Doorhaling om 'zeer zorgelijke' praktijk
Een AA heeft bij een hertoetsing nog steeds zijn dossiers niet op orde en veel te weinig PE-punten. Hij ontsnapt aan een boete, maar niet aan een doorhaling.
Accountantskamer
- Zaaknummers:
- 12/2338 Wtra AK
- Datum uitspraak:
- 30 september 2013
- Oordeel:
- gegrond
- Maatregel:
- doorhaling, niet-inschrijvingstermijn 2 jaar
- Status:
- definitief
- Vindplaats:
- ECLI:NL:TACAKN:2013:45
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
Bij een periodieke toetsing in oktober 2008 blijkt dat een accountant onvoldoende PE-punten heeft behaald en geregistreerd. Ook zijn interne stelsel van kwaliteitsbeheersing voldoet niet aan de eisen. Drie jaar later blijkt de situatie bij een hertoetsing niet veel verbeterd.
De voorzitter van de NOvAA/NBA dient een klacht in.
Klacht
De accountant heeft:
- te weinig PE-punten behaald;
- zijn interne stelsel van kwaliteitsbeheersing niet op orde.
Oordeel
De klacht is gegrond.
De accountant heeft volgens zijn eigen opgave 105,5 punten behaald. Op de zitting blijkt dat hij 26 punten heeft behaald bij cursussen, 4,5 punten bij een toetsersbijeenkomst, 9 punten voor examinatorwerkzaamheden en 10 punten voor vaktechnische leden-bijeenkomsten. De Accountantskamer neemt daarom aan dat de accountant in totaal 49,5 PE-punten heeft behaald; meer heeft hij niet aannemelijk gemaakt.
Bij de hertoetsing hebben de toetsers onder meer vastgesteld dat enkele dossiers niet op orde zijn. De accountant voert aan dat:
- de toetsers de verkeerde standaard hebben toegepast;
- de toetsers een opdrachtbevestiging over het hoofd hebben gezien;
- de toetsers er geen probleem van zouden maken dat het dossier van de bijzondere controleopdracht niet op orde was;
- in de andere dossiers wel identificatiegegevens zaten, maar de toetsers dit niet hebben vastgesteld;
- in de samensteldossiers sprake is van impliciete instemming met de opdrachtvoorwaarden;
- de voorzitter geen rekening heeft gehouden met wat de accountant in het dossier heeft vastgelegd over bedreigingen voor integriteit en onafhankelijkheid.
De Accountantskamer is niet onder de indruk van dit verweer. Ook als Standaard 3000 van toepassing zou zijn op de bijzondere controleopdracht heeft de accountant veel te weinig vastgelegd in het dossier, zodat niet kan worden geconstateerd dat de opdracht is uitgevoerd in overeenstemming met de vereisten. Voor zover de toetsers de opdrachtbevestiging over het hoofd hebben gezien, had het voor de hand gelegen dat de accountant hen daarop attent zou hebben gemaakt. De andere stellingen in zijn verweer heeft de accountant onvoldoende onderbouwd. De accountant is dus tekortgeschoten in de uitvoering en documentatie van zijn werkzaamheden. Ook is hij tekortgeschoten in de rapportering.
Al met al beschikt de accountant niet over een voldoende intern stelsel van kwaliteitsbeheersing. De Accountantskamer rekent het de accountant aan dat hij het stelsel ook nog niet op orde had ten tijde van de hertoetsing. De situatie in de praktijk was 'zeer zorgelijk' en tijdens de behandeling op de zitting niet beter.
Maatregel
Een tijdelijke doorhaling volstaat niet, omdat de accountant zijn praktijk na verloop van tijd kan hervatten zonder dat vaststaat dat de situatie is verbeterd. De Accountantskamer legt daarom een doorhaling op, waarbij de accountant zich binnen twee jaar niet opnieuw mag inschrijven. Gezien de zwaarte van deze maatregel, vindt Accountantskamer een PE-boete wat overdreven.