Kennis Delen in het kwadraat
Als wij als beroepsgemeenschap ons lot ook maar een beetje zelf in de hand willen houden, zullen we onze bredere Umwelt - het voorwaardenscheppend bestel voor een efficiënt en effectief functionerend beroep - goed moeten begrijpen.
Het maatschappelijk debat over deze materie is niet van vandaag, maar loopt al enkele eeuwen. Voor de historici onder ons misschien wel enkele duizenden jaren.
De Financial Times geeft dat debat een goede doorstart in de artikelenserie Capitalism in Crisis - gisteren afgetrapt met een stevige eerste bijdrage door John Plender.
Te onzent gaf Arie van der Zwan in 2009 in Trouw een nuchtere kernanalyse van een tot op het bot verstoord financieel-economisch bestel. Voor iedere accountant met wat basiskennis van het financieel-economisch systeem en belangstelling voor de maatschappelijke consequenties, makkelijk te volgen.
Van geheel andere orde, anekdotisch maar zeker waard hier even onder de aandacht te brengen, is een randopmerking die ik dit weekend toevallig oppikte uit 'De dagboeken van Bernie & Ellis'.
Dit verslag van authentieke dagboeken gaat over een Scheveningse liefde in oorlogstijd. Over twee smoorverliefde joodse teenagers, die bij het onderduiken met elkaar hadden afgesproken ieder een dagboek bij te houden.
Midden in dat aangrijpende simultaanbeeld van wederzijdse liefdesverklaringen en veelal gruwelijke dagelijkse levensbedreigingen en beslommeringen, komt de achttienjarige Ellis in september 1942 opeens met de volgende randwaarneming:
"Die hele Rooseveld+Senaat=een marionettenboel. Vier of vijf miljonairs, bezitters van alle banken van de Staat, die zijn de machthebbers in 'het land van de onbegrensde mogelijkheden'."
We leven nu zo'n vijf jaar na de eerste implosie van het financieel systeem en zeventig jaar na Ellis' verzuchting over de stand van de democratie en echte machtsverhoudingen aan de overkant van de Oceaan. En ik bekijk vanuit mijn luie stoel in Washington de televisiedebatten van de Republikeinse Presidentskandidaten.
En dan hoor je hoe vijf van de zes kandidaten de kern van de hervormingswetgeving van het financieel systeem, beter bekend als Dodd-Frank, gewoon terug willen draaien. Terug naar af. Naar het geloof in gedereguleerde financiële markten.
Dan lijkt me de vrees voor een herhaling van de geschiedenis toch niet te sterk overdreven.
Hoewel ik weet dat ook aan de Europese kusten het democratisch tekort van 'geld is macht' niet voorbijgaat, zijn er toch nog steeds wel essentiële verschillen met 'de monetized democracy' hier in mijn gastland:
- Rond vijftig procent van de Amerikaanse congresleden is miljonair. En de statistieken over de '1 en 99 procent'-verdeling van welvaart/inkomen in de VS zijn inmiddels genoegzaam bekend;
- Amerikaanse congresleden (en hun personeel) mogen voorkennis die ze uit hoofde van hun parlementaire functie vertrouwelijk hebben opgedaan, ongestraft te gelde maken in de markt (er wordt wel gewerkt aan aanpassing, maar koester geen hoge verwachtingen);
- Dus niet zo verassend: de persoonlijke beleggingsresultaten van Amerikaanse congresleden zijn consistent significant hoger dan die van zowel de gemiddelde Amerikaanse belegger als professionele beleggers;
- Er is geen bewijs maar wel een kriebelig onderbuikgevoel dat deze constellatie invloed heeft op het wetgevingsstemgedrag van congresleden;
- De Amerikaanse Hoge Raad heeft enkele jaren geleden beslist dat ondernemingen onbeperkt politieke bijdragen mogen geven, en dat verbodspalingen op dat punt in strijd zijn met de vrije meningsuiting
- Er zijn daarom nieuwe (super)constructies geïntroduceerd (Political action committees) die buiten de normale regeling van verkiezingsfinanciering vallen. Daardoor is het nu ook mogelijk om via anonieme en onbeperkte geldstromen met (overwegend agressief negatieve) advertenties de verkiesbaarheid van 'ongewenste' kandidaten te ondermijnen.
- De momenteel genoemde bedragen voor de kosten van een presidentiële race lopen van één tot drie miljard dollar... En dat is nog zonder een kostenbatenanalyse van de tijd en energie die moet worden gestoken in ‘fundraising' en de democratiefnuikende effecten van ‘voor wat, hoort wat'.
Ik wil maar zeggen: Mijn waarschuwing voor de Commissie de Wit dat een monetized democracy een kwetsbare democratie is, heeft nog niets aan actualiteit verloren. Integendeel.
Maar gelukkig geldt datzelfde voor onze wetenschap dat je ook op een andere wijze - het Europese of Chinese model - de wereld naar eigen hand kunt zetten. Met, mogelijkerwijs, een accountant als zetbaas.
Een beroep met een maatschappelijke zorgplicht, dat het allemaal van onder naar boven bekijkt, mag in zo'n debat gerust haar stem verheffen. En dus de prijs laten weten van het (cumulatief) effect van 'wet van de jungle'-wetgeving en -regulering op (ook) het eigen functioneren.
Zie dit maar als een herhaald pleidooi voor Kennis Delen in het kwadraat.