Nalaten advies en jokken niet aangetoond
Een hotellier, die zich bij de aankoop van een hotel liet bijstaan door verschillende adviseurs, heeft niet aannemelijk gemaakt dat de huisaccountant in gebreke is gebleven bij de advisering en heeft gejokt bij de rechtbank.
Accountantskamer
- Zaaknummers:
- 14/730 Wtra AK
- Datum uitspraak:
- 24 oktober 2014
- Oordeel:
- ongegrond
- Maatregel:
- geen
- Status:
- bevestigd, CBb 3 februari 2016, AWB 14/773
- Vindplaats:
- ECLI:NL:TACAKN:2014:99, CBb-uitspraak
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
Een hotellier en zijn vrouw drijven een hotel in de vorm van een vennootschap onder firma. Hij verkoopt hun aandeel in het hotel aan de andere vennoten. Daarbij boekt hij een stakingswinst van 873 duizend euro. De opbrengst wil hij investeren in de aankoop van een ander hotel.
Een accountant aanvaardt de opdracht om verschillende werkzaamheden te verrichten voor de hotellier. In de opdrachtbevestiging staat onder meer dat:
- de hotellier in onderhandeling is over de aankoop van een hotel;
- hij het hotel wil aankopen door de aandelen over te nemen van de hotel-bv;
- onder deze bv (de bestaande bv) weer een nieuwe bv wil oprichten (de nieuwe bv).
De opdracht houdt onder meer in dat de accountant:
- de jaarrekeningen van de bestaande bv en de nieuwe bv over 2013 zal samenstellen;
- de financiële administratie aan de hand van aangereikte financiële informatie zal verzorgen;
- de aangiften omzetbelasting en vennootschapsbelasting van de bv's en de aangifte inkomstenbelasting van de hotellier zal verzorgen;
- de salarisadministratie inclusief het jaarwerk voor de Belastingdienst op zich zal nemen.
In een aanvullende offerte, die de hotellier heeft aanvaard, staat dat het accountantskantoor desgewenst zal adviseren over overige zaken (bijvoorbeeld advisering bij financieringen, overname- of samenwerkingsvormen, etc.) tegen een uurtarief van 100 euro.
De hotellier zal een groot deel van de stakingswinst als aanbetaling gebruiken voor het nieuwe hotel. Over deze transactie laat de hotellier zich adviseren door een registeraccountant van een ander kantoor. Deze treedt op als contactpersoon voor de Belastingdienst en spreekt daarmee af dat de stakingswinst mag worden gebruikt als eerste afschrijving wanneer die wordt geherinvesteerd in het nieuwe hotel.
Later blijkt dat de hotellier dat bedrag dan wel moet investeren in het hotel als bedrijfsmiddel. De hotellier neemt echter de aandelen over. Een fiscalist wijst er bovendien op dat "een herinvesteringsreserve van een v.o.f. in principe niet aangewend kan worden binnen een bv".
De hotellier vindt dat het accountantskantoor van de huisaccountant hem daarop had moeten wijzen. Met het oog op een procedure tegen dit kantoor vraagt de hotellier de Rechtbank Amsterdam om enkele getuigen te horen. Nog voordat alle getuigen zijn gehoord, dient hij een klacht tegen de accountant in bij de Accountantskamer.
Klacht
De accountant heeft:
a. ondeskundig en onzorgvuldig gehandeld door hem niet te adviseren om het hotel te verwerven in de IB-sfeer dan wel te waarschuwen voor het verlies van de herinvesteringsreserve bij de aandelentransactie;
b. niet integer gehandeld door in strijd met de waarheid te beweren dat hij geen bemoeienis heeft gehad met de fiscale positie van de hotellier met betrekking tot de stakingswinst.
Oordeel
De klacht is ongegrond.
De huisaccountant voert aan dat hij de hotellier in een gesprek over de opdrachtbevestiging (begin oktober 2012) expliciet heeft gezegd dat bij het verkrijgen van aandelen bespaard zou kunnen worden op de overdrachtsbelasting, maar dat de herinvesteringsreserve niet benut kan worden bij een aandelentransactie. De hotellier bestrijdt dit.
Na dat gesprek heeft de hotellier ervoor gekozen zich over deze kwestie te laten adviseren door een andere accountant en diens kantoor. Het kantoor van de huisaccountant heeft zich daarmee niet bemoeid.
Uit de formulering van de opdracht aan de huisaccountant vloeit volgens de Accountantskamer niet voort dat de hotellier:
- en het kantoor overeen zijn gekomen dat de accountant hem zou adviseren over het aanwenden van de herinvesteringsreserve in het kader van de aankoop van het hotel;
- erop mocht vertrouwen dat de accountant het tot zijn taak rekende om te adviseren over de keuze tussen een aandelen- en een activatransactie.
De bewoordingen van de opdrachtbevestiging doen volgens de Accountantskamer vermoeden dat de keuze voor het kopen van de aandelen van de bv's al was gemaakt.
Uit het dossier komt naar voren dat de hotellier nog andere adviseurs heeft ingeschakeld en geraadpleegd, onder wie de RA die contact onderhield met de Belastingdienst. De hotellier heeft:
- niet duidelijk gemaakt welke adviseur voor welk onderdeel van het overnametraject verantwoordelijk was;
- onduidelijkheid laten bestaan over de datum waarop hij ervoor heeft gekozen de aandelen van het hotel te verwerven en de datum waarop de aandelen zijn gekocht en overgedragen.
De beklaagde accountant heeft pas achteraf vernomen dat de hotellier en de verkoper van het hotel op 24 oktober 2012 overeenstemming hadden bereikt. Het was de andere accountant, die volgens afspraak begin november 2012 stukken naar de Belastingdienst heeft gestuurd, omdat de herinvestering vóór 28 november 2012 moest zijn gedaan. De Belastingdienst heeft de beschikking naar deze contactpersoon gestuurd.
Uit de e-mailcorrespondentie van de contactpersoon met de huisaccountant blijkt niet duidelijk dat de huisaccountant:
- eerder in gebreke is gebleven;
- geprobeerd heeft te ontkennen dat hij bemoeienis had met "de fiscale positie van klager met betrekking tot de stakingswinst die hij bij uittreding uit de V.O.F. (...) heeft gerealiseerd".
De hotellier heeft zijn verwijten dus niet aannemelijk gemaakt.
Maatregel
Geen.