Veelvuldig valt het geluid te horen dat mkb-accountants het slachtoffer zijn van de fouten die grote kantoren hebben gemaakt.
Marco Moling en Guus Ham verwoorden dit ongenoegen in een recent opiniestuk in het FD. Zij vinden het bijzonder wrang dat alle accountants nu een strikte scheiding tussen controle, advies en administratieve dienstverlening moeten aanhouden.
Het verdienmodel van mkb-accountants staat niet toe dat zij zich uitsluitend op controles richten. Dit leidt er volgens Moling en Ham toe dat hun klanten voor controles op de grote kantoren aangewezen zullen zijn. Deze grote kantoren profiteren zo ten koste van hun mkb-collega's van de problemen die zij zelf hebben geschapen, zo stellen de auteurs.
Die slachtofferrol past mkb-accountants echter niet. Misslagen van grote kantoren mogen mediagenieker zijn, dat wil niet zeggen dat mkb-kantoren het er beter vanaf brengen. Integendeel, in een tweetal onderzoeken in 2013 velde de AFM een vernietigend oordeel over de kwaliteit van de controles van niet-oob-ondernemingen. Deze kwaliteit was nog aanzienlijk minder dan die van de controles van grote kantoren. En die liet al ernstig te wensen over. De AFM achtte ingrijpende maatregelen geboden om de kwaliteit op het gewenste niveau te brengen.
Het is niet meer dan logisch dat de combinatie van controle en advies ook in het mkb aan banden wordt gelegd. Zoals Moling en Ham zelf al aangeven zoeken mkb-bedrijven in hun accountant een betrokken dienstverlener. Het is onwenselijk dat de accountant vanuit deze positie van financieel vertrouwenspersoon ook de controle uitvoert. Deze dubbelrol verhoudt zich niet met de onafhankelijkheid die voor controles noodzakelijk is.
Moling en Ham zouden er beter aan doen oplossingen voor dit onafhankelijkheidsprobleem aan te dragen. De sector is er niet mee gediend wanneer accountants zich gaan verliezen in gekissebis over wie van hen schuldig is aan het geschonden vertrouwen. Wat gevraagd wordt is een gezamenlijke, eensgezinde aanpak met onderkenning van de eigen tekortkomingen.
Een iets gewijzigde versie van deze opiniebijdrage is op 5 juni 2015 gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.
Bij uw eerste reactie op deze site vragen wij om een bevestiging.
Er is een bevestigingsmail naar het door u opgegeven e-mailadres gestuurd.
Rik Blijham
@ Roger. Behalve uw anonimiteit stoort mij ook de wijze waarop u andersdenkenden bejegent. Verwijten aan schreeuwlelijkerds terwijl uw eigen toonzetting op zijn zachtst gezegd weinig subtiel is lijkt mij niet heel consistent. Ik zie onafhankelijkheid primair gelegen in omstandigheden waarin belangentegenstellingen vermeden worden. Daarbij denk ik niet in de eerste plaats aan dinertjes en kadootjes maar wel aan het feit dat de accountant betaald wordt door de gecontroleerde en aan de dubbelrol van vertrouwenspersoon en controleur. Dat vervolgens ook een onafhankelijke geest nog van belang is zal ik niet ontkennen. U hoeft het daar niet mee eens te zijn, maar waarom mijn opvatting een accountant misstaat en de discussie onzuiver maakt ontgaat mij. Ik zie niets in uw repressieve benadering aangezien mijn stelling is dat we niet verbaasd moeten staan dat accountants regelmatig de fout in gaan als de onafhankelijkheid niet goed geregeld wordt.
Roger
Beste Wim,
Zou best kunnen dat je gelijk hebt! Maar laten we dan wel de discussie zuiver houden. En dat gebeurt in o.a. het artikel van Rik Blijham niet. En: met 'n accountant die wel in schijn maar niet in wezen onafhankelijk is, zullen veel van de gemaakte fout (het onvoldoende kritisch zijn) alsnog gemaakt worden. Is het misschien niet belangrijker om ons niet met de stroom te laten meeslepen naar nergens toe maar nogmaals, beter en duidelijker uit te leggen waar we wel en niet voor staan? Nu wordt de discussie vooral overheerst door wat schreewlelijkers (o.a. in de politie) die nergens verstand van hebben. Voor de goede vrede zeggen we maar ja en amen. En wil de gebruiker dan (bijvoorbeeld) een onderscheid tussen oob/niet ook of groot/klein mkb? (Antwoord: ja dus...want de gebruiker bij veel MKB bedrijven is de dga, de bank en misschien enkele leveranciers, en de fiscus uiteraard.... in ieder geval een heel andere kring dan het maatschappelijk verkeer!). Maar nogmaals...ja....misschien moet er wel meer aandacht besteed worden aan het verbeteren van onafhankelijkheid in schijn.....maar een aantal van de genomen maatregelen zijn dusdanig ridicuul dat ze lachwekkend zijn. Ik weet een betere maatregel, die ook de gebruikers beter meer zal aanspreken: bij gevallen van overduidelijk geklooi, horen ondubbelzinnige straffen (lees: stevigere maatregelen). (Waarbij dan wel de kwaliteit van de rechtspraak eerst verbeterd moet worden!!)
