NBA

Beroepsorganisatie weegt wel degelijk maatschappelijk belang

De onjuiste bewering van AFM-bestuurder Gerben Everts, als zou het NBA-bestuur louter bestaan uit vertegenwoordigers van de accountantskantoren, gaat een eigen leven leiden nu ze is herhaald door FD-redacteur Jeroen Piersma.

Het is een misverstand met vergaande consequenties, want het vormt de basis onder de veronderstelling dat de beroepsorganisatie haar oren laat hangen naar de belangen van de kantoren.

Om het misverstand recht te zetten: het NBA-bestuur bestaat uit dertien leden, waarvan een minderheid, namelijk zes leden, van de grote en middelgrote kantoren afkomstig is. De overige zeven leden zijn afkomstig uit het bedrijfsleven, de overheid of zijn werkzaam als zelfstandig ondernemer.

Deze pluriforme samenstelling waarborgt een goede belangenafweging, waarbij de rode draad de gemeenschappelijke gedragscode is, met daarin vervat de kernwaarden van het accountantsberoep.

Aanleiding voor het misverstand zijn de recente opgestelde onafhankelijkheidsregels, die volgens Everts en Piersma zouden zijn afgezwakt onder druk van de leden. Ook dat is niet juist. De oorspronkelijke voorstellen zijn aangepast na een brede consultatie waaraan zowel leden als externe stakeholders deelnamen.

Onder deze laatste groep bevonden zich naast de AFM ook organisaties als Eumedion, VNO/MKB Nederland, de Nederlandsche Bank en de KNVB. Dat op basis hiervan de voorstellen zijn aangepast (en op de meeste punten verduidelijkt in plaats van afgezwakt) is niet zo verwonderlijk, integendeel. Het zou eerder een blijk van arrogantie zijn geweest als het NBA-bestuur niét geluisterd zou hebben naar maatschappij en achterban.

Woorden als 'scharrelruimte' en 'marchanderen' zijn dan ook niet op hun plaats.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Berry Wammes is programmadirecteur Cultuur en Beroepsontwikkeling bij de NBA. Hij was tot 1 september 2023 algemeen directeur van de NBA.

Anne-Marike van Arkel was tot 1 februari 2018 algemeen directeur van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA).

8 reacties

vanus

Waarom moet NBA wederom de handschoen oppakken? Wat is de taak / verantwoordelijkheid van de verantwoordelijke functionarissen van de kantoren? Beter bekend als de partners? Wat is de verantwoordelijkheid van de individuele accountant? Wat is de rol van de docenten aan de universiteiten? Waar is het gezonde verstand? Als dit alles niet meer kan regeren is dan wet- regelgeving het antwoord? Hopelijk niet. Zijn de regels momenteel niet duidelijk genoeg? PE-cursus(je) dan maar weer? Ja Marcel, Gerben zal gerust weten hoe de juiste samenstelling van het bestuur is van NBA, en ja niet handig om het onjuist op te nemen in tekst(en). Helaas weinig Daan, maar wanneer gaat het nu allemaal een keer echt gebeuren?

Jan Bouwens

Het is jammer dat Jeroen Piersma en Gerben Everts onjuistheden in hun argumentatie verwerkten. Dat geeft de andere partij de gelegenheid om de conclusies in twijfel te trekken. En dat is hetgeen hierboven gebeurt. Met deze stellingnames komen we echter geen mm vooruit. Als we nu met zijn allen willen dat het aantal schandvlekken afneemt, en we constateren dat niet alle kantoren in staat zijn om daarin in voldoende mate te voorzien, wat moet dan de conclusies zijn? In mijn ogen is er maar een conclusie mogelijk en die luidt dat NBA de handschoen opneemt.

Gerard Dirven

Ik heb me zojuist door 42 pagina's toelichtende tekst op de ViO en 11 pagina's voorbeelden op toepassing van hoofdstuk 4 geworsteld. Veel werk, waarvoor respect. Mijn vrees is bewaarheid. Je kunt erin lezen wat je wilt. De 'rules' kunnen linksom en rechtsom worden uitgelegd. Dat gaat nog heel wat gesoebat met de AFM opleveren. Maar ach, dan zijn we weer een paar jaar verder. Leve de transparantie naar het maatschappelijk verkeer en leve onze onafhankelijkheid! Business as usual. Alleen even opschrijven. Lekker doormodderen maar.

