Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een vrouw huurt een bedrijfsruimte van de man met wie zij op huwelijkse voorwaarden is getrouwd. Als de relatie strandt en de vrouw in 2008 elders gaat wonen, geeft de man te kennen dat hij de zaak wil overnemen.

In 2008 stelt een registeraccountant op beider verzoek de balans op van de zaak en maakt een vermogensopstelling. Het UWV vordert geld terug van de vrouw. Volgens afspraak zou zij de stukken naar het UWV sturen die nodig zijn om daartegen bezwaar te maken.

De accountant kan de aangifte IB voor de vrouw en haar eenmanszaak niet afronden omdat hij nog informatie van de vrouw moet krijgen. De vrouw vraagt de accountant te wachten met het indienen van de aangifte in verband met correcties.

De onderneming wordt begin 2010 opgeheven en de vrouw wordt later dat jaar failliet verklaard. Ondertussen is de ex-man een vergelijkbare onderneming begonnen, waarvoor de registeraccountant diensten verleent. De vrouw voelt zich door haar ex-man en de accountant bedonderd. Ze laat een registeraccountant van een ander kantoor de jaarrekening 2008 samenstellen. Deze jaarrekening verschilt van het rapport dat de beklaagde registeraccountant heeft gemaakt.

De vrouw dient een klacht in tegen de eerste accountant. De Accountantskamer legt een berisping op, omdat de accountant op meerdere momenten onvoldoende adequaat heeft gehandeld en gedurende langere tijd onvoldoende rekening heeft gehouden met haar belangen. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven bevestigt deze beslissing in december 2013.

Ondertussen heeft de Rechtbank Noord-Nederland zich uitgesproken over het alimentatieverzoek van de vrouw en heeft de accountant in dat verband een cijferopstelling gemaakt. Naar aanleiding daarvan dient de vrouw opnieuw een klacht in.

Klacht

De accountant:

1. heeft valsheid in geschrift gepleegd, althans op ondeskundige en onzorgvuldige wijze stukken opgesteld;
2. maakt zich schuldig aan belangenverstrengeling en heeft zijn geheimhoudingsplicht geschonden.

Oordeel

De klacht is grotendeels niet-ontvankelijk. Het is namelijk niet behoorlijk om tegen dezelfde accountant een klacht in te dienen over hetzelfde feitencomplex. Voor zover de klachtonderdelen wel ontvankelijk zijn, zijn zij ongegrond.

Zo is het niet aannemelijk geworden dat de accountant de stukken valselijk, althans onvoldoende deskundig en zorgvuldig heeft opgemaakt.

Voor zover de vrouw zich baseert op uitingen die de accountant na de mondelinge behandeling van de eerste tuchtklacht heeft gedaan in de schriftelijke stukken die hij heeft vervaardigd ten behoeve van haar ex-man, wijst de Accountantskamer op de fundamentele beginselen, integriteit, objectiviteit, deskundigheid en zorgvuldigheid, geheimhouding en professioneel gedrag. De accountant moet bedreigingen voor een goede naleving hiervan signaleren en zo nodig waarborgen treffen om de bedreiging weg te nemen of terugbrengen tot een aanvaardbaar niveau.

Het staat niet vast dat de accountant ná de mondelinge behandeling van de eerste klacht bij de Accountantskamer onvoldoende toepassing heeft gegeven aan dit conceptueel raamwerk. De accountant heeft er duidelijk voor gekozen om uitsluitend de man te blijven bijstaan. De vrouw heeft niet aannemelijk gemaakt dat de accountant onvoldoende waarborgen heeft getroffen tegen eventuele bedreigingen voor zijn objectiviteit.

Daarbij laat de Accountantskamer in het midden "of het van wijsheid getuigt" dat de accountant na de berisping actief de man is blijven bijstaan in diens alimentatiegeschil met de vrouw.

De klaagster heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat de accountant de geheimhoudingsplicht heeft geschonden.

Maatregel

Geen.