Rik Blijham
@Glenn, Heel vruchtbaar, die omdraaiing van de redenering, dat geeft weer een ander perspectief. Die alternatieve opdrachtgever zal er voorlopig nog wel niet zijn, maar hij kan wel heel goed als maatman dienen bij het beoordelen van onafhankelijkheidskwesties.
Wim Nusselder
Beste Roger,
Zou ‘onafhankelijkheid in schijn’ (oftewel: voor de gebruiker van financiële verslaglegging evidente onafhankelijkheid) niet eens véél belangrijker kunnen zijn voor diens vertrouwen in de accountant dan ‘onafhankelijkheid in wezen’ en (door de gebruiker niet goed te beoordelen) controle-kwaliteit? Zou HET probleem van accountancy niet eens véél meer dat vertrouwensprobleem kunnen zijn dan een ‘kwaliteitsprobleem’ (hoeveel daar ook aan schort)?
Roger
Dhr. Blijham bericht over een vernietigend oordeel van AFM over de kwaliteit van de controles van niet OOB-ondernemingen. En begint daarna te oreren over de combinatie van controle en advies en onafhankelijkheid. Helaas, en aan dit punt maken meerdere schrijvers zich schuldig - meestal de voorstanders van zoveel mogelijk onafhankelijkheid (...) - onafhankelijkheid op papier (geen advies, geen diner om de controlebevindingen te bespreken omdat anders geen tijd is etc) heeft geen invloed op de controle-uitvoering. Onafhankelijkheid (i.c. in schijn!!) is een voorwaarde die gesteld wodt om controle te mogen uitvoeren (dan wel dienen risico's gemitigeerd te worden). Maar onafhankelijkheid in schijn zegt niks over onafhankelijkheid in wezen. En onafhankelijkheid in schijn (danwel het ontreken daarvan) zegt niks maar dan ook helemaal niks over het al dan niet kwalitatief goed uitvoeren van de controle. Voor de discussie zou het dus prettig zijn als nou eindelijk deze twee zaken losgekoppeld worden. Het misstaat een accountant om zijn mening te onderbouwen door zaken die er niks mee van doen hebben, er met de haren bij te slepen.
Glenn Mungra
Een lastige discussie. Rik geeft in zijn commentaar een goed voorbeeld waarin hij zegt over een opdrachtgever: '...zeer onwaarschijnlijk dat deze partij zal toestaan dat de controlerende accountant ook adviezen gaat verstrekken.'
Daar kan ik goed inkomen. Maar wel met de volgende nuancering.
Wat als je deze redenatie zou omdraaien: zal deze partij ook toestaan dat de controleur GEEN adviezen gaat verstrekken, terwijl dit een natuurlijk uitvloeisel is geweest van de controle? Misschien verwacht de opdrachtgever dat de controleur niet zwijgt, maar juist betrokken meedenkt over de interne organisatie, zelfs als het voor de controleur leidt tot meer betrokkenheid bij doelmatigheid, efficiency en winstgevendheid bij de cliënt. In dat geval is het misschien zelfs onethisch om je advies voor je te houden.
Daarnaast zal ook de adviseur behoefte hebben aan een zekere natuurlijke afstand van zijn client om zijn rol te kunnen vervullen. Maar ik besef wel dat die 'afstand' afhankelijk is van de voor de concrete opdracht vereiste mate van onafhankelijkheid (resp. commerciële betrokkenheid.)
Als ik de voorgaande omgedraaide redenatie strikt blijft volgen zou ik dus ook kunnen stellen, dat het ingrijpen met beperkingen of toelatingen vooraf in de natuurlijke adviesrol eerder bij de verwachtingen over de adviseur moet gebeuren dan bij de controleur. Want daar ontstaan de risico's, die zich voordoen in een dubbelrol, waarover achteraf duidelijkheid nodig is.
