Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

In oktober 2010 verkopen twee dga's hun aandelen in een bv aan een derde. Zij treden terug als bestuurder en er komt een nieuwe directeur. De registeraccountant van de onderneming blijft werken voor één van de voormalige dga's en diens vennootschap.

In de jaarrekening 2009 van de bv staat dat deze voormalige dga nog een kleine 70 mille tegoed heeft van de bv.

In 2011 gaat de administratie van de bv verloren bij een brand. De bv reconstrueert de administratie zo goed mogelijk.

In maart 2013 vraagt de bv de accountant om informatie over de totstandkoming van de rekening-courantverhouding met de voormalige dga. De bv voegt een Excel-bestand bij met de mutaties in deze verhouding in de jaren 2006 tot en met 2009. De accountant antwoordt dat hij een aantal mutaties niet kan thuisbrengen en dat die mutaties ook niet zijn verwerkt in de jaarrekeningen 2006 tot en met 2009. Bij zijn antwoord voegt de accountant een overzicht bij van de mutaties die hij heeft verwerkt.

In april 2013 laat de bv weten dat bij de directie en aandeelhouders onduidelijkheid bestaat over het verloop van de rekening courant. Want volgens de jaarrekeningen die de accountant heeft opgemaakt zou de voormalige dga 68.469 euro tegoed hebben. Maar uit de boekhouding van de bv blijkt dat de dga op 31 december 2009 nog 55.132 euro moest terugbetalen aan de bv, omdat hij van 2006 tot en met 2009 in totaal 110.608,21 euro privé heeft opgenomen.

Als de bv geen bevredigend antwoord krijgt, dienen de vennootschap en de directeur een klacht in tegen de accountant.

Klacht

De accountant heeft ten onrechte geweigerd de gevraagde informatie te verstrekken.

Oordeel

De klacht is ongegrond.

De Accountantskamer is het met de accountant eens dat het verzoek om de journaalposten en kolommenbalansen te verstrekken onduidelijk was en dat de bv heeft nagelaten het verzoek te verduidelijken.

In één van de e-mails lijkt het alsof de bv de accountant een nadere opdracht geeft om de verschillen te analyseren en zo mogelijk te verklaren. Dat de accountant deze opdracht niet kon of wilde aanvaarden, vindt de Accountantskamer te billijken. De opdracht kon namelijk gevolgen hebben voor zijn cliënt, de voormalige dga, en een bedreiging opleveren voor de naleving van de VGC.

Pas uit de dagvaarding voor een kort geding bleek dat de bv de voorafgaande journaalposten en kolommenbalansen wilde hebben. De accountant heeft deze acht dagen later geleverd en dat vindt de Accountantskamer onder de gegeven omstandigheden voortvarend genoeg.

De accountant valt dus tuchtrechtelijk niet te verwijten dat hij de journaalposten en kolommenbalansen toen pas heeft verstrekt.

Maatregel

Geen.