Opinie

Einde aan een gedwongen huwelijk

Voor 84 procent van de 'accountants in business' is het kunnen voeren van de titel RA of AA het belangrijkste motief om lid te zijn van de NBA, zo blijkt uit een enquête van de beroepsorganisatie.

Dat is opvallend, omdat de kerncompetentie van met name een RA - het kunnen afgeven van een accountantsverklaring - nu juist niet meer behoort tot de dagelijkse werkzaamheden van deze financiële professionals. Zij hebben ook vol overtuiging afscheid genomen van een rol als openbaar accountant. Waarom dan bij een club blijven die zich primair richt op een vak dat zij niet langer wilden uitoefenen?

De rapportage over het ledenonderzoek staat bol van bijvoeglijke naamwoorden, zonder dat de cijfers de kans krijgen om voor zichzelf te spreken. Dat wijst op een sterke behoefte om te sturen. Dat begint al met het voorwoord. De resultaten worden 'met enthousiasme' gepresenteerd, zodat je als lezer al wel kunt vermoeden dat er vooral een positief resultaat naar voren komt. Er hebben 'maar liefst' 1.023 accountants in business gereageerd. Op een totaal van 9.076 accountants in business onder de NBA-leden kom je dan uit op een respons van rond de elf procent. Je kunt ook concluderen dat een overgroot deel van deze NBA-leden de enquête niet bijster relevant vond. En zo staat het rapport vol met 'slechts', 'vrijwel unaniem', 'een grote meerderheid' en andere superlatieven.

Wat is het beeld zoals wij dat zien? Meer dan tachtig procent is opgeleid als registeraccountant en dus voor het openbare accountantsvak. Tweederde van hen is na enkele jaren in dat vak afgehaakt, de anderen besloten al vooraf of tijdens hun opleiding om voor een andere rol te kiezen. Het leek ze gewoon leuker om binnen een onderneming te functioneren en bovendien kregen ze genoeg van alle regeltjes en procedures. Ze profiteren nog wel van hun titel - zo blijkt - omdat het goed scoort bij sollicitaties, gezag geeft en een beter salaris mogelijk maakt. Allemaal voordelen die samenhangen met hun opleidingsachtergrond, maar geen relatie hebben met het functioneren als accountant.

Dat veel accountants in business vinden dat de NBA best wat meer aandacht aan ze mag besteden, wekt geen verwondering. Ook het ontbreken van een visie bij de NBA is geen verrassende klacht. De NBA is een hybride organisatie, waarin de helft van de leden niet als accountant actief is maar wel volop meetelt. Wat hen met de 'echte' accountants bindt, is hun opleiding en dat ze iets met cijfers doen. Maar, zoals de enquête duidelijk laat zien, binnen zeer verschillende rollen en sectoren. Op die heterogeniteit valt ook geen visie te bouwen of verbindende communicatie te ontwikkelen, anders dan iets vaags roepen over posities binnen de financiële keten. Daar zal ook in de toekomst niets aan veranderen.

Het kan een stuk simpeler. Iedereen die is opgeleid tot accountant heeft vanzelfsprekend het levenslange recht om die opleidingstitel te voeren. Dat geldt ook voor een drs., dr. of ir. Het is natuurlijk onzin om daar ieder jaar verplicht contributie voor af te dragen. Dat geldt voor die andere opleidingstitels ook niet.

Wie daadwerkelijk als accountant actief is, dus in het openbare beroep, moet verplicht ingeschreven staan in een register en is lid van de (wettelijk erkende) beroepsorganisatie. Ook dat is helder. Wie niet (meer) als accountant opereert, verdwijnt uit het register. Zoals dat bijvoorbeeld geldt voor artsen, die een minimum aantal uren per jaar als arts werkzaam moeten zijn. Of voor piloten die een verplicht aantal vlieguren moeten maken.

Het zou voor het maatschappelijk verkeer volstrekt helder en logisch zijn wanneer de NBA zich exclusief richt op de kwaliteit en het functioneren van allen die daadwerkelijk als openbaar accountant werkzaam zijn. Een accountant in business is dat niet. Voor deze oud-collega's kunnen we een Platform voor Financiële Professionals oprichten of zoiets. Maar waarom hen verplicht lid laten zijn van een vereniging voor een beroep waar ze bewust afscheid van hebben genomen?

Dat de NBA niets voelt voor deze principiële keuze, is evident. Met het vertrek van de accountants in business zou de NBA zo'n vier miljoen euro aan contributie mislopen. En misschien speelt zelfs mee dat de getalsmatige verhouding binnen de NBA tussen de RA's en de AA's dan volstrekt anders zou komen te liggen. Binnen het openbare beroep is die verhouding ongeveer gelijk. Maar onder de accountants in business zijn zo’n 7.500 van de 9.000 leden RA. De roep van mkb-accountants - waarvan een groot deel AA is - om meer ondersteuning zou binnen een 'zuivere' beroepsorganisatie niet langer genegeerd kunnen worden.

Het 'enthousiasme' waarmee de NBA de enquête begroet, gaat daarom voorbij aan de echte vraag die we zouden moeten stellen: wie doen mee in onze beroepsorganisatie? Die vraag wordt door de NBA nu met puur opportunisme beantwoord. Het wordt de hoogste tijd dat we de accountants in business uit het gedwongen huwelijk met de NBA bevrijden, hun opleidingstitel als afscheidscadeau meegeven en hen een goede toekomst toewensen. Toch jammer dat dit alternatieve scenario niet in de vragenlijst is meegenomen.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Marco Moling en Guus Ham zijn respectievelijk voorzitter en directeur van de Nederlandse vereniging van accountants en accountantskantoren (Novak), de belangenvereniging voor mkb-accountants.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.