Tuchtrecht

Standaard ook aangeven in concept-rapport

Een registeraccountant vergeet in zijn concept-rapport voor de rechtbank de precieze standaard te vermelden. De Accountantskamer vindt die "onnauwkeurigheid" tuchtrechtelijk niet relevant.

Accountantskamer

Zaaknummers:
14/882 Wtra AK
Datum uitspraak:
02 maart 2015
Oordeel:
ongegrond
Maatregel:
geen
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2015:34

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een zoon heeft samen met zijn vader, broer en zus de aandelen in een bv. Daarvan is hij ook enige tijd medebestuurder, totdat hij bonje krijgt met zijn familieleden. Hij draagt zijn aandelen dan over aan de pensioen-bv van zijn vader.

De bv, de pensioen-bv en de holding eisen geld van elkaar bij de rechtbank. De boze zoon claimt 181.618 euro voor de overgedragen aandelen en nog een bedrag van 78.650 euro. De familieleden en de bv’s willen dat de boze zoon een schuld in rekening-courant terugbetaalt. De rechtbank geeft een registeraccountant de opdracht de hoogte van die schuld te onderzoeken aan de hand van vijf vragen.

De accountant onderzoekt de administratie en de bescheiden die hij van de familieleden ontvangt. Hij vraagt hen om een toelichting en om commentaar op het concept-rapport. Volgens de accountant bedragen de rekening-courantsaldi van de bv en de pensioen-bv 905,53 respectievelijk 133.579,51 euro.

De rechtbank zegt begin 2013 dat de pensioen-bv de klager 181.618 euro moet betalen voor de aandelen en de zoon de holding 126.121,04 euro verschuldigd is. De accountant heeft volgens de rechtbank twee achtergestelde leningen van 4234 respectievelijk 4130 euro niet opgenomen in het rekening-courantoverzicht. De rechtbank trekt die bedragen af van de vordering die de holding op de klager heeft. Verder steunt de rechtbank in zijn motivering volledig op het rapport van de accountant.

De boze zoon en zijn vrouw gaan in hoger beroep tegen het vonnis en dienen een klacht tegen de accountant in bij de Accountantskamer.

Klacht

De accountant heeft:

a. ten onrechte geen opdrachtbevestiging opgesteld en verstuurd;

b. bij zijn onderzoek ten onrechte NVCOS 4400 toegepast in plaats van NVCOS 805 of NVCOS 5500N;

c. geen fatsoenlijk onderzoek uitgevoerd door:

    1. bij zijn onderzoek ten onrechte niet de volledige administratie betrekken;
    2. bij zijn onderzoek ten onrechte sterk af te wijken van zijn opdracht;
    3. partijdig te zijn door de boze zoon een bewijsopdracht te geven en de anderen niet;
    4. lichtvaardig de boekingen te accepteren die de anderen hebben opgevoerd.

Oordeel

De klacht is ongegrond.

Ad a

In 13/719 Wtra AK en 14/1264 Wtra AK heeft de Accountantskamer al gezegd dat een accountant, die in een civiele procedure als gerechtelijk deskundige een deskundigenbericht uitbrengt, zich moet houden aan de procedurele waarborgen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (de artikelen 194 en volgende). De civiele rechter geeft nadere instructies en houdt toezicht op de naleving.

Met klachten over de processuele aspecten en de totstandkoming van het deskundigenbericht moet je dus in beginsel bij de civiele rechter zijn. Die gaat ook over de waardering van het bewijs en over de vraag of het deskundigenbericht beantwoordt aan de opdracht en de gestelde vragen. Bijzondere omstandigheden daargelaten heeft de tuchtrechter op deze punten geen rol. De tuchtrechter kan zich echter wel uitspreken over de materiële inhoud en de deugdelijke grondslag van het deskundigenbericht.

Uit de Rechtbank-vonnissen van 24 oktober 2012 en 9 januari 2013 is evident duidelijk geworden wat van de accountant werd verlangd en onder welke voorwaarden hij zijn werkzaamheden moest verrichten. Gezien zijn beperkte rol en de opdracht van de civiele rechter ziet de Accountantskamer geen reden om het gebrek aan een opdrachtbevestiging te veroordelen als tuchtrechtelijk laakbaar.

Ad b

Uit het oogpunt van zorgvuldigheid had de accountant al in zijn concept-rapport moeten vermelden dat hij had aangesloten bij standaard 4400 en dat hij zijn rapport typeerde als een “rapport van bevindingen”. In het concept stond echter alleen maar dat hij de opdracht had uitgevoerd in overeenstemming “met van toepassing zijnde richtlijnen voor dergelijke opdrachten, controle en overige standaarden (COS)”. Dat is onvoldoende. Gezien de rol van de civiele rechter vindt de Accountantskamer “deze onnauwkeurigheid” te gering om die aan te merken als tuchtrechtelijk relevant.

Ad c

Of de accountant buiten de opdracht is getreden en die opdracht deels niet heeft uitgevoerd, moet vooral de rechtbank beoordelen. In de overwegingen van de rechtbank ziet de Accountantskamer geen aanknopingspunten om die vraag bevestigend te beantwoorden. Bijzondere omstandigheden ziet de Accountantskamer evenmin.

Volgens de rest van dit klachtonderdeel zou de accountant:

  • van onjuiste uitgangspunten zijn uitgegaan;
  • een onjuiste of onvolledige voorstelling van zaken hebben gegeven in het rapport;
  • dan wel onvoldoende of eenzijdige werkzaamheden hebben verricht om de vragen te kunnen beantwoorden.

De Accountantskamer stelt echter vast dat:

  • de accountant de boze zoon nauw heeft betrokken bij de opzet en uitvoering van het deskundigenonderzoek;
  • de boze zoon daarvóór in de civiele procedure ook al de gelegenheid heeft gehad om zich uit te laten over de omvang en diepgang van het onderzoek;
  • de boze zoon informatie en stukken heeft aangeleverd en het concept-rapport heeft becommentarieerd;
  • de rechtbank in het vonnis van december 2013 heeft gezegd dat de bezwaren van de klager ongegrond zijn op één onderdeel na;
  • de rechtbank de keuzes van de accountant deugdelijk en begrijpelijk gemotiveerd vindt;
  • in het rapport uitvoerig en helder staat waarom de accountant boekingen al dan niet aanvaardbaar vond;
  • het rapport ruim is voorzien van onderbouwende bijlagen;
  • de klagers niet concreet, gesubstantieerd en gedocumenteerd uiteen hebben gezet dat de accountant zijn onderzoek partijdig, lichtvaardig en ondeugdelijk heeft uitgevoerd; 
  • de rechtbank de accountant op één onderdeel van zijn rapport (de schenkingen over 2003 en 2004) niet heeft gevolgd, maar dat dit niet uitmaakt, omdat deze posten volgens de accountant al ten gunste van de boze zoon waren verwerkt in de achtergestelde lening en er dus geen reden was om die posten nogmaals te verwerken in de rekening-courantverhouding;
  • de motivering van de rechtbank om deze posten alsnog in de rekening-courantverhouding te verwerken de juistheid van het standpunt van de accountant geenszins uitsluit;
  • uit het rapport blijkt dat de accountant de schenkingen niet in zijn opstelling van de rekening-courant heeft verwerkt en het - mede gezien het debat over de schenkingen - voor de rechtbank duidelijk was dat de accountant deze keuze had gemaakt.

Maatregel

Geen.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.