Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een registeraccountant wordt door de Rechtbank Oost-Brabant veroordeeld tot een werkstraf van 240 uur en een geldboete van 29 duizend euro. Hij heeft in 2009 en 2010 opzettelijk onjuiste belastingaangiften in privé gedaan.

Hoewel deze strafzaak nog loopt in hoger beroep en de veroordeling dus nog niet definitief is, dient een eenheid van het Openbaar Ministerie een klacht in tegen de accountant.

Klacht

De accountant heeft misslagen gemaakt in de uitoefening van zijn beroep en daardoor in strijd gehandeld met de fundamentele beginselen 'integriteit' en 'professioneel gedrag'.

Oordeel

De klacht is niet-ontvankelijk.

De Accountantskamer citeert uitgebreid uit het doorwrochte oordeel van het College van Beroep voor het bedrijfsleven uit 2011 over deze kwestie. Volgens het college is privé-handelen sinds 1 mei 2009 op grond van artikel 33 lid 1 van de Wet RA niet vatbaar voor tuchtrechtelijke toetsing.

Op 1 januari 2013 is echter de Wet op het accountantsberoep ingevoerd. Volgens de Accountantskamer is artikel 42 van die wet zo verwoord dat privé-handelen van een accountant onder omstandigheden toch onder het tuchtrecht valt.

Het OM zegt dat belastingfraude in privé van 1 mei 2009 tot 1 januari 2013 weliswaar niet tuchtrechtelijk verwijtbaar was. Maar, aldus het OM, het normenkader (in de vorm van de VGC) is in die periode niet veranderd. De tuchtrechter mag sinds 1 januari 2013 dus ook een oordeel vellen over privé-gedragingen uit de tussenperiode.

De Accountantskamer gaat niet mee in die redenering. Afgezien van het feit dat de veroordeling nog niet definitief is, ziet de Accountantskamer geen aanleiding om af te wijken van het oordeel van het college. Het standpunt van het OM is weliswaar gemotiveerd en "niet onverdedigbaar". Maar zo lang het college zich niet over dat standpunt heeft uitgelaten, ziet de Accountantskamer geen ruimte om te oordelen over gedragingen accountants in privé tussen 1 mei 2009 en 1 januari 2013, "voor zover die het beroep raken".

De gelaakte privé-handelingen van de registeraccountant kunnen dus niet tuchtrechtelijk worden getoetst.

Maatregel

Geen.