Staatsbalans: terug van weggeweest
Ingevoerd door minister van Financiën Lieftinck in 1945, afgeschaft door Dijsselbloem in 2012 en nu door minister Hoekstra in ere hersteld: de staatsbalans.
Tijdens Prinsjesdag zal Hoekstra aan de Tweede Kamer een Miljoenennota aanbieden met daarin opgenomen de staatsbalans per ultimo 2018. Daarmee legt het kabinet verantwoording af over het gevoerde beheer over bezittingen, schulden en vermogen door de rijksoverheid.
Dat is goed nieuws, want de Tweede Kamer moet kunnen meebeslissen over de gehele financiële positie van de rijksoverheid, niet alleen over de inkomsten en uitgaven van het jaar. Want uit de staatsbalans per ultimo 2018, die volgens de modernste internationale statistische grondslagen is opgesteld, blijkt dat er wel werk aan de winkel is: het vermogen van het Rijk is nu 113 miljard euro negatief en dat is 100 miljard slechter dan de laatste staatsbalans die Dijsselbloem publiceerde in 2012. De grootste bezitting destijds was de gasbel, die voor € 123 miljard in de boeken stond. Daar is nu nog € 19 miljard van over.
In de tussenliggende jaren heeft het kabinet besloten de gaswinning sterk terug te schroeven, om verdere bodemdaling en aardbevingen te beperken. Dat betekent een aanzienlijk duurzame waardevermindering (impairment) van de gasbel op de balans. Deze waardevermindering komt echter niet tot uitdrukking in het begrotingsoverschot of -tekort, berekend als het verschil tussen de kasinkomsten en -uitgaven van het jaar. Door de verslechtering van de financiële positie meteen ten volle tot uitdrukking te brengen in het overschot of tekort van het jaar waarin de afwaardering optreedt, zou een duidelijker beeld ontstaan. Zo’n duidelijker beeld ontstaat in het batenlastenstelsel.
Dat de Tweede Kamer belang hecht aan de staatsbalans en het batenlastenstelsel is wel gebleken uit de aanbevelingen die Joost Sneller (D66) en Bart Snels (GroenLinks) van de Vaste commissie voor Financiën hebben gedaan aan minister Hoekstra. Zij bevelen de minister aan pilots uit te voeren met het batenlastenstelsel bij twee ministeries die de meeste materiële activa in bezit hebben: Defensie en Infrastructuur. Ook Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer, is een groot voorstander van het invoeren van het batenlastenstelsel bij de centrale overheid.
Internationaal is er een duidelijke ontwikkeling naar meer transparantie van overheidsfinanciën. Steeds meer landen brengen met een staatsbalans de waarde van bezittingen en schulden in beeld om te laten zien of ze aan toekomstige generaties een overschot of tekort overdragen. Binnen de Europese Unie wordt intensief overleg gevoerd om te komen tot een geharmoniseerd stelsel van financiële verslaggeving.
De staatsbalans is nu als pilot opgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek in opdracht van minister Hoekstra en vooruitlopend op de Miljoenennota alvast gepubliceerd op de website van het CBS. Het is van belang dat deze wordt opgenomen in de Comptabiliteitswet, zodat de staatsbalans weer een vast onderdeel wordt van het financieel jaarverslag van het Rijk, dat op Verantwoordingsdag wordt aangeboden aan de Tweede Kamer. In dit jaarverslag is nu weliswaar een overheidsbalans opgenomen, maar dat is het totaal van de balansen van rijksoverheid, gemeenten, provincies, waterschappen en andere instellingen die tot de collectieve sector worden gerekend, zoals scholen en ProRail. Deze balans heeft een andere doelstelling, namelijk het geven van een totaaloverzicht van de financiële positie van alle overheden in Nederland. Het kabinet legt daarmee geen verantwoording af over het beheer van bezittingen en schulden van het Rijk.
Beter nog is dat Nederland het voorbeeld volgt van vele andere landen die inmiddels een balans opstellen per ministerie, zodat ministers individueel verantwoording afleggen over de bezittingen en schulden onder hun beheer. In hun begroting zouden zij dan ook een geprognotiseerde balans kunnen opnemen en een uiteenzetting van het voorgenomen beleid rondom bezittingen en schulden. Internationale instellingen pleiten er bovendien voor bij de opstelling van een balans van de overheid ook de bezittingen en schulden van de staatsbedrijven te betrekken.
Een staatsbalans presenteert beleidsrelevante informatie, zoals bijvoorbeeld over de vertraagde inning van erfbelasting. Een balans toont de vertraagde inning als een oplopende vordering op de belastingbetaler die in een volgend jaar kan worden geïnd. Het overschot of tekort op batenlastenbasis wordt door een vertraging in de inning niet beïnvloed.
De Europese Unie, het IMF en de G20 doen allemaal een klemmend beroep op landen om het batenlastenstelsel in te voeren en te werken aan een versterking van de balans, om beter geprepareerd te zijn voor een mogelijke financiële crisis.
Vandaar mijn oproep aan de minister van Financiën om voort te maken met de invoering van het batenlastenstelsel en zelf net zo transparant te gaan rapporteren over de rijksoverheid als andere overheden binnen en buiten Nederland al jaren doen.