Beroepsorganisatie weegt wel degelijk maatschappelijk belang
De onjuiste bewering van AFM-bestuurder Gerben Everts, als zou het NBA-bestuur louter bestaan uit vertegenwoordigers van de accountantskantoren, gaat een eigen leven leiden nu ze is herhaald door FD-redacteur Jeroen Piersma.
Het is een misverstand met vergaande consequenties, want het vormt de basis onder de veronderstelling dat de beroepsorganisatie haar oren laat hangen naar de belangen van de kantoren.
Om het misverstand recht te zetten: het NBA-bestuur bestaat uit dertien leden, waarvan een minderheid, namelijk zes leden, van de grote en middelgrote kantoren afkomstig is. De overige zeven leden zijn afkomstig uit het bedrijfsleven, de overheid of zijn werkzaam als zelfstandig ondernemer.
Deze pluriforme samenstelling waarborgt een goede belangenafweging, waarbij de rode draad de gemeenschappelijke gedragscode is, met daarin vervat de kernwaarden van het accountantsberoep.
Aanleiding voor het misverstand zijn de recente opgestelde onafhankelijkheidsregels, die volgens Everts en Piersma zouden zijn afgezwakt onder druk van de leden. Ook dat is niet juist. De oorspronkelijke voorstellen zijn aangepast na een brede consultatie waaraan zowel leden als externe stakeholders deelnamen.
Onder deze laatste groep bevonden zich naast de AFM ook organisaties als Eumedion, VNO/MKB Nederland, de Nederlandsche Bank en de KNVB. Dat op basis hiervan de voorstellen zijn aangepast (en op de meeste punten verduidelijkt in plaats van afgezwakt) is niet zo verwonderlijk, integendeel. Het zou eerder een blijk van arrogantie zijn geweest als het NBA-bestuur niét geluisterd zou hebben naar maatschappij en achterban.
Woorden als 'scharrelruimte' en 'marchanderen' zijn dan ook niet op hun plaats.