Ik adviseer de DNB ook eens na een goede training plaats te nemen in een elektrische auto met vierwielaandrijving en dan wat stevig bochtenwerk te doen. Dat leidt misschien tot de realisatie dat iets dat normaal gesproken risicovol aanvoelt met de juiste voorzorgsmaatregelen en kennis toch een verantwoorde keuze kan zijn.

Paul van der Heide is hoofd Pensioenjuristen en actuariële diensten bij Hermans & Partners.

Gerelateerd

3 reacties

Frans Kersten

AP moet natuurlijk DNB zijn .... (maar daar heb ik het meest mee te maken).

Frans Kersten

geachte heer Wezenberg, in aanvulling op uw vragen roept dat bij mij dan weer andere vragen op:
(1) waarom leven de bestuurders van de pensioenfondsen hun eigen reglement niet na, volgen ze de AP als makke schapen en negeren ze daarmee hun belangrijkste stakeholders, de pensioengerechtigden; in de media hoor en zie je ze enkel klagen terwijl de oplossing dus kennelijk binnen bereik is;
(2) waar is dan de accountant die immers ook moet vaststellen dat wet- en regelgeving wordt nageleefd.

Vriendelijke groet,
Frans Kersten

J.N. Weezenberg RA

Geachte Heer van der Heide,

Gelezen op website DNB
Op deze pagina
Vraag:
Antwoord:


24 februari 2011
Toezicht


Vraag:
MOET
een pensioenfonds in het pensioenreglement een bepaling opnemen betreffende het korten van pensioenaanspraken en pensioenrechten?

Antwoord van DNB:
Ja, een pensioenfonds MOET op grond van artikel 35 van de Pensioenwet (Pw) in het pensioenreglement een bepaling opnemen betreffende de kortingsregel van artikel 134 Pw: het korten van pensioenaanspraken en pensioenrechten.

In artikel 134 Pw staat onder welke voorwaarden een pensioenfonds ......LET OP ... MAG korten.

Niet uitkeren van beschikbaar geld is korten !
Maar dat is niet verplicht.

Er staat in artikel 134 Pw niet dat in het pensioenreglement MOET worden opgenomen hoeveel de rechten en aanspraken van deelnemers dalen als gevolg van toepassing van de kortingsregel.

Mijn conclusie is dat DNB "haar boekje te buiten gaat"

En dat dit door de wetgevers (i.c. parlement) als zoete koek wordt geslikt.

Kunt U, als deskundige, aangeven op welke punten ik onzin zit te schrijven ?


PS: voor de nog actieve deelnemers kan een vergelijkbaar verhaal worden geschreven.


Vriendelijke groet,
J.N. Weezenberg RA

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.