Een recept voor het verdienmodel van accountants
De roep om het verdienmodel van accountants te veranderen wordt steeds luider. Van een Tweede Kamerlid dat hier vragen over stelt tot beleggersvereniging VEB, die in haar reactie op het recente AFM-rapport oproept tot een discussie over het verdienmodel.
Gerben Everts (AFM) stelt maatregelen voorlopig uit en geeft de sector nog een kans om met het huidige model verbetering te laten zien. Tevens vraagt hij een recept om de kwaliteit van de controles te verhogen. Mijn recept voor hem bestaat uit drie ingrediënten: verliezen, vertrouwen en verbinden.
Wat moeten we verliezen?
De algemene teneur rondom de publicatie van het recente AFM-rapport is dat de kwaliteit van accountantscontroles te laag is, de sector een probleem heeft en de kantoren een gebrek aan urgentie laten zien. De oorzaak hiervan wordt mede gezocht in het verdienmodel. Accountants worden rechtstreeks betaald door hun klanten en dat genereert prikkels om commerciële belangen te stellen boven het publieke belang. Maar het is op basis van het AFM-rapport niet mogelijk om te concluderen dat de problemen worden veroorzaakt door het verdienmodel, aangezien de AFM geen onderzoek heeft gedaan naar deze relatie (zie deel 1, p. 67).
Een onderdeel van het verdienmodel van accountants is de winstdeling van partners. In het AFM-rapport lees ik dat kwaliteit doorslaggevend is in de beloning van partners bij Deloitte en PwC (zie deel 1, p. 38). Deze maatregel zou ervoor moeten zorgen dat de partners het publieke belang (lees: kwaliteit) voorop stellen. Toch heeft deze beloningsvorm niet kunnen voorkomen dat beide organisaties wettelijke controles uitvoeren die door de AFM met een onvoldoende zijn beoordeeld. Misschien niet zo verwonderlijk, als we kennis nemen van onderzoek waarin is aangetoond dat financiële beloningen een averechts effect kunnen hebben op de intrinsieke motivatie van mensen. Daarom is mijn eerste ingrediënt: het verliezen van de illusie om met hulp van financiële prikkels accountants te motiveren tot het leveren van een hogere kwaliteit.
Waarop moeten we vertrouwen?
De AFM schetst een somber beeld, maar ziet ook lichtpuntjes. Het is goed dat de AFM deze deelt in de vorm van ‘good practices’. Voorbeelden hiervan zijn de intensivering van practice reviews bij Deloitte, de training in gedrag en cultuur van onderzoekers die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van oorzakenanalyses bij KPMG en de dialoogsessies om een gedragsverandering van medewerkers en partners te realiseren bij PwC. Deze voorbeelden tonen aan dat er wordt gewerkt aan een verbetering van kwaliteit en cultuur. Daarom moeten we vertrouwen op de accountants die vanuit hun intrinsieke motivatie werken aan het herstel van vertrouwen. Toch hebben de genomen maatregelen op organisatieniveau niet kunnen voorkomen dat individuele controleopdrachten als onvoldoende zijn gekwalificeerd door de AFM. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat mensen uniek zijn en verschillend reageren op veranderingen.
Vorige week sprak ik een alumnus van Nyenrode. Toen het ging over de AFM-rapportages van de afgelopen jaren en het verdienmodel van accountants gaf hij het volgende voorbeeld. Stel: we geven iedereen een kip. De meesten zullen deze kip opeten om in leven te blijven. Sommigen laten deze kip eieren leggen die opbrengsten genereren, terwijl maar enkelen op zoek gaan naar een haan om een nog grotere opbrengstenstroom te creëren. Dit voorbeeld laat zien dat mensen verschillend reageren op een relatief eenvoudig verdienmodel, waarin iedereen één kip heeft. Dat is in lijn met onderzoek waaruit blijkt dat zowel de persoon als de situatie van belang zijn in het veranderen van gedrag. Het is dus niet zo zinvol om een nieuw verdienmodel te bedenken dat van toepassing is op alle accountants in de controlepraktijk. Er zijn namelijk altijd wel enkele accountants die een list bedenken om hun eigen belang te dienen. Daarom is mijn tweede ingrediënt: het vertrouwen op de accountants die beschikken over de capaciteit en motivatie om de kwaliteit te leveren die de maatschappij van ons vraagt.
Hoe kunnen we verbinden?
Het derde ingrediënt ziet op de verbinding die tot stand kan komen in de innovatiekeuken van de AFM. De AFM beschikt over een ‘InnovationHub’ waar nieuwe initiatieven kunnen worden getest. Hiervoor wil ik het volgende idee aandragen, dat is gebaseerd op een voorstel dat ik eerder met mijn collega’s Remko Renes en Inez Verwey heb gepubliceerd op deze site. Ik geloof namelijk niet in een toezichthouder die publieke rapportages gebruikt als een stok om slecht functionerende accountants te slaan. Dat creëert een angstcultuur: wij, de controlerende accountants, tegen zij, de AFM. Om deze cultuur te doorbreken is verbinding noodzakelijk.
De gasten bestaan uit vertegenwoordigers van de AFM, accountants die de lichtpuntjes in het AFM-rapport hebben bewerkstelligd, data-analisten, journalisten, fraude-experts, investeerders, politici en wetenschappers. Zij gaan gezamenlijk aan de slag bij het uitvoeren van controleopdrachten bij organisaties van openbaar belang. Eerst in de ‘InnovationHub’ van de AFM, om de juiste receptuur te testen. De diversiteit binnen dit team zou een positieve impuls moeten geven aan de kwaliteit van de controles. Zeker als iedereen zich openstelt voor wat de ander te bieden heeft. Ik ben ervan overtuigd dat deze aanpak leidt tot nieuwe en verrassende inzichten, want journalisten, investeerders en politici stellen hele andere vragen dan accountants. Verandering van spijs doet eten, dus laten we eens een ander recept proberen. Eet smakelijk!
Gerelateerd
IFIAR gaat inspecties van toezichthouders vier jaar lang meten
Het International Forum of Independent Audit Regulators (IFIAR), de wereldwijde organisatie van toezichthouders op het accountantsberoep, wil de kwaliteit van audits...
Meer krassen, meer moed
Het accountantsberoep is niet gewend om het open gesprek te voeren over fouten en leert er daarom niet van. Berry Wammes gunt accountants 'in het veld' en ook bestuurders...
Waar maak jij je druk om?
Waarom spreken zo weinigen binnen het accountantsberoep zich uit, vraagt Pieter de Kok zich af. Het beroep zou gebaat zijn bij meer tegengeluid, boosheid en compassie.
Verbeterplan accountantssector is tien jaar oud
Precies tien jaar geleden, op 25 september 2014, bood de accountantssector aan de politiek het verbeterplan 'In het publiek belang' aan. Dat plan moest zorgen voor...
Toezicht op CSRD-assurance: een pleidooi voor systeemtoezicht
Het bevorderen en handhaven van de kwaliteit van niet-financiële audits hangt niet alleen af van regelgeving, maar ook van een toezichtmodel dat samenwerking, vertrouwen...