Tuchtrecht

Alleen verantwoordelijk voor Nederlands belastingadvies

Of het fiscale advies van een AA naar Nederlands recht voordelig was staat niet vast. Maar voor het fiscaal nadelige Franse advies was zij niet verantwoordelijk. Daarom schiet de dekking van haar beroepsaansprakelijkheids-verzekering niet te kort.

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Zaaknummers:
AWB 10/724
Datum uitspraak:
17 januari 2013
Oordeel:
beroep ongegrond, klacht deels niet-ontvankelijk, deels ongegrond
Maatregel:
geen
Status:
definitief
Vindplaats:
ECLI:NL:CBB:2013:BZ4283

Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Twee Nederlanders kopen in 2002 een landgoed in de Dordogne en verhuren daar gemeubileerde vakantiehuizen. Zij brengen de onderneming onder in een Société Civile Immobilière (SCI), waarvan zij samen de aandelen houden. Deze ondernemingsvorm blijkt fiscaal niet zo voordelig, omdat sommige kosten niet kunnen worden afgetrokken en de sociale lasten relatief hoog zijn. De twee winnen advies in bij de vestiging van een Nederlands accountantskantoor uit de top tien. 

Een accountant-administratieconsulente adviseert de ondernemers vier vennootschappen op te richten: 

  • een Franse bv (SARL) waarin de SCI wordt ondergebracht
  • een dochter-SARL voor de exploitatie van het landgoed
  • een Nederlandse bv voor holding- en financieringsactiviteiten respectievelijk voor de verkoop van de accommodaties aan de buitenlandse touroperators
  • een Nederlandse Stichting Administratiekantoor

Aan het op 25 augustus 2004 gefaxte advies voegt de AA toe dat het wel noodzakelijk is om vooraf contact op te nemen met een Franse fiscalist. 

De ondernemers wenden zich tot een fiscaal jurist in Parijs met wie zij telefonisch contact onderhouden. Deze jurist schetst twee mogelijkheden. De ondernemers winnen daarna nader advies in bij een fiscaal jurist in Lyon, buiten de AA om. 

Uiteindelijk komt er een constructie uit de bus, waarbij de twee ondernemers na verkoop van het landgoed c.q. de aandelen 4 ton aan 'taxe sur la plus-value' moeten betalen. De ondernemers zijn pas amusé en dienen een klacht in tegen de AA, die volgens hen: 

  • geen schriftelijke opdrachtbevestiging heeft verstuurd en niet schriftelijk heeft geadviseerd en daardoor niet heeft gezorgd voor een duidelijk beeld van de uitkomsten van haar werk;
  • blijk heeft gegeven van onvoldoende kennis van het Franse (fiscale) recht en onvoldoende gebruik heeft gemaakt van Franse adviseurs om deze leemte te vullen;
  • ten onrechte heeft geadviseerd een Nederlandse holding met een Stichting Administratiekantoor op te richten, terwijl dit geen fiscaal voordeel bracht;
  • zich niet heeft gehouden aan de verplichting om zich voldoende te verzekeren tegen civielrechtelijke claims en niet meteen informatie verstrekt over haar beroepsaansprakelijkheidsverzekering.

De Accountantskamer verklaart het eerste klachtonderdeel niet-ontvankelijk omdat de klacht op dit punt te laat is ingediend. De rest van de klachten is ongegrond. De twee ondernemers gaan in hoger beroep tegen de uitspraak. 

Beroepsgronden

De Accountantskamer heeft de klachten ten onrechte niet-ontvankelijk respectievelijk ongegrond verklaard. 

Oordeel

Het beroep is ongegrond. 

Klachtonderdeel a is terecht niet-ontvankelijk verklaard, omdat de klagers inderdaad te laat waren met hun klacht over het advies. De verjaringstermijn begint niet te lopen op het moment dat de klagers (enig) besef hebben van het tuchtrechtelijk verwijtbaar karakter van het handelen of nalaten van de accountant. Volgens vaste rechtspraak gaat het erom dat een klager daarvan objectief gezien en gelet op de voor hem beschikbare informatie op de hoogte is. De AA heeft één van de ondernemers op 25 augustus 2004 een faxbericht gestuurd met een advies over de herstructurering van de onderneming naar aanleiding van de opdracht die de twee ondernemers haar hadden verstrekt. Ook al heeft de AA de twee geen opdrachtbevestiging gestuurd - zij waren vanaf dat moment op de hoogte van het later omstreden advies. 

De klagers hebben niet aannemelijk gemaakt dat de AA heeft geadviseerd over Frans recht en evenmin dat de Franse juristen onder haar regie werkten. Ook heeft het accountantskantoor niet de indruk gewekt dat het beschikte over de nodige kennis en ervaring op het gebied van het Franse fiscale recht. De AA heeft in het faxbericht immers aangegeven dat het noodzakelijk was een Franse fiscalist in te schakelen. 

Dat de oprichting van de Nederlandse holding en de Stichting Administratiekantoor fiscaal niet voordelig waren staat voor het college niet vast omdat de AA het tegendeel blijft beweren. De fiscale nadelen die voortvloeien uit het Franse recht doen niet ter zake, omdat de AA daarover niet heeft geadviseerd en dus niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de gevolgen van de Franse adviezen. 

Dat de dekking van de beroepsaansprakelijkheidsverzekering te laag was, is het college niet met de ondernemers eens. In de verzekering was inderdaad geen Europa-dekking opgenomen, maar de ondernemers hebben niet aannemelijk gemaakt dat de accountant grensoverschrijdende werkzaamheden heeft verricht die buiten de dekking vielen. 

Maatregel

Geen.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.