Ieder apart horen hoeft niet
Een accountant mag bij een persoonsgericht onderzoek meerdere (oud-)leden van de raad van toezicht tegelijkertijd horen als die leden dat wensen. Hij hoeft ook niet eerst een onderzochte persoon om commentaar op het conceptrapport te vragen en dan pas de opdrachtgever.
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Zaaknummers:
- AWB 12/395
- Datum uitspraak:
- 10 april 2014
- Oordeel:
- beroep ongegrond, klacht ongegrond
- Maatregel:
- geen
- Status:
- definitief
- Vindplaats:
- ECLI:NL:CBB:2014:144
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
De directeur van een bouwvereniging krijgt problemen met de raad van toezicht. Zo heeft hij zonder toestemming zijn eigen salaris verhoogd tot boven de gangbare norm en personeel ingezet van een organisatie waar zijn echtgenote werkte. De raad schorst de directeur in 2010 en laat een forensisch accountant en anderen onderzoek uitvoeren naar:
- de transparantie, de juistheid en de volledigheid van de rapportages van de directeur aan de raad van toezicht;
- de juiste en volledige toepassing van de geldende procedures en bevoegdheden door de directeur;
- eventuele zakelijke belangenverstrengeling door de directeur;
- de juistheid van de declaraties die de directeur heeft ingediend;
- eventuele onregelmatigheden bij het verstrekken van opdrachten aan leveranciers en het indienen van declaraties door leden van de raad van toezicht.
De directeur laat de bevindingen van het onderzoeksrapport becommentariëren door een forensisch accountant van een ander kantoor. De kantonrechter ziet in de bevindingen uit het onderzoeksrapport geen dringende reden om de arbeidsovereenkomst te ontbinden. Wel ontbindt de rechter de arbeidsovereenkomst op grond van "een verandering van omstandigheden".
De directeur dient een klacht in tegen de registeraccountant uit het onderzoeksteam. De Accountantskamer verklaart de klacht ongegrond. De directeur gaat in hoger beroep.
Beroepsgronden
De Accountantskamer heeft de klacht ten onrechte ongegrond verklaard op de volgende punten:
- het "collectief horen" en "selectief horen" van de leden van de raad van toezicht in plaats van ieder apart;
- het niet toepassen van hoor en wederhoor;
- het gelijktijdig voorleggen van het concept-rapport aan de directeur en de raad van toezicht (opdrachtgever);
- het negeren van de notulen van de vergaderingen van de raad van toezicht;
- het gebruik van gegevens uit de privé-administratie van de directeur;
- de suggestie in het rapport dat de directeur zichzelf zonder toestemming van de raad van toezicht salarisverhogingen heeft toegekend.
Oordeel
Het beroep is ongegrond.
Hoor en wederhoor
Uit vaste jurisprudentie van het College van Beroep voor het bedrijfsleven volgt dat voor een persoonsgericht-onderzoeksrapport hoor en wederhoor slechts één van de manieren is om een deugdelijke grondslag te verkrijgen.
Er is geen regel die de accountant verplicht de leden van de raad van toezicht afzonderlijk en gelijktijdig te horen. Volgens het college is de deugdelijke grondslag van het rapport niet in het geding gekomen nu de accountant telkens drie leden van de raad van toezicht gezamenlijk hoorde.
Daarbij speelt mee dat de leden van de raad alleen groepsgewijs gehoord wilden worden en anders niet. Bovendien heeft de accountant maatregelen getroffen om te voorkomen dat het gezamenlijk horen zou leiden tot onjuiste of onvolledige weergave van de feiten door:
- zich ook te baseren op een gesprek met een gezaghebbend adviseur van de raad van toezicht;
- de bevindingen toe te sturen aan alle leden van de raad van toezicht afzonderlijk en hen apart te laten reageren.
De directeur heeft zijn bewering - dat de accountant zijn oren heeft laten hangen naar de opdrachtgever en onvoldoende kritisch is geweest bij zijn oordeel over de juistheid van de verklaringen - onvoldoende onderbouwd.
Volgens het college is nergens de verplichting te vinden dat de accountant (onderdelen van) het conceptrapport eerst voor commentaar had moeten voorleggen aan de directeur en pas daarna aan de opdrachtgever, de raad van toezicht. Door het gelijktijdig voorleggen is ook de deugdelijke grondslag van het rapport niet in het geding gekomen. Dat komt mede omdat het onderzoek ook ging over het handelen van de raad van toezicht en de accountant aan de toezichthouders uitsluitend de delen over het functioneren van de raad van toezicht heeft voorgelegd.
De accountant heeft de directeur een integrale concept-versie van het rapport voorgelegd voor commentaar. De directeur heeft hierop gereageerd, waarna de accountant hem een nieuwe gelegenheid tot wederhoor heeft geboden door aanvullende bevindingen en concept-samenvattingen voor te leggen. Feitelijke onjuistheden waren toen al gecorrigeerd. De wijzigingen waren niet zo ingrijpend dat de accountant uit het oogpunt van zorgvuldigheid een integraal, herzien, concept-rapport had moeten voorleggen. Dat de directeur tijdig om uitstel heeft gevraagd, heeft hij niet aangetoond.
Salarisverhogingen etc.
Volgens de directeur gaat de Accountantskamer voorbij aan de notulen waaruit blijkt dat de directeur eerder lof kreeg toegezwaaid en nauwelijks wordt gesproken over gebrekkige informatieverstrekking door de directeur.
Volgens het college miskent de directeur dat de notulen van de vergaderingen van de raad van toezicht meer dan twintig keer aan de orde komen in het rapport. Het rapport gaat ook uitgebreid in op de kwaliteit van informatievoorziening en de rol die de directeur daarin had. De directeur maakt niet duidelijk tot welke verkeerde bevindingen de gebrekkige aandacht voor de notulen heeft geleid.
De directeur zegt dat de accountant alleen informatie uit zijn privé-administratie mocht opnemen in het rapport voor zover aantoonbaar sprake was van belangenverstrengeling. Dat heeft hij echter onvoldoende onderbouwd. De gegevens waarover de directeur het heeft, zijn gegevens uit de administratie van vennootschappen.
Uit het rapport blijkt dat de directeur veelvuldig met de raad van toezicht heeft overlegd over salarisverhogingen, maar dat de vereiste vaststellingsbesluiten ontbreken. De governanceverslagen, waarop de directeur doelt, vermelden alleen de hoogte van het jaarsalaris van de directeur. Overigens valt niet in het rapport te lezen, zoals de directeur doet, dat hij zichzelf onrechtmatig salarisverhogingen heeft toegekend.
Maatregel
Geen.
Annotatie Herbert Reimers
De accountant heeft de leden van de raad van toezicht (RvT) collectief gehoord. Dat brengt het risico met zich mee dat zij zich bij hun uitspraken tegen de accountant laten beïnvloeden door de aanwezigheid van de andere RvT-leden. Hoewel er geen specifieke regel is die een dergelijke vorm van horen verbiedt, bestaat wel het risico dat zo geen deugdelijke grondslag wordt verkregen. De reden dat de RvT (de opdrachtgever voor het onderzoek) had aangegeven dat alleen groepsgewijs gehoord kon worden en anders niet, vind ik hiervoor niet relevant. Het kan wel een beperking zijn voor de mogelijkheid de opdracht naar behoren uit te voeren.