Rik Blijham
Beste Marco en Guus, Hartelijk dank voor jullie uitgebreide en constructieve reactie. Een paar opmerkingen.
Jullie gaan voorbij aan de kern van mijn betoog. Ik denk dat het niet bevorderlijk is voor het vertrouwen in de beroepsgroep wanneer verschillende groepen accountants met de beschuldigende vinger naar elkaar gaan wijzen. Ik vond dat jullie in jullie artikel de mkb accountants nogal in een slachtofferrol plaatsten.
Principieel denken over onafhankelijkheid is niet alleen een kwestie van ethiek maar ook van rekening houden met het menselijk tekort. Je kunt nog zo onafhankelijk van geest zijn, wanneer belangentegenstellingen op scherp komen te staan is het hemd toch nader dan de rok.
Het argument dat de verzekeringsoplossing geen optie is omdat die in de markt nog geen weerklank vindt snijdt geen hout. Zolang de wettelijke controleplicht bestaat heeft het aanbieden van een Financial Statements Insurance geen zin. Ik ben dan ook voorstander van afschaffing van de wettelijke controleplicht zodat het toevoegen van betrouwbaarheid aan jaarrekeningen vormvrij wordt.
Politieke onhaalbaarheid is voor mij geen aanleiding om mijn opvattingen te wijzigen.
Ik onderken de verscheidenheid binnen het accountantsberoep. Ik juich initiatieven om meer rekening te houden met die verscheidenheid toe. Dat wil echter wat mij betreft niet zeggen dat bij accountantscontroles binnen het mkb met een mindere mate van onafhankelijkheid kan worden volstaan.
Alexander
Ik ben nu alleen werkzaam in de samenstelpraktijk, maar heb vroeger als assistent wel controlewerkzaamheden gedaan. Bijvoorbeeld twee broers die samen een groothandel hadden met ruim 20mln omzet en ruim 50 medewerkers.
De directeurs stonden al jaren aan het roer en waren daardoor de afgelopen jaren flink gegroeid. Er waren veel magazijnmedewerkers, daarnaast enkele mensen die inkoop, verkoop en administratie regelen. Mijns inziens een echte MKB-onderneming.
Nu waren er qua functiescheiding nog wel de nodige slagen te maken. Ook qua primaire vastlegging van contracten, administratie, (autorisatie van) wijzigingen. En ook qua tussentijdse cijfers, waardoor de directie meer financiele grip op de organisatie zou hebben.
Als de accountant hierbij helpt, is dat dan advies? Wel advies wat je constateert doordat er het samenstellen+controleren van de jaarrekening was.
Mijns inziens is het voor de belanghebbenden van de jaarrekening juist heel waardevol als de onderneming hierdoor meer grip krijgt en beter 'in control' is.
Ik weet in elk geval wel dat de ondernemers zelf vonden dat ze het eigenlijk wel goed voor elkaar hadden, zij stonden immers aan het roer en waren zo gegroeid, waarom zou je dan een externe adviespartij erbij halen?
- Is dit het MKB waar deze discussie over gaat, want daar zijn er mijns inziens heel veel van?
- Is dit het MKB waar de accountant zijn natuurlijke advies niet meer mag uiten als vertrouwenspersoon, behalve in een managementletter?
Pieter de Kok
Kijk Marco & Guus, deze reactie kan ik heel ver in meegaan. Zeker als de OOB agenda de 53 maatregels zijn. De hele discussie hieromtrent richting doortrekken naar MKB moet mij betreft nog echt op gang komen.
Op het niveau van auditing (aanpak, cos, dossiervorming) geloof ik in one level of playing field wbt kwaliteit. Los van discussie inrichten audit (top down versus bottom up).
Ook in MKB moeten we inderdaad de onafhankelijkheid goed waarborgen.Wat doen we niet in combinatie met audits in MKB kunnen we glashelder vastleggen.
Dan verder afpellend kom ik tot de conclusie dat ik mij in MKB assurance land op dit moment erg naar mijn zin heb en ik zomaar denk dat dit ook voor veel ondernemingen en hun stakeholders zo is.
Goed debat over wat wel wat niet uit OOB land, verdere heldere vastlegging wat doen we niet in combi audit en verder een continue focus op (ook in mijn winkel) audits elke keer een stap beter, slimmer en met meerwaarde naar MKB onderneming , en we zijn op goede weg!
