Fiscale pensioenreserve: gebakken lucht of de oplossing?
Het pensioen in eigen beheer staat ter discussie, dat kan niemand zijn ontgaan. Is de fiscale pensioenreserve een oplossing?
Aby Gazan
Het pensioen in eigen beheer staat ter discussie, dat kan niemand zijn ontgaan. Is de fiscale pensioenreserve een oplossing?
Staatssecretaris Weekers* liet de Kamer op 6 december 2013 weten dat hij de voorkeur gaf aan het omzetten van de huidige pensioenverplichting naar een fiscale pensioenreserve die alleen in de werk-bv mag worden opgenomen en waarop geen rekenrente mag worden losgelaten. Bovendien mag alleen worden opgebouwd in een jaar waarin (voldoende) winst in de werk-bv is gerealiseerd. Later inhalen wordt niet toegestaan.
Percentage van de winst
Wat wordt in dit kader onder winst verstaan? Dit wordt niet duidelijk in de brief. Als dit de winst is na aftrek van het dga-salaris, kan er dan nog wel iets gereserveerd worden? Bijvoorbeeld: een dga heeft één bv of een holding waarbij geen sprake is van een fiscale eenheid. Dan kan de winst na aftrek van het salaris zodanig laag zijn, dat daardoor de fiscale dotatie nihil of heel laag is. Te meer omdat de regering de gebruikelijk loonregeling gaat aanpassen.
Pensioendatum
Op de pensioendatum (AOW-gerechtigde leeftijd) moet de reserve, die geen pensioenverplichting is, worden afgestort bij een bank of verzekeraar om er vervolgens een periodieke lijfrente-uitkering mee aan te kopen. Als de dga de fiscale pensioenreserve niet gebruikt om een directe periodieke lijfrente uitkering aan te kopen, valt de reserve vrij in de winst. Hierover wordt dan vennootschapsbelasting en als extra sanctie revisierente in rekening gebracht. Vervolgens wordt na de afrekening het bedrag toegevoegd aan de algemene reserves van de bv. Bij opname hiervan moet de dga ook nog eens aanmerkelijk belangbelasting betalen.
Voordelen?
Voordeel van wat Weekers wil is dat de gelden beschikbaar blijven voor financiering van de onderneming en dat er geen (complexe) actuariële berekeningen meer nodig zijn. Ook heeft deze manier van berekenen als voordeel dat een jongere dga wellicht iets meer zou kunnen doteren dan bij een actuariële berekening omdat er geen rekening wordt gehouden met zijn leeftijd. Bovendien bestaat er geen verschil meer tussen de fiscale en commerciële waarde van de pensioenverplichting.
Materiële onderneming
Als eis wordt verder gesteld dat er alleen een fiscale oudedagsreserve kan worden gevormd in een 'materiële onderneming'. Een bv waarin geen materiële onderneming wordt uitgeoefend, komt dus niet in aanmerking. Bij een niet-materiële onderneming bestaan de bezittingen voornamelijk uit beleggingen (aandelen, obligaties, onroerende zaken). Deze eis heeft een nadeel: als de onderneming failliet gaat, wordt de oudedagsvoorziening waar ook voor geserveerd is, mee getrokken in het faillissement.
Echtscheiding en de fiscale pensioenreserve
De Wet Verevening Pensioen bij Scheiding (Wet VPS) is niet van toepassing op de fiscale pensioenreserve. Het knelpunt (afstortingsverplichting) is hierdoor weliswaar gedeeltelijk opgelost, maar deze variant kan toch tot onwenselijke situaties leiden.
De ex-echtgenote, die op huwelijkse voorwaarden zonder afspraken over pensioen is gehuwd, zou vreemd opkijken als haar pensioen conform de Wet VPS wel moet worden verdeeld, terwijl de fiscale pensioenreserve van de ex-echtgenote/echtgenoot buiten schot blijft. Het ‘niet verdelen probleem' zou nog groter kunnen worden bij overlijden, aangezien er dan nergens recht op is. Hierdoor zou de ex (met name met kinderen) ook nog eens in financiële problemen kunnen komen.
Kortom, Weekers' vookeur is niet te beschouwen als een echt dga-pensioen. Er zijn alternatieven, zoals het verplicht omzetten in een beschikbare premieregeling. Mocht deze variant toch worden gekozen, dan moet er in ieder geval nog flink aan gesleuteld worden.
* Het onderwerp van deze column is uitsluitend gekozen vanwege het belang en de actualiteit en dus nadrukkelijk niet bedoeld als natrap voor de onlangs vertrokken staatssecretaris Frans Weekers.
Gerelateerd
De ODV: wat kan of moet de dga er mee
Op 1 april 2017 is de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in werking getreden. In het kader van die wet heeft de dga de keuze om zijn in eigen beheer opgebouwde...
Wiebes: geen verlenging coulanceperiode PEB
Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën vindt verlenging van de coulanceperiode met betrekking tot de uitfasering van het pensioen in eigen beheer (PEB), die...
MKB Belangen en ZZP Nederland: verleng coulanceperiode PEB
MKB Belangen en ZZP Nederland willen dat de einddatum van de coulancetermijn waarbinnen directeur-grootaandeelhouders een beslissing moeten nemen over de bestemming...
'Een op drie ondernemers niet bewust van uitfasering PEB'
Ruim een derde van de ondernemers met een pensioen in eigen beheer (PEB) is niet op de hoogte van de uitfasering van het PEB. Dat zou onder meer liggen aan slechte...
Wft bij uitfasering PEB moeilijk te omzeilen
Bij de advisering aan de dga betreffende de Wet uitfasering PEB, is het al snel het geval dat advieswerkzaamheden onder de Wet financieel toezicht (Wft) vallen....