Hans Dijkstra

De vraag die hier mijns inziens vooral centraal staat is die van zelfregulering, oftewel (ook breder maatschappelijk) ‘Kan ik zelfregulering aan?’ Daarom even een reactie in een breder kader (over die zelfregulering). Precies tien jaar na de lancering van de code-Tabaksblat (a.s. maandag) kan worden vastgesteld dat er geen bewijs is dat de beoogde zelfregulering van bedrijven is geslaagd. Voor instellingen in de publieke sector geldt hetzelfde overigens. Wie kijkt naar het slagveld van en na de financiële crisis, en de reeks van andere incidenten, komt gemakkelijk tot de conclusie dat het woord ‘incidenten’ hier niet meer van toepassing is. De essentie van het probleem van falende zelfregulering lijkt dat het structureel ontbreekt aan relevante transparantie en aan werkelijke tegenmacht. Het voorbeeld, eerder deze week, van gebrek aan inzicht in bestuurdersbeloningen in de corporatiesector illustreert beide elementen pijnlijk duidelijk. Het juiste inzicht in de vereiste informatie wordt door veel corporaties niet gegeven, en door de ‘gatekeepers’ vervolgens niet afgedwongen. Een ander voorbeeld van betrouwbare relevante transparantie is niet-financiële informatie. Daarvoor zijn nog weinig wetten en regels, en de ontwikkeling daarvan gaat slechts moeizaam. Zelfregulering is toch een vorm van polderen, het staat bol van de goede bedoelingen, het houdt aansprakelijkheid op afstand en het zorgt inmiddels ook voor aardig wat werkgelegenheid. Wat is dan wel de oplossing? In de sector waar ik in werk, de accountancy, is sinds de versterking van de rol van de externe toezichthouder behoorlijk wat veranderd. Of dat allemaal ten goede is, is de vraag. Maar de AFM doet adequaat en integer wat de politiek haar namens de maatschappij heeft opgedragen. Bij bestuurdersbeloningen is hetzelfde patroon zichtbaar, alleen een wet kan de topinkomens omlaag dringen. De politieke reflex van meer regels na maatschappelijk ongenoegen over ‘incidenten’ is daarom wel verklaarbaar. Dus dan maar meer wetgeving? Nee, liever niet . Liever minder wetgeving en betere handhaving, dus ‘high trust, high penalty’. Maar dat kan alleen als burgers in de samenleving samen die zelfregulering willen dragen. Dat betekent het repareren van het collectieve ‘slecht eigenaarschap’ van burgers als stakeholder van maatschappelijke ondernemingen, als mede-eigenaar van pensioenvermogens en als niet zo kritische consumenten. Dat betekent ook dat burgers, media en volksvertegenwoordigers moeten ophouden om bij ieder incident te roepen om meer regels. Dat gaat echter niet vanzelf. Het is, in de nasleep van de crisis, vooral de ongelijke verdeling van de maatschappelijke gevolgen van die crisis die de vraag naar een optimale invulling van de aard en omvang van zelfregulering maatschappelijk zo relevant maakt. Een voorbeeld dat het verschil in maatschappelijke gevolgen duidelijk laat zien is het salarisgebouw in de publieke sector. De wet die topinkomens in de publieke sector normeert kent een overgangstermijn van in totaal zeven jaar. Eerst mag een topfunctionaris vier jaar het inkomen boven de wettelijke norm behouden, en dan volgt afbouw in drie gelijke delen naar de nieuwe norm. Een norm die dan nog altijd op niveau van een ministerssalaris ligt. Aan de onderkant van het salarisgebouw zitten bijvoorbeeld medewerkers in de thuiszorg. Als de gemeente die thuiszorg inkoopt bij een schoonmaakbedrijf in plaats van een zorginstelling, dan worden de medewerkers verplicht mee te gaan naar de nieuwe aanbieder van dat schoonmaakwerk. Uiteraard tegen het minimumloon, en zonder zeven jaar overgangstermijn. De vraag is dus hoeveel zelfregulering maatschappelijk wenselijk is. De meest betrokken belanghebbenden bij ‘goed bestuur’ hebben zowel de kennis van zaken over de beperkingen van ‘goed bestuur’ als de financiële voordelen van ‘goed bestuur’. Het is helaas een wat cynische constatering, maar de Angelsakische variant van ‘fuck you money’ lijkt in het Rijnlandse model de laatste jaren in feite ‘good governance’ te zijn. Zelfregulering is in het voordeel van de mensen met ‘fuck you money’ en de governance-industrie, terwijl die zelfregulering niet heeft meegeholpen aan het voorkomen van grote ongelukken en incidenten, en de advisering niet of nauwelijks waarde toevoegde voor bedrijven die echte spullen maken of instellingen die echt waarde toevoegen aan mensenlevens. Want dat is waar het in een samenleving met betrokken burgers echt om zo moeten gaan Dat is tenminste mijn voorkeur, en misschien is dat een minderheidstandpunt. Maar in een land met zo veel hoogopgeleide burgers, dat zo veel uren per dag besteedt aan entertainment en media, en zo veel vrijheid kent, moet het mogelijk zijn de voorwaarden te creëren waarin betrokken burgers een constructieve tegenmacht vormen om de noodzakelijke, en meestal goedwerkende instituties. Relevante transparantie en werkelijke tegenmacht, het waren precies die twee voorwaarden die toenmalig commissievoorzitter, wijlen Morris Tabaksblat, benoemde als voorwaarden voor herstel van vertrouwen in de intenties en het gedrag rond het onderwerp goed bestuur. Dat geldt voor bedrijven, maar net zo goed voor accountantskantoren en onze beroepsorganisatie.