En dan parallel nadenken over concrete vernieuwing in ons mooie vak en we komen met elkaar vooruit.
Kijk uit naar jullie rapport!
Marco Moling en Guus Ham
Rik Blijham neemt een glasheldere positie in en dat valt te prijzen: ook voor controles in de mkb-praktijk zouden dezelfde spelregels moeten gelden als in het oob-segment. Wanneer dit zou betekenen dat alleen de grote kantoren nog controles doen, dan is dat maar zo, lijkt de conclusie van Blijham.
Blijham is niet de enige die deze principiële lijn in de onafhankelijkheidsdiscussie voorstaat. Daarbij haalt hij zijn oude paradepaardje van stal: onafhankelijkheid is de belangrijkste factor die de kwaliteit van een accountantscontrole bepaalt. Scheiding van controle, advies en administratie én een periodieke accountantswissel zouden we dan ook voor niet-oob's moeten doorvoeren. Maar ook het opdrachtgeverschap zou volgens Blijham cs buiten de onderneming moeten worden belegd, bijvoorbeeld bij een verzekeraar (vgl http://www.blijhamra.nl/index.php?mact=News,cntnt01,detail,0&cntnt01articleid=130&cntnt01returnid=21).
Alhoewel de positie van Blijham cs ongetwijfeld hoge ogen gooit voor de ethische schoonheidsprijs gaat het voorbij aan de praktische onhaalbaarheid. Ook een periodieke accountantswissel zou tot extra lastendruk voor het mkb leiden, waar niemand in politiek Den Haag het nut en de noodzaak van ziet. Er hebben zich evenmin kandidaten gemeld om het opdrachtgeverschap van mkb-ondernemers over te nemen. En de verzekeringsoplossing die Blijham al jaren bepleit, heeft nog geen enkele weerklank in de markt gekregen.
De belangrijkste winst van het betoog van Blijham is wel dat het duidelijkheid afdwingt rond de principiële vraag die ook wij naar voren brengen (en met een volmondig ja beantwoorden): bestaat er een gerechtvaardigd onderscheid tussen oob-ondernemingen en andere bedrijven, ook met betrekking tot de eisen die wij stellen aan de accountantscontrole? Wanneer we als samenleving besluiten dat iedere vorm van differentiatie uit den boze is, omdat aan iedere accountantscontrole dezelfde eisen rond kwaliteit en onafhankelijkheid gesteld mogen en moeten worden, dan kunnen bij alle accountantskantoren de slingers van zolder worden gehaald.
De (politieke) realiteit is een andere. Dat we aan accountantscontroles in het oob-segment andere eisen (mogen) stellen dan aan wettelijke controles buiten de oob, vrijwillige controles en andersoortige controleverklaringen, vindt brede steun in de Tweede Kamer. Ook in de Europese accountantsdiscussie wordt steevast onderscheid tussen het grootbedrijf en het mkb gemaakt. Het belang van de mkb-accountant als dé vertrouwenspersoon van de mkb-ondernemer die tevens aan derden, zoals banken, overheden en leveranciers, zekerheid verschaft omtrent financiële informatie verdient volgens vrijwel alle politieke partijen en andere stakeholders de voorkeur boven een strikte rollenscheiding zoals we die bij (de accountants van) oob's wenselijk achten. Dat betekent niet dat we niet na moeten denken over onafhankelijkheidsissues die ook voor mkb-accountants opgelost moeten worden. Het biedt wel ruimte voor een bredere afweging, waarbij ook de administratieve lastendruk voor het mkb een nadrukkelijke rol speelt.
En dat is nu precies de reden waarom Novak bezig is met een eigen rapport over mkb-accountants en geen heil ziet in een blinde 'doorvertaling' van de oob-agenda naar mkb-kantoren. De actuele berichtgeving over de 'goodwill-kwestie' sterkt ons in die overtuiging. Natuurlijk kunnen maatregelen die voor oob-kantoren zijn bedacht ook vruchtbaar zijn voor mkb-accountants. De verschillen zijn wat ons betreft alleen te groot om het oob-regime normstellend voor mkb-kantoren te laten zijn. Hetzelfde geldt voor de kwaliteitsagenda bij mkb-accountants. Ja, wij vinden dat de kwaliteit omhoog moet maar wij denken niet dat mkb-accountants daarvoor meer op hun 'grote broers' moeten gaan lijken. Dat is te simpel.
