Klacht over beoordeling ongegrond
Een registeraccountant klaagt vergeefs over de kantoordirecteur die hem uitschreef uit het AFM-register en bij een interne review een dossier van hem afkeurde.
Accountantskamer
- Zaaknummers:
- 11/1189 Wtra AK
- Datum uitspraak:
- 23 maart 2012
- Oordeel:
- ongegrond
- Maatregel:
- geen
- Status:
- bevestigd, CBb 2 oktober 2013, AWB 12/445
- Vindplaats:
- ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0252, Samenvatting CBb-uitspraak
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
Een zelfstandig registeraccountant verkoopt zijn praktijk in 2007 aan een accountantskantoor waar hij gaat werken. In maart 2010 beoordeelt de SRA bij een review een samensteldossier van de accountant als onvoldoende. Eén van de kantoordirecteuren schrijft de accountant drie maanden later als extern accountant uit het AFM-register uit. Daarna spreekt de accountant met een directielid af dat het kantoor de betalingen voor de overgenomen praktijk opschort totdat het proces van de klantenoverdracht naar tevredenheid is voltooid.
In september 2010 krijgt een samensteldossier van de accountant ook een onvoldoende van de compliance officer van het kantoor die een steekproef heeft gehouden. In oktober wordt een interne review gehouden, ter voorbereiding op een review door de SRA in december. Hierbij keurt de kantoordirecteur die de accountant uitschreef bij de AFM een dossier van de accountant af. De accountant schort zijn werkzaamheden op en verlaat het kantoor.
De overdracht van de praktijk en de klanten verloopt zo stroef dat het kantoor en de accountant een civiele procedure aanspannen.
De accountant dient een klacht in tegen de kantoordirecteur.
Klacht
De kantoordirecteur heeft:
- zich een negatief oordeel gevormd over de vaktechnische kwaliteiten van de accountant zonder deze te hebben aangesproken op het vermeend gebrekkig functioneren, de accountant vervolgens uitgeschreven uit het AFM-register en gelogen in mededelingen aan de klager respectievelijk in stukken die zijn gebruikt in de civiele procedure;
- in de civiele procedure gebruikgemaakt van de uitkomsten van een interne review, terwijl hij wist dat daarbij geen hoor en wederhoor is toegepast;
- idem, om te beargumenteren dat de kwaliteit van de werkzaamheden van de accountant te wensen overliet;
- valsheid in geschrifte gepleegd in de civiele procedure door een formulier dat de accountant had ondertekend te vervangen door een stuk dat de kantoordirecteur beter paste;
- zich in een bespreking met de advocaat buitengewoon grievend uitgelaten over de accountant, althans toegestaan dat de mededirecteur zich in zijn aanwezigheid grievend uitliet over de accountant zonder hem terug te fluiten;
- in de civiele procedure misleidende beweringen gedaan c.q. toegestaan;
- te kwader trouw gehandeld door de afspraken over de verschuldigde betalingen niet na te komen.
Oordeel
De klacht is ongegrond op alle onderdelen.
De Accountantskamer wijst er om te beginnen op dat vrijwel alle onderdelen van de klacht samenhangen met de stellingname in een civiele procedure. Het standpunt dat een accountant in zijn zakelijke betrekkingen - al dan niet in rechte - inneemt, kan alleen in buitengewone omstandigheden leiden tot een gegrond tuchtrechtelijk verwijt. Van zulke bijzondere omstandigheden is onder meer sprake wanneer het standpunt dat de accountant inneemt bewust en te kwader trouw onjuist of misleidend blijkt te zijn dan wel in de ogen van een redelijk en goed geïnformeerde derde schadelijk is voor de goede naam van het accountantsberoep.
De kantoordirecteur weerlegt de klacht over het negatieve oordeel en de uitschrijving uit het AFM-register met succes. Het bestuur van het accountantskantoor had de accountant al voor het SRA-review laten weten dat de inschrijving van de accountant zou worden doorgehaald. De reviewer van de SRA bevestigt dat.
Dat de kantoordirecteur de uitkomsten van de interne review zonder hoor en wederhoor heeft gebruikt in de civiele procedure c.q. in de civiele procedure heeft gebruikt om de accountant zwart te maken, weerlegt de directeur ook met succes. De Accountantskamer is het met diens standpunt eens dat de accountant alle gelegenheid had om zijn zienswijze naar voren te brengen in de civiele procedure.
Dat de kantoordirecteur een formulier heeft vervalst, heeft de accountant niet aannemelijk gemaakt.
De grievende uitlatingen vindt de Accountantskamer, gezien de bewoordingen en context, niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Dreigen met een klacht bij de tuchtrechter (wat de directeur tot op heden nog niet heeft gedaan) moet kunnen. De kantoordirecteur had niet hoeven voorkomen dat zijn collega-directeur tegen de klager zei: ‘Je bent een waardeloze accountant'. Als de klager daaraan aanstoot nam, had hij of zijn advocaat moeten protesteren. Het lag volgens de Accountantskamer niet op de weg van de aangeklaagde kantoordirecteur om in de bres te springen voor de accountant.
De accountant heeft evenmin aangetoond dat de kantoordirecteur misleidende beweringen heeft gedaan.
Dat de kantoordirecteur de afspraken over betalingen heeft geschonden, is de Accountantskamer ook al niet met de klager eens. Volgens afspraak waren de betalingen opgeschort en zou in december worden bekeken of de overdracht van de klanten goed was verlopen. Maar voordat het zover was, heeft de accountant zijn biezen gepakt.
Maatregel
Geen.