Marcel Pheijffer

Een paar puntjes. 1. Heel goed dat de NBA-directie snel en adequaat reageert. 2. Eveneens hulde voor het duidelijke standpunt in de slotzin: afstand nemen van scharrelruimte en marchanderen. Voorts: 3. Ik denk dat Gerben Everts best weet hoe het NBA-bestuur is samengesteld en dat de quote dan ook ongelukkig is. Bovendien staat deze niet tussen aanhalingstekens. 4. Jeroen Piersma stelt het vandaag in het FD niet geheel juist en dat is dan ook bij deze door de NBA-directie krachtig hersteld. en, echter: 5. Graag zou ik van de NBA-directie en/of het Bestuur graag horen wat ze inhoudelijk vinden van de diverse punten die zowel Everts als Piersma maken. Immers: 6. Zou daar de echte discussie niet over behoren te gaan?

Vanus

Als Gerben Everts stelt dat het NBA bestuur uitsluitend bestaat uit partners van de big 4 kantoren, dit wordt ontkracht door de auteurs van dit blog, is er dan niemand die zich afvraagt wat de waarde is van de bevindingen van de uitgevoerde controlles van AFM? Het verdere advies vanuit AFM laat ik maar even voor wat het is.

Gerard Dirven

Ik ben het volledig eens met de scherpe analyse van de heer Piersma. Hij schetst ook hoe het verhaal afloopt afhankelijk van de keuzes die wel of niet worden gemaakt. Een echte leider is geen consensus zoeker. Een echte leider overziet het slagveld, onderkent dat de omstandigheden gewijzigd zijn, herziet daarop zijn strategie, gaat voorop in de strijd en ......schuwt het maken van slachtoffers niet. In dit perspectief is de ViO een gemiste kans. Een gemiste kans om aan het maatschappelijk verkeer te laten zien dat we onze publieke taak niet licht nemen. Dat indien we een controle opdracht aanvaarden we deze ook objectief en onafhankelijk uitvoeren. Dat we deze niet laten vertroebelen door andere belangen die we hebben. Dat we geen behoefte hebben aan 'scharrelruimte' en dat we niet marchanderen. Niet bij de OOB's maar ook niet in het MKB. Natuurlijk zullen we daarbij een faire prijs bedingen voor onze gerechtvaardigde inspanningen. Ik zie bij veel controles in het MKB zaken misgaan omdat we menen ons te vertrouwd te moeten opstellen naar onze cliënten die we (terecht) koesteren. Met 2 petten op heeft nooit goed gewerkt, maar daar worden we nu keihard op aangesproken. Ben je nou onafhankelijk of niet? Als eerder gezegd: ik kan het niet uitleggen. Kies (per client) positie: controleur of adviseur. Leg je toe op datgene waar je goed in bent en waar je hart ligt. Maar blijf niet tegen beter weten in volhouden dat er maatschappelijke consensus is om door te blijven modderen. De omstandigheden zijn gewijzigd. Aanpassen of gecorrigeerd worden. Het is niet anders.

Arnout van Kempen

De KNVB? Wonderlijk. Hoe dan ook: serieus goed dat het NBA zo nu en dan laat zien dat de maatschappelijke beeldvorming gewoon onjuist is. Dat is absoluut van belang, en doet recht aan het harde werken van bestuur en bureau van het NBA om evenwichtig en genuanceerd haar wettelijke taak uit te voeren: a. bevorderen van een goede beroepsuitoefening door accountants, onder meer door het vaststellen van beroepsreglementering; b. behartigen van de gemeenschappelijke belangen van accountants; c. zorg dragen voor de eer van de stand van de accountants; en d. zorg dragen voor de praktijkopleiding, bedoeld in artikel 47. Toch lijkt me dat uitleggen dat iedereen het verkeerd begrepen heeft zo zijn grenzen kent. Je zal uiteindelijk toch iets moeten doen met maatschappelijke kritiek, zelfs als het domme kritiek is. Tijdens de accountantsdag werden uitspraken gedaan over de keizer die narren nodig heeft, en over de apen die eens bij elkaar moesten gaan zitten op de rots. Moet het NBA, naast alle goede dingen die achter de schermen en soms voor de schermen, al gebeuren, daar niet eens invulling aan geven? Nodig de bestuursvoorzitters van de Big 4, de SRA, de SAB en NOVAK eens uit. Nodig ook een paar narren uit: Marcel Pheijffer, Jan Wietsma, de Wildschut-boys, de heer Mock, Pieter de Kok, en vul maar aan met wie in dit rijtje thuis hoort. Zet ze samen minimaal een dag op de hei, met als enige opdracht: doe eens wat wilde voorstellen, wat out of the box gedachten, waarmee het NBA aan de gang kan, en waar dit clubje zich aan wil committeren. Randvoorwaarden: 1. De apen dragen de ideeën actief uit binnen NBA en binnen hun kantoor. Geen vrijblijvendheid. 2. De narren accepteren dat de apen een rechtmatige behoefte hebben geld te verdienen. Nar zijn is prima, maar er zijn grenzen aan de humor. En ja, ik snap dat dit niet aanvoelt als een makkelijk voorstel. Is dit geen overwaardering van de narren? Of van de apen? Ik zou bijna zeggen: wat heb je te verliezen? Stel liever de vraag: wat valt er te winnen door de zaak eens zo te benaderen?

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.