Maatwerk blijft geboden. Voor die nuance vinden we bij Kamerleden en anderen nog steeds volop gehoor. Voor het debat is het prima wanneer daar meer rechtlijnige alternatieven tegenover worden gezet, zoals door Rik wordt verwoord. Het zou vooral interessant zijn wanneer ook de grote(re) accountantskantoren in deze discussie kleur bekennen. Wie durft?
Jan Wietsma
Over welk MKB hebben we het eigenlijk? Daarnaast denk ik dat menig MKB-kantoor meer doet dan strikt nodig is. Dat is de keuze van het kantoor zelf. Ook veel handboeken schrijven veel meer voor dan de regelgeving vraagt. Misschien moeten MKB-accountants leren leven met iets minder comfort. Tot slot denk ik dat Calimero-gedrag niet zoveel oplost. Moedig voorwaarts gaan wel.
jan van den berg
Ach nee zeg. Met klanten in het kleinbedrijf moet ik mij houden aan regels die voor grote bedrijven gelden. Ach nee meneer Blijham is registeraccountant en niet werkzaam in het bedrijfsleven.Hij houdt zich bezig met overname en advies. Mag meneer Blijham wel een weekje met mij meedraaien en dan zijn gezever even toetsen aan de werkelijkheid. Steeds vaker lees ik dit soort berichten. Als accountant in het kleinbedrijf wordt ik telkenmale geschoffeerd. Ook in dit artikel weer. Ik heb geen controle's en doe alleen samenstellingen. De heer Blijham geeft als kop in zijn artikel: MKB-accountants claimen onterecht slachtofferrol. Bij deze is de heer Blijham bedankt. Gelukkig is aan dit bericht nog een pluspunt toe te voegen. IK VOEL MIJ GEEN SLACHTOFFER
Wim Nusselder
Hoi Rik,
Daar zou je gelijk in kunnen hebben. Juist in dat geval is het niet nodig om zo’n scheiding wettelijk of via een eigen verordening af te dwingen. Dan kun je dat gewoon aan de markt overlaten.
Anderzijds, de wonderen zijn de wereld nog niet uit. Je zou denken dat het is ook nogal onwaarschijnlijk is dat een wetgever die externe controle wettelijk regelt en de titel van de controleur beschermt opdat deze in het publieke belang werkt toestaat dat de controlerend accountant betaald wordt door de gecontroleerde… Als accountants zou je bij je klanten toch nooit zo’n ondeugdelijke governance structuur adviseren, die de onafhankelijkheid van de controleur zozeer op de proef stelt?!
Rik Blijham
Wim, Stel dat een andere partij dan de gecontroleerde (een verzekeraar bijvoorbeeld) de controle betaalt. Het lijkt me dan zeer onwaarschijnlijk dat deze partij zal toestaan dat de controlerende accountant ook adviezen gaat verstrekken.
Wim Nusselder
Beste Rik,
Hier scheiden onze wegen zich dus enigszins, want 4 dagen geleden schreef ik in “De toekomst van de titel”: “Controle scheiden van advies als waarborg voor onafhankelijke controle miskent … achterliggende behoefte“ aan “samenwerking tussen interne en externe financials in plaats van Chinese muren.” Ik denk dat er een andere visie op accountancy mogelijk is die niet focust op onafhankelijke externe controle, maar op waarheidsgetrouwheid en volledigheid van financiële verslaggeving. Ook dat vergt een vorm van onafhankelijkheid, maar dan onafhankelijkheid van niet-financiële (bijv. marketing) perspectieven waarin interne en externe financials elkaar moeten versterken, moeten samenwerken en een gezamenlijke identiteit moeten ontwikkelen. Hoe groter een organisatie, hoe meer functiescheiding en opslitsing van processen (aansturing, uitvoering en toezicht) deze zich kan veroorloven. Het is dan ook in het MKB dat onafhankelijkheid-als-scheiding het eerder in het gedrang komt dan in grotere organisaties. Ik heb dus mijn twijfels bij jouw stelling “Het is niet meer dan logisch dat de combinatie van controle en advies ook in het mkb aan banden wordt gelegd”. Ik heb zelfs mijn twijfels of zo’n scheiding zelfs bij grotere organisaties en OOBs noodzakelijk is als de veel logischer stap dat externe controle niet langer betaald worden door de gecontroleerde gezet zou worden.
Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.
Aanmelden nieuwsbrief
Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.