Tijd voor cultuurmonitor accountancy
Jan Wietsma schreef onlangs over de trots van accountants om hun handtekening te kunnen zetten. En over de noodzaak om als accountants 'elkaar veel meer aan te spreken'.
Ik heb - net als Wietsma - een interesse in de manier waarop mensen binnen een organisatie of een beroepsgroep met elkaar omgaan. In de loop der jaren ben ik de betrekkelijkheid gaan inzien van formele verhalen die in wet- en regelgeving zitten. Of de kosmetische verhalen in glossy folders. En, de politieke verhalen van bestuurders, toezichthouders, beroepsorganisaties en communicatiemedewerkers.
Ik maak een onderscheid tussen marketingverhalen, vaktechniekverhalen en hoe-het-werkelijk-gaat verhalen. Deze laatste verhalen - en inzichten - gaan over hoe het echt gaat in de boardroom, hoe het echt gaat in controleteams, hoe het echt gaat in maatschappen, hoe het echt gaat in de manier waarop vennoten omgaan met medewerkers, hoe het echt gaat met professionele kritiek in een controleopdracht van een jonge - gedreven medewerker die trots is op zijn vak en daar inhoud aan wil geven.
Hoe het echt gaat. We hebben het dan over de wijze waarop we binnen de accountancy met elkaar omgaan. We hebben het dan over ongeschreven regels over omgangsvormen met medewerkers, toezichthouders en principalen. Aan het einde van de dag bepaalt niet een formeel kader of je die dag het goede hebt gedaan en dat goede ook goed hebt gedaan, maar of je er zelf achter kunt staan. De accountancycultuur is belangrijk omdat het de sleutels in zich draagt voor zowel behoud van het bestaande als voor vernieuwing.
Vorig jaar vroeg ik mij op deze plek af waar het Tahrirplein van de accountancy was. Dit als beeldspraak voor (politieke) vernieuwingen die beginnen op een plein waar men spontaan bijeen komt en met elkaar in gesprek gaat over de staat van de accountancy. Waar is die individuele, team en/of maatschapstem die zegt dat de toekomst van de accountancy niet ligt in de (opgelegde) nieuwe wettelijke verplichtingen, maar in de accountancy cultuur zelf.
Ik heb het afgelopen jaar gewerkt aan een cultuurmonitor nationale politie 'Zo doen we dat hier'. De functie daarvan is niet een afrekeningsmechanisme, maar het op gang brengen van een professioneel debat binnen alle lagen van de organisatie over de vraag of we het goede doen, en dat goede ook goed doen.
De cultuurmonitor bestaat uit een gevalideerde vragenlijst waarmee binnen de organisaties een aantal thema's wordt gemeten. Meten is echter slechts een hulpmiddel om binnen de cultuur een gesprek op gang te brengen.
De vragenlijst heeft ook een open ruimte waar respondenten eigen meningen, verhalen en casuistiek kunnen inbrengen. Dit leverde in de testrun een schat aan informatie op over hoe het werkelijk gaat op de werkvloer. En dus opnieuw gespreksstof om het professionele gesprek op gang te brengen.
Naast 'simpelweg' meten voorziet de methodiek in kwalitatief onderzoek: in organisatieonderdelen, teams, met leidinggevenden en stakeholders praten over de omgangsvormen, de (on)mogelijkheden van het leren van gebeurtenissen, de mate van openheid om vrijmoedig spreken te stimuleren en de (on)mogelijkheid van maten om vrijmoedig te luisteren.
De toekomst van de nationale politie - maar ook van de accountancy - zit niet alleen in cosmetica, maar ook in de cultuur: de wijze waarop accountants onderling met elkaar omgaan, maar zeker ook met relevante derden.
Waarom is een cultuurmonitor accountancy belangrijk?
Geert Hofstede onderscheidt verschillende lagen waarin cultuur zich kan openbaren of waarin die juist minder zichtbaar verweven zit. De buitenste schil betreft het zichtbare gedrag met daaronder diepere lagen als normen, waarden en onbewuste basisassumpties die de blik waarmee accountants naar de wereld kijken kan beïnvloeden. Wil men cultuur meten, en er invloed op uitoefenen dan is een belangrijke vraag binnen welke la(a)g(en) men wilt opereren; binnen de zichtbare gedragingen van medewerkers of ook de onderliggende waarden en normen die tot dit gedrag leiden. Een accountancy cultuurmonitor zal idealiter de binnenschillen moet raken. En daar ook een beetje pijn doen.
Cultuur raakt alle lagen, aspecten en houdingen, omgangsvormen en gedragingen van de (accountants)organisatie. Cultuur geeft (on)bewust betekenis aan hun functioneren van accountants, aan controle- en advieswerkzaamheden en de accountancyfunctie in de samenleving.
'Cultuur' is meer dan de som der delen. Het is een patroon van gedeelde basisaannames die accountants in teamverband leren om problemen binnen de uitoefening van werkzaamheden (interne integratie) en houding en gedrag richting de principaal (externe integratie) het hoofd te bieden. Culturen hebben invloed op de wijze waarop accountants met elkaar omgaan, hoe zij hun werk uitoefenen, hoe zij zich kleden en de wijze waarop ze praten - onderling en met het maatschappelijk verkeer.
Cultuur zit in codes en voorschriften en wordt (over)gedragen door (in)formele sleutelpersonen die de cultuur scheppen of in stand houden. In iedere maatschap zijn mensen naar wie wordt opgekeken, die worden bewonderd en die een rolmodel zijn voor collega's. Cultuur zit in verhalen, roddels en geruchten (koffieautomaatverhalen). Cultuur zit sterk in symbolen en rituelen. Dit zien we ook terug in de huisstijl, in logo's en bijvoorbeeld in de kleding van accountants.
De cultuur houdt een organisatie en/of een beroep bijeen, zorgt voor een stabiel, voorspelbaar, bestendig en ondeelbaar geheel. Een sterke cultuur waarbij bepaalde waarden door veel leden worden gedeeld kan daarbij goed zijn voor de te leveren prestaties, maar mogelijk nadelig voor zaken als veranderingsgerichtheid, gevoeligheid voor de externe omgeving, integriteit en creativiteit.
Een cultuurmonitor accountancy zou als doel moeten hebben om relevante thema's inzichtelijk en daardoor bespreekbaar te maken.