Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een Accountant-Administratieconsulent werkt op een kantoor voor administratieve dienstverlening samen met onder anderen een belastingadviseur en een assistent accountant.

Het gaat niet goed met het kantoor en er moeten een paar mensen uit. De AA gaat elders werken. Voor de assistent accountant wordt een ontslagvergunning aangevraagd bij het UWV. Zij vecht haar ontslag aan.

De vertrokken AA schrijft op verzoek van de directeur van het kantoor een brief over zijn voormalige collega's, te weten de belastingadviseur en de assistent accountant. Over de belastingadviseur is hij lovend. Over de assistent accountant laat hij zich in negatieve bewoordingen uit.

De AA schrijft onder meer dat hij de assistent accountant herhaaldelijk heeft moeten wijzen op "haar oncollegiale houding", dat zij "eenvoudig vervangbaar" is en veel minder presteert dan de belastingadviseur, wiens ontslag "zeer bezwaarlijk" zou zijn. Ook schrijft hij dat hij heeft gehoord dat de assistent accountant in tegenstelling tot de belastingadviseur haar vakkennis niet bijhoudt.

Verder schrijft hij onder het kopje "correcte toepassing afspiegelingsbeginsel": ' Met grote verbazing heb ik gelezen dat (de assistent accountant, red.) stelt dat de echtgenote van de eigenaar van (het kantoor, red.), mevrouw C moet worden voorgedragen voor ontslag. Als de kosten verminderd moeten worden (...) kan mevrouw C door haar flexibiliteit in werktijden, salaris et cetera dit positief beïnvloeden. Bij het in dienst houden van (de assistent accountant, red.) is deze flexibiliteit niet aanwezig, zodat de kosten dan niet aangepast kunnen worden. Persoonlijk vind ik dat (de assistent accountant, red.) een brug te ver is gegaan."

Klacht

De assistent accountant vindt dat de AA de beginselen van professioneel gedrag, objectiviteit en integriteit heeft geschonden.

Oordeel

De Accountantskamer wijst erop dat de AA wist dat de brief zou worden gebruikt in een ontslagprocedure. Hij moet daarbij niet alleen het belang van zijn opdrachtgevers/cliënt dienen, maar ook het algemeen belang. Hij moet waken voor bedreigingen van zijn objectiviteit, deskundigheid en zorgvuldigheid in deze beginselen waarborgen.

De Accountantskamer vindt niet dat de accountant schade heeft toegebracht aan de eer van stand met de passage over het afspiegelingsbeginsel. "Deze passage is naar het oordeel van de Accountantskamer een weergave van de persoonlijke zienswijze van betrokkene op de verhoudingen op het kantoor van de werkgever ..." Omdat bovendien de UWV het afspiegelingsbeginsel op dezelfde wijze hanteert als de werkgever van de assistent accountant is de klacht op dit punt ongegrond.

De Accountantskamer vindt de klachten op het punt van objectiviteit en deskundigheid echter wel gegrond.

Gezien de inhoud, het taalgebruik en de woordkeuze van de brief kan de accountant het UWV gemakkelijk op het verkeerde been zetten en de objectieve oordeelsvorming over de voorgelegde ontslagaanvraag belemmeren. De AA heeft zich volgens de Accountantskamer "kennelijk onvoldoende gerealiseerd dat hij door de (soms zeer) negatieve kwalificaties (...) de schijn op zich laat dat hij zich hierbij uitsluitend heeft laten leiden door sympathie voor zijn (voormalige) opdrachtgeefster en haar belangen en onvoldoende oog heeft gehad voor het belang dat voor klaagster op het spel stond. Uit niets blijkt dat hij zich de bedreiging voor zijn eigen objectiviteit heeft gerealiseerd, laat staan dat hij daartoe waarborgen heeft getroffen."

De Accountantskamer vindt dat de accountant zich in de passage over de vakkennis van de assistent accountant kennelijk niet op eigen waarneming baseert maar op die van zijn opdrachtgeefster/cliënte. Daarbij riskeert hij dat zijn veronderstelling niet juist is. Volgens de Accountantskamer blijkt hieruit opnieuw dat de AA zich niet heeft gerealiseerd dat zijn deskundigheid en zorgvuldigheid werden bedreigd en geen passende waarborgen heeft getroffen.

Maatregel

Omdat de UWV het ontslag van de assistent accountant om andere redenen heeft goedgekeurd, heeft de brief van de AA geen effect gehad. Daarom ziet de Accountantskamer af van een maatregel.