Cliënt doet zelf opnieuw aangifte en stuurt accountant nota
De software van een accountant zorgt voor een misverstand bij de Belastingdienst. De cliënt doet opnieuw aangifte en stuurt daarvoor een rekening naar de accountant. Die weigert te betalen en de Raad voor Geschillen beslecht de ruzie over de declaratie. Tuchtrechtelijk valt niets op de RA aan te merken.
Accountantskamer
- Zaaknummers:
- 10/1946 Wtra AK
- Datum uitspraak:
- 23 mei 2011
- Oordeel:
- ongegrond
- Maatregel:
- geen
- Status:
- definitief
- Vindplaats:
- ECLI:NL:TACAKN:2011:YH0170
Lex van Almelo
Belangrijkste feiten
Een registeraccountant verzorgt sinds 2000 de aangifte inkomstenbelasting van een cliënt en zijn gezin. In maart 2005 richt de cliënt een stamrecht bv op. De accountant stelt daarvoor de jaarrekening samen en verzorgt de aangifte vennootschapsbelasting maart 2005 tot en 31 december 2006.
De accountant stuurt de rekening voor deze werkzaamheden. De cliënt vindt deze te hoog en legt de zaak voor aan de Raad voor Geschillen. Omdat de cliënt en de accountant tot een vergelijk komen, trekt de cliënt de klacht in. Maar de zakelijke banden worden verbroken.
In 2008 krijgt de stamrecht bv een ambtshalve aanslag vennootschapsbelasting over 2005. De accountant heeft namelijk aangifte gedaan met een softwarepakket voor 2006. Daardoor gaat de Belastingdienst er vanuit dat er alleen over 2006 aangifte is gedaan.
De accountant wil wel opnieuw aangifte doen, maar niet voor niets. Hij raadt de ex-cliënt aan met de schriftelijke uitdraai van de aangifte naar de Belastingdienst te gaan en de aangifte over 2005 alsnog schriftelijk in te dienen. De Belastingdienst zal dit volgens hem als bezwaarschrift aanmerken en de aanslag alsnog corrigeren.
De cliënt doet dan zelf opnieuw aangifte en stuurt de accountant daarvoor een rekening van € 250 exclusief btw. De accountant weigert deze te betalen.
Voor de tijd die het geschil met de cliënt kost, stuurt de accountant op zijn beurt twee nota's van in totaal ruim € 1100 naar de stamrecht bv. Als die niet worden betaald, komen de accountant en de cliënt opnieuw bij de Raad voor Geschillen. Die beslist in oktober 2010 onder meer dat de accountant de cliënt € 500 moet betalen als vergoeding voor gemaakte kosten. Verder moet hij de twee nota's crediteren.
Klacht
De accountant heeft zich niet gehouden aan prijsafspraken en is ondeskundig, onzorgvuldig niet integer en onprofessioneel te werk gegaan.
Oordeel
De klacht is volledig ongegrond.
Waarom het samenstellen van de jaarrekening duurder is geworden dan voorzien, heeft de accountant in oktober 2007 uitgelegd. De cliënt heeft niet aannemelijk gemaakt dat er prijsafspraken bestaan waarvan de accountant is afgeweken.
De cliënt heeft het verwijt dat de accountant fouten heeft gemaakt bij het samenstellen van de jaarrekening niet onderbouwd. Pas nadat de aandeelhouders van de stamrecht bv de jaarrekening hadden vastgesteld, is de cliënt met vragen en informatie gekomen die tot correctie noopten. Het is niet aannemelijk geworden dat de accountant een en ander eerder had moeten weten.
De Accountantskamer is het niet met de cliënt eens dat de accountant originele creditnota's had moeten sturen. Het toezenden van kopieën was voldoende. Over het declaratiegeschil heeft de Raad voor Geschillen zich al gebogen. De Accountantskamer ziet geen feiten en omstandigheden die tuchtrechtelijk verwijtbaar zijn.
Het advies van de accountant om alsnog schriftelijk aangifte te doen, vindt de Accountantskamer juist. Zeker omdat de accountant niet meer de belastingadviseur van de stamrecht bv was.
Tot slot heeft de klager evenmin aannemelijk gemaakt dat de accountant hem in de communicatie onheus heeft bejegend. De klager heeft de gewraakte uitlatingen onvoldoende omschreven.
Maatregel
Geen.