Niet verantwoordelijk voor afdracht premies
Het is niet ondenkbaar dat een accountant met een samenstellingsopdracht, die aanspreekpunt is voor de klant, die klant moet attenderen op de mogelijke verplichting zich aan te sluiten bij een pensioenfonds. Maar in dit geval hoefde de accountant-administratieconsulent dat mede dankzij de opdrachtbevestiging niet.
Accountantskamer
- Zaaknummers:
- 13/2281 Wtra AK
- Datum uitspraak:
- 04 juli 2014
- Oordeel:
- niet-ontvankelijk / ongegrond
- Maatregel:
- geen
- Status:
- definitief
- Vindplaats:
- ECLI:NL:TACAKN:2014:54
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
Een accountant-administratieconsulent is de controleleider van het samenstellingsteam dat voor de boekjaren 2002 tot en met 2007 accountantswerkzaamheden uitvoert voor een levensmiddelengroothandel. De AA is bij het accountantskantoor het aanspreekpunt voor de directeur van het bedrijf. Een administratiekantoor verzorgt sinds 2002 de loonadministratie.
De onderneming heeft zichzelf administratief ingedeeld naar een specifieke sector en daarbinnen ingedeeld naar een specifieke CAO. Iedere CAO heeft een eigen pensioenregeling. De indeling die de onderneming heeft gekozen brengt met zich mee dat er geen verplichte pensioenregeling is en dus ook geen premies worden ingehouden en afgedragen. Bij een loonheffingcontrole in mei 2007 volgen de controleurs van de Belastingdienst deze indeling.
In februari 2011 laat het bedrijf het 'Vragenformulier ter beoordeling van de verplichte aansluiting bij de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Levensmiddelen' invullen. In april 2011 laat het fonds weten dat de onderneming sinds 30 mei 2007 "valt onder de werkingssfeer van de verplichtstellingsbeschikking en op grond daarvan met ingang van 30 mei 2007 verplicht wordt aangesloten bij Bpf GIL". De onderneming moet daarom met terugwerkende kracht tot 30 mei 2007 het werkgevers- en het werknemersdeel van de pensioenpremie betalen, een totaalbedrag van bijna anderhalve ton.
De directeur dient een klacht in tegen de AA.
Klacht
De accountant is tekortgeschoten in haar zorgplicht jegens de klant door die niet te wijzen op de in 2007 ontstane verplichting om zich aan te sluiten bij het bedrijfspensioenfonds.
Oordeel
De klacht is niet-ontvankelijk voor zover die gaat over het handelen en nalaten van vóór 4 oktober 2007. De rest van de klacht is ongegrond.
Op de werkzaamheden van de accountant is de Standaard inzake opdrachten tot het samenstellen van financiële overzichten (NVCOS 4410) van toepassing. Op grond van paragraaf 13 van deze standaard hoeft de accountant:
- bij de leiding van de entiteit geen inlichtingen in te winnen om de betrouwbaarheid en volledigheid van de verstrekte informatie vast te stellen;
- geen maatregelen van interne beheersing te beoordelen of te toetsen;
- de verkregen informatie en de ontvangen toelichtingen niet te verifiëren.
Op grond van paragraaf 14 moet de accountant, als zij constateert dat de verstrekte gegevens onjuist, onvolledig of anderszins onbevredigend zijn, overwegen bovengenoemde werkzaamheden alsnog uit te voeren en de leiding van de entiteit aanvullende informatie vragen.
De Accountantskamer acht het niet ondenkbaar dat de accountant met een samenstellingsopdracht, die bovendien aanspreekpunt is voor de klant, die klant op grond van bovengenoemde paragrafen moet attenderen op de mogelijke verplichting zich aan te sluiten bij een pensioenfonds.
In dit geval heeft die situatie zich echter niet voorgedaan, want het voeren van de loonadministratie wordt niet genoemd in de opdrachtbevestiging aan het accountantskantoor uit 2002. Bovendien wordt in de nadere toelichting bij de opdrachtbevestiging uit 2008:
- het verzorgen van de loonadministratie uitgesloten;
- elke verantwoordelijkheid voor fouten uit hoofde van contractuele of sociale verplichtingen jegens werknemers uitdrukkelijk afgewezen;
- elke verantwoordelijkheid voor een juiste toepassing van wettelijke bepalingen of van toepassing zijnde CAO's uitdrukkelijk afgewezen.
Verder speelt in deze situatie mee dat:
- de loonadministratie ook niet door het accountantskantoor is gevoerd, maar door een zelfgekozen administratiekantoor;
- in 2007 geen CAO van toepassing was op de arbeidsverhoudingen van de medewerkers van de groothandel;
- de Belastingdienst in 2007 na een loonheffingscontrole geen aanleiding zag te twijfelen aan gekozen sectorindeling.
Maatregel
Geen.
Annotatie Herbert Reimers
Van een accountant kan het nodige worden verwacht, ook als hij de jaarrekening samenstelt. Hier gingen de verwachtingen die de onderneming achteraf uitte te ver. Als de accountant had geweten of hebben vermoed dat de onderneming zich verplicht had moeten aansluiten bij het pensioenfonds, dan zouden de uitsluitingen in de opdrachtbevestiging hem niet hebben geholpen. Met deze contractuele uitsluitingen ontkom je niet aan de verplichtingen uit de NV COS (standaard 4410 paragraaf 14).