Behartigenswaardige woorden, verkeerd geadresseerd
Voelde het NBA-bestuur zich gepasseerd, gezien de brief van 5 oktober aan de vaste Kamercommissie Financiën? Die commissie sprak op 10 oktober met de Monitoring Commissie Accountancy (MCA) over de stand van zaken in de Nederlandse accountancysector en spreekt daarover ook nog met de minister van Financiën.
De brief bevat behartigenswaardige woorden. De adressering aan de volksvertegenwoordiging in plaats van aan de eigen achterban roept echter vragen op. En waarom zat er een Veranderagenda Audit bij als bijlage en niet de Vernieuwingsagenda Accountantsberoep?
De brief beschrijft goede voornemens en erkent dat het effect daarvan nog niet aantoonbaar is. De bij de brief gevoegde Veranderagenda Audit, die deze aantoonbaarheid zou moeten waarmaken, is een aangescherpte versie van het in november 2017 gepubliceerde document; aangescherpt naar aanleiding van het MCA-rapport uit mei 2018. De versie van november 2017 was al aangepast ten opzichte van de eerste versie van de Veranderagenda uit juni 2017, nadat de Tweede Kamer in september 2017 snellere en zichtbaarder resultaten eiste. Wie kan nog twijfelen aan de veranderbereidheid van de NBA, als elke aanleiding wordt aangegrepen voor aanscherping van de eigen veranderplannen?
Wat niet verandert in de reactie van accountants op kritiek van publieke belanghebbenden is hun focus op controlekwaliteit. Die focus wortelt in de Leer van het Gewekte Vertrouwen van Limperg en was aanvankelijk terecht. Controle voldoet echter niet meer om vertrouwen in het zakelijk verkeer te bevorderen zodra maatschappelijke verwachtingen focussen op fraude en continuïteit. Tegemoet komen aan die verwachtingen vereist een vertrouwensleer 2.0, die focust op sociale psychologie, op bouwen aan vertrouwen in relaties, in plaats van op 'toevoegen van betrouwbaarheid aan informatie'. Controlekwaliteit-fetishisme maakt fraude en onzekerheid over continuïteit tot onoplosbare (‘wicked’) problemen, want onoplosbaar vanuit controleperspectief.
De NBA-brief van 5 oktober bevat het behartigenswaardige streven naar "een cultuur waarbinnen het publiek belang altijd prevaleert boven individuele of commerciële overwegingen, waarbij we samenwerken, verantwoordelijkheid nemen, onze ruggen rechten en waarin we ons aanspreekbaar en kwetsbaar durven opstellen". Dat verdient uitwerking richting de eigen achterban. Kamerleden hebben er weinig boodschap aan. Het roept bij hen hooguit de vraag op waarom zo'n evident wenselijke cultuur kennelijk nog ontbreekt.
De brief constateert terecht: "Herstel van maatschappelijk vertrouwen vergt meer dan alleen het verbeteren van de controlekwaliteit." Wát dat meerdere is, blijft onduidelijk. Het bijvoegen van een Veranderagenda Audit, hoezeer ook aangescherpt, impliceert nog steeds een focus op controle. Waarom is niet de Vernieuwingsagenda Accountantsberoep bijgevoegd, die ook betrekking heeft op de meerderheid van niet-controlerend accountants?
Waarom adresseert het NBA-bestuur een dergelijke brief aan volksvertegenwoordigers, in plaats van aan zijn achterban? Waarom toont de NBA onvoldoende effectief leiderschap, waardoor dergelijke woorden kennelijk nodig blijven, al zijn ze bepaald niet nieuw? Beantwoording van die vragen vereist analyse van machtsverhoudingen binnen de beroepsgroep.
Gender(dis)balance speelt een belangrijke rol in de machtsverhoudingen binnen de accountancy. Daarnaast zie ik minstens drie andere componenten die een directere verklaring vormen voor deze brief.
Allereerst de machtsverhouding tussen de grote accountantsorganisaties en de NBA. De big four zijn niet alleen flink groter dan de NBA, maar bovendien in sterkere mate hiërarchisch georganiseerd. De NBA-medewerkers voeren uit wat NBA-bestuur en -directie besluiten, maar hebben - zoals in elke contributie-gefinancierde organisatie van professionals - relatief veel individuele speelruimte, die niet door marktoverwegingen getemperd wordt. Bovendien is de NBA een democratische organisatie en een organisatie met veel invloed van vrijwilligers via commissies en aanverwante organen. Een big four organisatie kent een sterkere eenheid van leiding en een grotere afhankelijkheid van medewerkers ten opzichte van leidinggevenden. Dat komt onder andere tot uitdrukking in relatief gemak waarmee stemmers gemobiliseerd kunnen worden voor cruciale NBA-ledenraadplegingen.
In de tweede plaats begint een disproportioneel deel van de accountants zijn (of haar) loopbaan binnen een big four kantoor. De big four organisatiecultuur straalt dus uit naar de hele professie. Deels opereren kleinere accountantsorganisaties en eenpitters bewust anders. Een groot deel van de big four organisatiecultuur werkt echter onderbewust door, doordat die te zeer 'eigen' gemaakt is en tot norm en maatstaf verheven.
Die twee componenten samen maken dat een dergelijke brief van het NBA-bestuur aan accountantsorganisaties niet te verwachten is. Zeker niet openbaar, voor een bühne van de buitenwacht die zijn vertrouwen in de beroepsgroep voor een belangrijk deel kwijt is.
Een derde component van de machtsverhoudingen binnen de accountancy bestaat uit de misvatting buiten de accountancy dat accountants zich uitsluitend of primair bezighouden met onafhankelijke controle van externe verslaggeving. Het merendeel van de accountants, dat zich bezighoudt met samenstellen, adviseren en managen, heeft belang bij het kunnen ‘schuilen’ onder dat aura van onafhankelijkheid. Dat merendeel gaat dus mee in de framing van accountancy als controlefunctie en (dus) primair bestaansrecht ontlenend aan ‘controlekwaliteit’. Vandaar dat de Kamercommissie een Veranderagenda Audit kreeg en geen Vernieuwingsagenda Accountantsberoep.
Welke machthebber binnen de accountancy voelt zich aangesproken en neemt de handschoen op? Wie stelt zich aanspreekbaar en kwetsbaar op?
Naschrift NBA
Het is gebruikelijk dat de NBA in aanloop naar een Kamerdebat of –geprek de Kamerleden informeert over de stand van zaken in de sector en/of de standpunten van de sector over de onderwerpen die door de Kamer besproken worden onder de aandacht brengt.
In dit geval sprak de Vaste Kamercommissie voor Financiën op 10 oktober j.l., net als twee jaar geleden, met de Monitoring Commissie Accountancy (MCA) naar aanleiding van de publicatie van haar tweede rapportage eerder dit jaar. De scope van de MCA en in dit geval de Kamer is hoofdzakelijk gericht op accountantsorganisaties met een AFM-vergunning voor het uitvoeren van wettelijke controles. Daarom lag de nadruk in de brief van de NBA op de Veranderagenda Audit. Daarnaast is vanzelfsprekend ook de Vernieuwingsagenda een topprioriteit voor de NBA waarover, net als over de Veranderagenda Audit, veelvuldig met de achterban gecommuniceerd wordt.