Pensioenen

Alle accountantskantoren verplicht naar Pensioenfonds PGB?

In de statuten van het Pensioenfonds PGB staat zakelijke dienstverlening vermeld als aangesloten bedrijfstak. Betekent dit dat accountantsorganisaties, pensioenadviseurs en wellicht zelfs advocaten onder de werkingssfeer van dat pensioenfonds vallen?

Paul van der Heide

Of dat erg zou zijn, is maar de vraag. Het pensioenfonds voor de grafische bedrijven biedt een gegarandeerde maximale geïndexeerde middelloonregeling - de allerbeste regeling die je kunt krijgen -  voor een premie van 19,5 procent (21,5 procent voor 2016) van de pensioengrondslag. Dat is beslist een zeer goede prijs/prestatieverhouding, zeker als de werknemers ook nog eens de helft, of zelfs meer, van de premie bijdragen. Bij de meeste pensioenfondsen met een vergelijkbare pensioenregeling wordt een premie gevraagd van rond de 30 procent en bij pensioenverzekeraars kun je niet eens een geïndexeerde middelloonregeling sluiten, die kennen alleen niet-geïndexeerde middelloonregelingen. Voor zo'n gewone middelloonregeling, niet geïndexeerd, betaal je bij een verzekeraar momenteel vaak een premie die hoger is dan die bij PGB, terwijl die actuarieel gezien veel minder waard is (soms maar de helft) dan een geïndexeerde middelloonregeling.

Beschikbare premie

Dus ook voor werknemers is de PGB-regeling een meer dan goede regeling. Bij de meeste accountantsorganisaties hebben werknemers nu een beschikbare premieregeling. Wat het uiteindelijke pensioen wordt, is dan vaak onduidelijk. Daarnaast haal je met de maximale premiestaffels van het ministerie van Financiën bij lange na niet hetzelfde pensioenniveau als bij PGB. De PGB-regeling is dus kwalitatief erg goed, (praktisch) 100 procent gegarandeerd en ook nog eens hartstikke duidelijk voor de deelnemers.

Hoe is het nu gekomen dat alle zakelijke dienstverleners plotseling onder de werkingssfeer van Pensioenfonds PGB vallen? Het zijn immers de sociale partners die gezamenlijk aan het ministerie van Sociale Zaken om een verplichtstelling van een pensioenfonds kunnen verzoeken. In het geval de minister dit verzoek inwilligt, is het pensioenfonds in die sector verplicht. Dat is in de zakelijke dienstverlening niet gebeurd, dus dat is het antwoord niet. Het is dus geen verplichte aansluiting op grond van een beschikking van Sociale Zaken.

Een andere mogelijkheid is dat het pensioenfonds een onderneming vrijwillig aansluit. Wettelijk is deze mogelijkheid echter beperkt tot aansluiting op grond van een historische band of voor het geval de onderneming de loonontwikkeling in die betreffende bedrijfstak volgt. Ook daarvan is hier geen sprake.

Briljant

Er is iets anders aan de hand. Pensioenfonds PGB heeft een soort juridische U-bocht genomen. Ik moet zeggen dat ik hem briljant vind, ik vraag me echter af of het doelbewust is gedaan. PGB heeft in de statuten opgenomen dat de zakelijke dienstverlening, samen met nog een paar andere bedrijfstakken, onder de werkingssfeer van het fonds valt. Dit is niet hetzelfde als een uitbreiding van de verplichtstelling (dat kan het fondsbestuur immers niet in zijn eentje beslissen) maar staat ook niet precies gelijk aan een vrijwillige aansluiting.

Op het eerste gezicht lijkt dit een onzinnige bepaling, maar dat is dan buiten de waard gerekend. Juridisch creatief gesproken, vind ik hem echt heel goed. Nu kan de zakelijke dienstverlening in de perceptie van het fonds dus wel worden aangesloten, zonder dat aan de vereisten voor een vrijwillige aansluiting voldaan zou hoeven te worden.

Feestje voorbij

Dit is ook de overheid opgevallen. Eind vorig jaar heeft staatssecretaris Klijnsma van SZW meegedeeld dat uitbreiding van de statutaire werkingssfeer weliswaar niet verboden is, maar dat op deze wijze onduidelijkheid kan ontstaan over de voorwaarden die gelden bij een dergelijke aansluiting. Om aan deze onduidelijkheid een eind te maken wordt de Pensioenwet aangepast. Per 1 januari 2016 treedt artikel 121a  in werking. Dit artikel stelt de voorwaarden bij aansluiting op grond van statutaire werkingssfeer gelijk aan de voorwaarden voor vrijwillige aansluiting. Vanaf 1 januari is het feestje dus eigenlijk voorbij, tenzij de onderneming de loonontwikkeling van de grafische industrie wil volgen. Ook blijft aansluiting mogelijk in geval de onderneming een historische band heeft met die bedrijfstak of een verbondenheid heeft met een onderneming die wel verplicht is aangesloten. Dat laatst lijkt overigens niet erg waarschijnlijk.

Impasse

In de tussentijd is wel sprake van een soort impasse, want als men zich nu aanmeldt, kan dat zonder nadere voorwaarden. Er is geen overgangsrecht. Wellicht dat aansluiten toch de moeite van het overwegen waard is, voor iedereen die dat voor 31 december 2015 zou kunnen.

Dat geldt ook voor de zakelijke dienstverlening. Wellicht willen werknemers zelf wel een groot deel van de premie voor hun rekening nemen in ruil voor extra zekerheid en een gegarandeerd, waardevast  pensioen. Anderzijds moeten ze dan wel de mogelijkheid accepteren van een eventuele toekomstige korting op het pensioen, mocht het pensioenfonds voor langere tijd in onderdekking geraken.

Paul van der Heide is hoofd Pensioenjuristen en actuariƫle diensten bij Hermans & Partners.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.