Tuchtrecht

Niet objectief genoeg bij brouille II

Nadat twee klachtonderdelen in hoger beroep alsnog ongegrond zijn verklaard, bevestigt de Accountantskamer de waarschuwing die eerder werd opgelegd wegens een gebrek aan objectiviteit.

Accountantskamer

Zaaknummers:
16/1172 Wtra AK
Datum uitspraak:
20 juni 2016
Oordeel:
deels gegrond
Maatregel:
waarschuwing
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2016:48

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Twee vennootschappen en een natuurlijk persoon houden de aandelen in de moeder van vier dochter-bv's. Een accountant-administratieconsulent heeft een samenstellingsopdracht voor de moeder en drie dochters.

Twee dga’s raken gebrouilleerd en vechten hun geschil onder meer uit bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam. Die schorst beide bestuurders. Overigens had de AFM één van hen al eerder weggestuurd en was de ander teruggetreden als bestuurder.

De teruggetreden bestuurder dient een klacht tegen de accountant in bij de Klachtencommissie NBA, die een groot deel van de klacht gegrond verklaart. Daarna dient de teruggetreden bestuurder een uitgebreidere klacht in bij de Accountantskamer.

De klacht houdt onder meer in dat de accountant niet objectief heeft gehandeld en dat hij:

2. in de jaarrekeningen van de moeder niet als zodanig verwerkt heeft dat over het boekjaar 2007 zes ton aan dividend is toegekend en uitgekeerd;

7b. een lening aan weer ander bedrijf heeft afgeboekt, terwijl die lening nooit is verstrekt;

10. afboekingen van de buitenlandse rekeningen ten laste van de moeder heeft gebracht, terwijl uit de facturen die de accountant heeft, blijkt dat het niet gaat om kosten die voor de moeder zijn gemaakt;

11a. een financieel overzicht over 1 januari 2012 tot en met 27 februari 2012 heeft opgesteld, dat onwaar, onbegrijpelijk en bovendien niet in lijn is met zijn eerdere (ook onjuiste) concept-jaarrekeningen;

11b. op basis van het financieel overzicht twee verschillende ‘Working Capital Statements’ (WCS’s) heeft opgesteld, terwijl hij wist hoe belangrijk een correct WCS was voor bijvoorbeeld het deel van de verkoopprijs dat de klager zou ontvangen;

12. in de WCS’s en in genoemd financieel overzicht niet-bestaande verplichtingen heeft opgenomen.

De Accountantskamer verklaart de klacht deels gegrond en legt een waarschuwing op, omdat de accountant niet objectief genoeg was. In hoger beroep verklaart het College van Beroep voor het bedrijfsleven de klachtonderdelen 2 en 10 alsnog ongegrond en zegt dat de Accountantskamer de klachtonderdelen 7b, 11 en 12 alsnog inhoudelijk moet behandelen.

Klacht

Voordat de Accountantskamer de zaak behandelt, laten de klagers weten dat zij de klachtonderdelen 7b, 11 en 12 intrekken en dat de Accountantskamer de zaak kan afdoen zonder mondelinge behandeling.

Oordeel

De Accountantskamer staakt de behandeling van de zaak, omdat de klagers de drie klachtonderdelen hebben ingetrokken en de Accountantskamer aan het algemeen belang geen redenen kan ontlenen om die toch te behandelen.

In hoger beroep is de rest van de gegrond verklaarde klachtonderdelen echter overeind gebleven.

Maatregel

Waarschuwing. De Accountantskamer ziet geen aanleiding om voor de gegrond verklaarde klachtonderdelen een andere maatregel op te leggen dan in de eerste beslissing.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.