De jacht op crimineel geld
Het door Marian Husken en Harry Lensink geschreven boek 'De jacht op crimineel geld' lees je in één adem uit. Accountants komen er nauwelijks in voor, wel geeft het interessante inzichten.
Het 288 pagina's tellende boek geeft een aardige inkijk in de Amsterdamse penose en deels ook daarbuiten. Verschillende bekende namen passeren de revue zoals Klaas Bruinsma, Johnny Mieremet, Evert Hingst, Jan-Dirk Paarlberg, ‘Dikke Charles' Geerts en natuurlijk ook ‘De neus' ofwel Willem Holleeder en last but not least Willem Endstra.
Het geeft een kijk op het leven in de onderwereld, de vele miljoenen die daarin omgaan en wie met wie een (zakelijke) verhouding heeft.
Als forensisch accountant valt op dat de modus operandi niet of nauwelijks wordt beschreven. Wel stijgt de verbazing soms tot grote hoogte. Het gemak waarmee vele miljoenen guldens (veel speelde in de 'guldentijd') werden gestort op nummerrekeningen bij banken in met name Luxemburg is stuitend. Dat geldt meer in het algemeen ten aanzien van de hoeveelheid chartaal geld die in criminele kringen in omloop is. In de huidige tijd wordt overigens steeds vaker van ‘debitcards' gebruikgemaakt om buiten het zicht van de autoriteiten geld te transfereren.
Veel crimineel geld loopt via bankrekeningen in Zwitserland, België en Nederland bij bekende banken als UBS, ABN AMRO, de later faillerende Femis Bank en andere banken. Het routeren van transacties via ondernemingen op Curaçao of de Britse Maagdeneilanden, waardoor de criminele eigenaar van de onderneming de Nederlandse justitie nauwelijks zichtbaar was, kwam veel voor.
Met name gewiekste advocaten en belastingadviseurs stippelen dergelijke routes uit en speelden een zeer bedenkelijke rol in de onderwereld. Justitie probeert via ontnemingsprocedures zoveel mogelijk van het geld terug te halen, maar de opbrengst daarvan is nog steeds te laag. Er lijken veel mogelijkheden te zijn voor financieel forensisch onderzoek in de zoektocht naar crimineel geld, teneinde de ontnemingsopbrengst te vergroten.
Komen er ook accountants in voor? Hoewel ze in een enkele zijlijn in één adem worden genoemd met de advocaten en belastingadviseurs, kan uit het boek niet het crimineel gedrag van bepaalde accountants worden afgeleid. Dat is dan weer mooi meegenomen in een tijd waarin ons beroep vaak kritisch wordt bejegend.
Nee, in dit geval zijn het echt de advocaten en belastingadviseurs die het moeten ontgelden. Helaas is de prijs daarvoor soms erg hoog. Van de acht personen die op de cover van het boek staan afgebeeld zijn er tenminste drie vermoord, onder wie een advocaat.
In dit boek wordt niet geheel duidelijk of het losgeld van de Heinekenontvoering nu wel of niet is geïnvesteerd in de Amsterdam seksindustrie. Er zijn wel aanwijzingen voor, maar sleutelfiguren ontkennen het geld te hebben beheerd of geïnvesteerd. De suggestie wordt gewekt dat Holleeder daar nog steeds een behoorlijke invloed heeft.
Misschien is een van de laatste hoofdstukken wel het meest ontluisterend. Dit gaat over 'Dikke Charles' Geerts, de exploitant van twintig panden met zestig ramen op de Amsterdamse wallen. De gemeente Amsterdam wil af van de seksexploitatie in de binnenstad en dreigt ondernemers met Bibop-procedures in het kader van project 1012 (opschonen van de Wallen).
In onderhandeling met de gemeente komt 'Dikke Charles' met een buitensporig hoge vraagprijs van 25 miljoen euro. De gemeente heeft deze vraagprijs onmiddellijk geaccepteerd, waarna er twee 'winnaars' uit de strijd kwamen. 'Dikke Charles' als de enige echt witgewassen miljonair met een huis in Kenia, en toenmalig wethouder en huidige vice-premier Lodewijk Asscher, die het is 'gelukt' de panden en ramen te sluiten om ze een andere bestemming te kunnen geven.
De enige 'verliezer' is de belastingbetaler.