Onderscheid in het mkb
De gebruikelijke weekendpost vanuit de NBA, met te lezen stukken voor het bestuur, stemde afgelopen maand niet echt tot grote vreugde.
De mailbox liep over van vast te stellen verordeningen: de verordening op de ledenvergadering, op het bestuur, op de ledengroepen, op de afdelingen en kringen, op de Raad voor Toezicht, op de gecombineerde praktijkopleiding en op de arbeidsvoorwaarden voor het NBA-personeel. Dat krijg je als de eerste Algemene Ledenvergadering van onze nieuwe beroepsorganisatie in zicht komt (24 juni 2013).
Natuurlijk zijn veel van die verordeningen niet drastisch gewijzigd ten opzichte van de bestaande versies, maar je moet er toch weer doorheen. Ze geven immers helderheid over de manier waarop we met elkaar omgaan. Ook de nieuwe VGBA zal op de agenda van die ALV komen te staan, maar niet ter besluitvorming. Op verzoek van vele leden zal de VGBA in combinatie met de nieuwe onafhankelijkheidsregelgeving worden behandeld, en die laatsten zijn nog niet afgerond. De besluitvorming zal naar alle waarschijnlijkheid plaatsvinden in een extra ledenvergadering in december.
Ook op een andere manier was er aandacht voor regelgeving binnen het bestuur. Namens NEMACC (het kenniscentrum voor de mkb-praktijk van NBA en Erasmus Universiteit Rotterdam) mocht ik de uitkomsten van een onderzoek naar de ervaringen met onze regelgeving aanbieden aan collega Huub Wieleman. Hij zal het Adviescollege voor Beroepsreglementering en de Ledengroep Openbaar Accountants vragen vervolg te geven aan de conclusies.
Het onderzoek maakt duidelijk dat accountants in de mkb-praktijk last hebben van de regeldruk. Vooral de kwaliteitsregels voor het eigen kantoor worden door collega's in het mkb als belastend ervaren. Principle based-regels worden daarbij als lastiger gezien dan dichtgetimmerde aanwijzingen. Veel accountants hebben behoefte aan heldere instructies over zaken als dossiervorming, cliëntacceptatie en integriteit. Ook voor het uitvoeren van opdrachten bij kleinere ondernemingen wordt gevraagd om meer duidelijkheid. Die behoefte leeft trouwens niet alleen bij kleine kantoren.
Opmerkelijk is ook de wens om het verschil in kwaliteit met administratiekantoren met hulp van de beroepsregels beter zichtbaar te kunnen maken. Dat toont opnieuw aan dat er sprake is van stevige concurrentie met andere marktpartijen in het mkb. Ons Actieprogramma MKB moet leden helpen hun koers voor de toekomst te bepalen en zichzelf te onderscheiden, bijvoorbeeld met hoogwaardig advies.
Om dat onderscheid te benadrukken is de NBA tijdens de jongste Week van de Ondernemer ook gestart met een nieuwe mkb-campagne, met als slogan ‘Daarom een accountant'. Een nieuwe website met die naam vertelt er meer over. Het blijft goed om de markt te vertellen wat een accountant te bieden heeft. Maar laten we één ding niet vergeten: het onderscheid maken we vooral zelf; iedere dag opnieuw. Onze kwaliteit moet daarbij voorop staan. We weten allemaal dat die voortdurend aandacht behoeft.
Gerelateerd
Ondernemer wil in 2025 meer aandacht geven aan eigen financiën
Meer aandacht voor de privé - en bedrijfsfinanciën staat hoog op het lijstje van goede voornemens voor 2025. Een kwart van de particulieren, ruim de helft van het...
Kleinbedrijf presteert beter, maar één op de drie kleine ondernemers overweegt te stoppen
Bijna een derde (31 procent) van de ondernemers in het Nederlandse kleinbedrijf denkt erover met hun bedrijf te stoppen. Naast financiële motieven spelen ook de...
KVK biedt overzicht van wijzigingen voor ondernemers vanaf 2025
Website kvk.nl, het platform van de Kamers van Koophandel, biedt sinds kort een overzicht van nieuwe wetten, wetswijzigingen en regels waar ondernemers vanaf 1 januari...
Productiviteit mkb moet omhoog om economie te versterken
De overheid en ondernemers moeten meer doen om de productiviteit in het mkb te verbeteren. Dat stelde Jacques van den Broek, voorzitter van het Nederlands Comité...
Ondernemers, pak de lead en kom in balans
Wat maakt dat ondernemers hun business aanvoelen, goed aansturen en ondanks alle uitdagingen positief doorgroeien? Pieter de Kok over een mix van factoren.