Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

Een Brits-Nederlandse oliemaatschappij eist zeven miljard euro van een Colombiaanse oliemaatschappij. Het Colombiaanse bedrijf heeft een rekening bij een Nederlandse grootbank en zegt dat het uitsluitend schulden heeft bij deze bank. Een registeraccountant, die als senior financial professional op de afdeling Financial van de bank werkt, zoekt op verzoek van een oud-collega informatie over de tegoeden van het Colombiaanse bedrijf. De oud-collega werkt inmiddels voor de Brits-Nederlandse oliemaatschappij. De accountant verstrekt hem mondeling en per e-mail vertrouwelijke bankgegevens. De accountant is door de grootbank ontslagen.

Klacht

De grootbank verwijt de accountant dat hij het vertrouwen in de beroepsgroep van registeraccountants heeft beschaamd, dat hij de geheimhoudingsplicht uit de Verordening Gedragscode heeft geschonden en dat hij zich niet professioneel heeft gedragen. Verder heeft de accountant onder meer gehandeld in strijd met het beginsel van integriteit en informatie gemanipuleerd of vertrouwelijke informatie gebruikt voor persoonlijk gewin.

Oordeel

De accountant valt ook in zijn huidige functie als accountant in business onder het bereik van het tuchtrecht voor accountants.

De accountant heeft zijn geheimhoudingsplicht geschonden en bovendien niet-integer gehandeld omdat hij zijn collega's heeft voorgehouden dat hij de vertrouwelijke gegevens nodig had in het kader van solvabiliteitsonderzoek.

De accountant heeft niet de bedreiging onderkend die uitging van de situatie waarin een oud-collega een ongepast beroep deed op zijn vriendschap en loyaliteit. En hij heeft die situatie niet zorgvuldig beoordeeld noch waarborgen getroffen om de bedreigingen weg te nemen dan wel terug te brengen tot een aanvaardbaar niveau.

Het is niet aannemelijk geworden dat de accountant de informatie heeft gebruikt voor zijn persoonlijk gewin. Dus (alleen) op dit onderdeel is de klacht ongegrond.

Maatregel

De Accountantskamer tilt zwaar aan de schending van de geheimhoudingsplicht omdat het bij een bank extra belangrijk is dat de gegevens van cliënten vertrouwelijk worden gehouden. Om die reden zou een doorhaling passend zijn geweest. Maar omdat de accountant niet heeft gehandeld met een streven naar geldelijk gewin, is ontslagen, sombere vooruitzichten heeft opnieuw werk en niet eerder tuchtrechtelijk is veroordeeld, houdt de Accountantskamer het bij een doorhaling van drie maanden.

Annotatie Hans Blokdijk

Ook in dit geval blijkt de Accountantskamer bij de zwaarte van de sanctie de nadelige gevolgen die de overtreding voor betrokkene uit anderen hoofde al gehad heeft, mee te wegen. Mijn indruk is dat dit zwaarder en vaker dan voorheen geschiedt.