Fiscale tip zwager splijt familie
Een registeraccountant schiet met tuchtrechtelijke hagel op zijn zwager - ook een registeraccountant - die hem een rekening van bijna 10 mille stuurde voor een fiscale tip. Het schot mist doel.
Accountantskamer
- Zaaknummers:
- 13/466 en 13/739 Wtra AK
- Datum uitspraak:
- 11 oktober 2013
- Oordeel:
- ongegrond
- Maatregel:
- geen
- Status:
- bevestigd, CBb 27 oktober 2015, AWB 13/898
- Vindplaats:
- ECLI:NL:TACAKN:2013:49, CBb-uitspraak
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
Op een verjaarspartijtje van hun schoonvader raken twee registeraccountants aan de praat. De ene heeft een huis in het buitenland, de ander een accountantskantoor in Nederland. De bestuursvoorzitter van het accountantskantoor geeft zijn zwager een tip: zou je geen belastingvoordeel kunnen behalen door te emigreren naar het land waar het huis staat, al dan niet via een ander land?
De zwager komt er een maand later per e-mail op terug: "Zou je willen bekijken wat fiscaal het meest gunstig voor ons is? (...) Natuurlijk mag je deze vraag ook voorleggen aan een van je medewerkers/specialisten. En ik vind het logisch dat je voor de gevraagde actie een factuur stuurt." De factuur moet worden gericht aan de bv van de zwager.
Op 13 december 2010 ondertekenen de schoonzoons de opdrachtbevestiging. Daarin staat onder meer dat een andere registeraccountant, die lid is van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs, zal optreden als relatiemanager. De declaratie zal worden gebaseerd op de bestede tijd, tegen tarieven van tussen de 54 en 350 euro per uur.
Op 11 februari 2011 wordt het advies uitgebracht. De zwager heeft vijftien dagen nodig om het advies te verwerken en daarop te reageren. Hij kan er weinig mee en blijft met veel vragen zitten. Duidelijk is wel dat de fiscale route via het buitenland alleen werkt als hij daar tien jaar gaat wonen met zijn echtgenote. De bestuursvoorzitter had kunnen weten dat dit voor de zwager geen optie is. "Als je dat meteen (...) had gezegd, had ik de vraag helemaal niet aan je gesteld!"
De zwager heeft dat echter wel gedaan en stelt zelfs nieuwe vragen. "Omdat ik niet weet wat ik verder aan moet met je advies leg ik deze punten bij je neer. Kun je me laten weten wat ik verder nog van je kan verwachten?" Begin mei komt het kantoor met een aanvullend advies. De zwager reageert daar niet meer op.
In september ontvangt de zwager een rekening van 9.454,49 euro inclusief btw. De factuur is het begin van een escalerend geschil. De zwager wil de nota niet betalen, omdat hij niets aan het advies heeft gehad. Het kantoor maakt een gebaar door 25% van de rekening af te doen. Maar de zwager is het oorlogspad ingeslagen en schakelt een advocaat in. Als het kantoor de factuur niet intrekt, zal hij een tuchtklacht indienen. Het accountantskantoor begint echter een incassoprocedure.
De schoonvader schrijft de schoonzoon die niet wil betalen dat hij en de kinderen geen vertrouwen meer in hem hebben als executeur-testamentair van zijn nalatenschap en trekt deze benoeming in. Deze brief bedaart de gemoederen niet. Vervolgens probeert de schoonvader de lieve vrede in de familie te herstellen door de 7.022 euro (9.454,49 euro minus 25%) te betalen aan het accountantskantoor.
De advocaat van het accountantskantoor laat vervolgens weten de dagvaarding tegen de zwager niet te zullen aanbrengen bij de rechtbank als hij de tuchtklacht intrekt. De zwager wil hier echter met de bestuursvoorzitter persoonlijk over communiceren. De zwager laat hem weten dat hij bereid is de tuchtklacht in te trekken als de bestuursvoorzitter:
- hem een creditnota stuurt en hem finale kwijting verleent;
- (of het kantoor) de schoonvader de 7.022 euro terugbetaalt;
- zijn schoonvader een excuusbrief stuurt waarin hij onder meer zegt dat hij misbruik heeft gemaakt van zijn vertrouwen;
- zijn zwager en diens echtgenote een bedrag van 25 mille betaalt als vergoeding voor bestede uren, voor de kosten van de procedure, voor de te derven vergoeding als executeur-testamentair en als genoegdoening voor aangedane smaad.
Als de (voormalig) bestuursvoorzitter niet op dit voorstel ingaat, dient de zwager twee klachten tegen hem in.
Klacht
In "zaak A" (13/466) klaagt de zwager erover dat de bestuursvoorzitter zijn diensten heeft aangeboden tijdens het verjaardagsfeestje en bij de uitvoering van de opdracht heeft gehandeld in strijd met de beginselen van
geheimhouding, professioneel gedrag en integriteit. Bovendien moet de bestuursvoorzitter verantwoordelijk worden gehouden voor een gebrekkig functionerend stelsel van kwaliteitsbeheersing.
In "zaak B" (13/739) gaat het om dezelfde klachten maar dan over de manier waarop de bestuursvoorzitter heeft gecommuniceerd over de financiële afwikkeling van het advies.
Oordeel
De klacht is ongegrond.
In beide zaken is de klager er niet in geslaagd de verwijten hard te maken, mede gezien het gemotiveerde verweer van de bestuursvoorzitter. Overigens was de aangeklaagde accountant sinds 1 januari 2013 geen bestuursvoorzitter meer, zodat hij niet verantwoordelijk kan worden gesteld voor het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing.
Al met al is niet aannemelijk geworden dat de aangeklaagde accountant bij het uitvoeren van zijn werkzaamheden dan wel bij de nasleep daarvan heeft gehandeld in strijd met enige gedrags- en/of beroepsregel.
Maatregel
Geen.