Concept standaard 4410: Handleiding voor A-merk product
Het Adviescollege Beroepsreglementering werkt aan de implementatie van de nieuwe samenstellingsstandaard van de International Auditing and Assurance Standards Board (IAASB).
Deze standaard is opgesteld volgens het clarity-formaat van de IAASB, waarbij duidelijker onderscheid wordt gemaakt tussen de vereisten en de toelichtingen. Het concept wordt natuurlijk binnenkort geconsulteerd. Kort wat uitgangspunten.
Wat is de rol van de accountant bij samenstellen?
Bij samenstellen gaat het om het ondersteunen van de klant bij het opstellen van bijvoorbeeld de jaarrekening. De accountant brengt daarbij zijn deskundigheid in op het gebied van administratieve verwerking en financiële verslaggeving. Hij waarborgt met zijn kennis en ervaring als vakman een goed eindproduct. Een accountantsoordeel over de jaarrekening ontbreekt, maar zijn betrokkenheid geeft vertrouwen in de maatschappij. Net zoals het Bovag-lidmaatschap van autobedrijven vertrouwen geeft. Een keurmerk waarbij je mag rekenen op kwaliteit.
Hoe wordt de kwaliteit gegarandeerd?
Het vertrouwen in de kwaliteit is afhankelijk van de zwakste schakel. Daarom is het belangrijk dat alle accountants dezelfde kwaliteit leveren die past bij de verwachting in de samenleving. Om die reden is de standaard verplicht gesteld bij het samenstellen van jaarrekeningen. Voor andere historische financiële informatie kan de accountant er voor kiezen de standaard toe te passen.
Helpt de standaard accountants zich te onderscheiden?
Veel accountants in het mkb willen zich onderscheiden van andere partijen. Met de conceptstandaard kiest de NBA voor het onderscheiden op kwaliteit. Met de samenstelverklaring onderscheidt de accountant zich van anderen en brengt hij de toegevoegde waarde van een samenstellingsopdracht tot uitdrukking.
Toch richt de standaard zich ook op een efficiënt samenstelproces. Bij samenstellen ondersteunt de accountant de klant. Hij is niet verantwoordelijk voor de juistheid en volledigheid van de jaarrekening en hoeft dan ook geen controlewerkzaamheden uit te voeren, maar hij kijkt natuurlijk wel kritisch naar de informatie die hij van de klant krijgt. Dat kan alleen als hij weet wat de klant doet, in wat voor omgeving deze opereert en hoe in de branche verantwoording wordt afgelegd. Ten slotte leest de accountant het samengestelde verslag nog eens kritisch door. Sluit het aan bij zijn kennis van de onderneming en zijn de verbanden en verhoudingen logisch? Niet alleen om de jaarrekening kritisch te beoordelen maar ook om kennis te vinden die de basis kan zijn om de ondernemer te adviseren. Want dat verwacht de klant van hem.
Is de standaard niet te lang?
De NBA ziet, net als de IAASB, de samenstelopdracht als volwaardig en op zichzelf staand product. De standaard regelt daarom ook zaken rond ethisch gedrag en kwaliteitsbeheersing. Voordeel is dat je in principe de andere standaarden er niet bij nodig hebt. Nadeel is dat de standaard daarom relatief lang is, maar net als bij een handleiding geldt dat je hem één keer goed zult moeten doorgronden om hem efficiënt toe te passen. Daarna gebruik je hem als naslagwerk. Dan helpt het als alle informatie in één standaard is opgenomen.
Peter Eimers heeft deze column samen geschreven met Carel Verdiesen, vice-voorzitter Adviescollege Beroepsreglementering.
Gerelateerd
Jaarverslaggeving mkb bij dreigende discontinuïteit: Ken de spelregels
Nu de rook van de coronacrisis optrekt, worstelen veel ondernemingen met betalingsproblemen. Overheidsmaatregelen, zoals uitstel van belastingbetalingen, de NOW...
De mkb-accountant als bezemwagen?
Moet de accountant zich als een soort bezemwagen ontfermen over door toezichthouders tijdens de rit afgeschoven toezichtstaken, zoals rondom de deponering van jaarcijfers,...
NBA scherpt handreiking over corruptie aan
De NBA heeft een gewijzigde versie van Handreiking 1137, over 'Werkzaamheden bij corruptie' gepubliceerd ter consultatie. De handreiking is vooral gericht op controles,...
Onroerend goed of fout?
Waarom moeilijk doen als het makkelijker kan rondom de waardering van onroerend goed bij kleine rechtspersonen, meent John Weerdenburg.