Van ruilen komt huilen
De mkb-praktijk is voor de komende twee jaar door het NBA-bestuur tot bijzonder speerpunt benoemd. Via deze weg wil ik graag een verzoek indienen voor een nieuwe praktijkhandreiking, die handelt over het onderwerp 'Toelichten van waardering afgeleide financiële instrumenten aan mkb-ondernemers'. De NBA zou er eventueel ook een serie van kunnen maken. Deel A: de renteswap.
Ik mag graag geloven dat afgeleide financiële instrumenten oftewel derivaten uitsluitend worden gebruikt door Organisaties van Openbaar Belang en niet voorkomen in het mkb. Wishful thinking. Bij diverse mkb-ondernemingen is de standaard bankverklaring niet enkel meer het middel om de betalingsbevoegdheden te controleren, na te gaan of alle bankrekeningen zijn verantwoord en alle verplichtingen toereikend worden toegelicht, maar tevens noodzakelijk voor een volledig inzicht in de financiële instrumenten waarvan gebruik wordt gemaakt.
De financiële instrumenten die ik tegenkom bij deze mkb-ondernemingen zijn vaak niet (uitermate) complex. Renteswaps, rentecaps en termijntransacties zijn vooral populair, dan wel op succesvolle wijze verkocht door de huisbankier. Vooral de renteswap gaat echter vrij roekeloos om met haar populariteit, met haar vandaag de dag vaak negatieve reële waarde.
Ondernemers die ervoor kozen om de kasstroom aan uitgaande rentebetalingen niet te laten fluctueren en een variabele kasstroom ruilden voor een vaste kasstroom, betalen door daling van de rentestanden in de afgelopen jaren vandaag de dag veelal (te) veel rente.
Voor de mkb-ondernemer is het vervelend dat de zekerheid omtrent de uitgaande financieringskasstroom een kostbaar instrument is gebleken. Voor de accountant is het vervelend omdat hij de mkb-ondernemer moet uitleggen hoe de renteswap in de administratie moet worden verwerkt. "Kijk, beste cliënt, het staat hier in Richtlijn 290 allemaal duidelijk verwoord."
Waardering tegen kostprijs lijkt eenvoudig, maar RJ 290.541 stelt helaas dat indien de reële waarde lager is dan de kostprijs, het verschil direct ten laste van het resultaat dient te worden verwerkt. Het ideale moment om de nieuwe praktijkhandreiking over het 'Toelichten van waardering afgeleide financiële instrumenten aan mkb-ondernemers' erbij te pakken en je cliënt eens haarfijn uit te leggen dat de hogere rente die de onderneming de komende jaren periodiek tot het einde van de looptijd van het instrument keurig zal betalen, nu reeds zal leiden tot een passiefpost in de administratie.
Veelzijdig als RJ 290 is, biedt kostprijshedge-accounting wel de mogelijkheid de renteswap op kostprijs te waarderen, mits er sprake is van een effectieve hedgerelatie en hedgedocumentatie beschikbaar is.
In het ongetwijfeld incidentele geval dat hedgedocumentatie niet door de mkb-ondernemer is opgesteld, slaan we de nieuwe praktijkhandreiking er nog even op na om de ondernemer, die vol begrip luistert, wederom haarfijn uit te leggen wat hij heeft verzuimd om schriftelijk vast te leggen.
Of tussentijdse afwaardering logisch is wanneer de mkb-ondernemer de renteswap tot einde looptijd aanhoudt, valt te betwijfelen. Ook de vraag of het inzicht niet beter is gediend met het spreiden van de rentelast over de jaren waarin deze ook wordt betaald, zou zich kunnen aandienen.
Mede gezien het reële gevaar RJ 290 verkeerd te interpreteren, houd ik de mededeling aan mijn mkb-cliënten liever beperkt tot de door mij voorgestelde benaming voor de nieuwe praktijkhandreiking: "Van ruilen komt huilen".