Lex van Almelo

Belangrijkste feiten

De partner van een overleden effectenbezitter heeft het vruchtgebruik van diens vermogen. In opdracht van de bewindvoerder moet een Accountant-Administratieconsulent jaarlijks aangeven hoeveel het vermogen waard is en wat de beleggingsopbrengsten uit dat vermogen zijn. De vruchtgebruiker wil een afschrift van die informatie vóór 1 april ontvangen met het oog op de belastingaangifte.

Omdat de accountant niet alle informatie heeft, kan hij na enig aandringen op 1 april slechts een deel van de informatie verstrekken. De vruchtgebruiker vindt dat de accountant nu en eigenlijk steeds te traag is met het verstrekken van de gevraagde informatie. De Raad van Tucht verklaart de klacht gegrond, maar legt geen maatregel op.

Beroepsgrond

De accountant zegt dat nergens in de opdracht staat dat hij de informatie voor een bepaalde datum moet aanleveren. Aangezien de gevraagde informatie fiscaal niet relevant is, hoeft hij dat ook niet per se voor 1 april te doen.

Oordeel in beroep

Het beroep is gegrond. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven kan in de opdracht van de bewindvoerder aan de accountant inderdaad geen bepaalde leveringsdatum vinden. De accountant heeft de vruchtgebruiker ook niet toegezegd de informatie voor 1 april te leveren. Daarom is het beroep gegrond en moet de klacht van de vruchtgebruiker alsnog ongegrond worden verklaard.

Maatregel

Geen.