Tuchtrecht

Te goedgelovig bij 'lening' penningmeester

Twee registeraccountants geven een goedkeurende verklaring af, hoewel de penningmeester grote bedragen naar zijn eigen bankrekening overmaakt. Zij vertrouwden er ten onrechte op dat deze de bedragen zou terugbetalen en verzuimden de rest van het bestuur in te lichten.

Accountantskamer

Zaaknummers:
12/2800 en 12/2801 Wtra AK
Datum uitspraak:
15 juli 2013
Oordeel:
deels gegrond, deels niet-ontvankelijk
Maatregel:
waarschuwing
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:TACAKN:2013:14

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Twee registeraccountants controleren de jaarrekeningen van een kennis- en onderzoekscentrum dat beroepsopleidingen verzorgt en adviezen geeft over technische bedrijfsvoering aan mkb-bedrijven.

Eind december 2009 vertelt de directeur van het centrum aan de accountants dat de penningmeester van 2002 tot en met 2009 stelselmatig aanzienlijke bedragen heeft overgemaakt naar de bankrekeningen van hemzelf en zijn echtgenote respectievelijk enkele privécrediteuren.

De penningmeester van het centrum heeft tegen de registeraccountants gezegd dat de overboekingen samenhingen met een lening die het bestuur aan hem had verstrekt. De accountants hebben deze ‘leningen' als zodanig opgenomen in de jaarrekeningen 2005 tot en met 2007. Bij al deze jaarrekeningen hebben zij goedkeurende verklaringen afgegeven.

Het bestuur van het centrum dient een klacht in bij de Accountantskamer.

Klacht

De accountants:

  • waren al geruime tijd op de hoogte van de overboekingen door de penningmeester, zijn er 'lichtzinnig' van uitgegaan dat het bestuur had ingestemd met de 'lening' en hadden de achtergrond daarvan nader moeten onderzoeken dan wel navraag moeten doen bij de overige leden van het bestuur;
  • hebben onvoldoende professioneel-kritisch, niet zorgvuldig en niet in overeenstemming gehandeld met de beroepsvoorschriften, die nopen tot alertheid op fraudesignalen en communiceren met het bestuur over problemen bij de controle.

Oordeel

De klacht is deels gegrond.

De klacht is alleen ontvankelijk voor zover het de feiten tussen 31 december 2007 en 30 juni 2008 betreft. In deze periode heeft de penningmeester drie keer een bedrag overgemaakt naar zijn eigen bankrekening: één keer van 5.000 en twee keer van 3.500 euro. De accountants zeggen dat zij deze overboekingen wel hebben gezien, maar erop vertrouwden dat de penningmeester de leningen zou terugbetalen en schriftelijk zou laten formaliseren door het bestuur.

Dat de autorisatie en onderbouwing bij de transacties ontbraken, wijst volgens de Accountantskamer op de mogelijkheid van fraude. De accountants hadden hierover contact moeten opnemen met het (dagelijks) bestuur. Een gesprek hierover met de penningmeester van het dagelijks bestuur is niet voldoende, temeer omdat de penningmeester zelf de begunstigde van de transacties was.

De accountants hebben hierdoor ondeskundig en onzorgvuldig gehandeld.

Maatregel

Gezien de ernst van het verzuim en de omstandigheden van het geval ligt een berisping voor de hand. Maar omdat het in het ontvankelijke deel van de klacht om betrekkelijk weinig transacties gaat, de inmiddels uitgeschreven accountants niet eerder tuchtrechtelijk zijn veroordeeld en blijken in te zien dat zij nalatig zijn geweest, volstaat een waarschuwing.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.