Opinie

Hoge rekening, lage verantwoording

Iedereen heeft recht op juridische verdediging, ook voormalige roofridder-executives. Maar wie verdedigt de belastingbetaler?

Ik ben u geen rekening en verantwoording schuldig voor de Madoff affaire of de gedwongen de facto nationalisering van Fannie Mae c.s. En ik ben ook niet degene die in 2009 de stekker trok uit Lehman Brothers, terwijl ook voldoende andere financiële instellingen kandidaat waren om te laten vallen. 

Instellingen die even schuldig en roekeloos waren als Lehman, maar die wél werden gered, dankzij de sturende hand van de voormalige Wallstreet-mannen die toen (en velen nog steeds) het Amerikaanse ministerie van Financiën bestierden. Een verhaal recht uit het handboek van de Cosa Nostra 

Maar deze en andere affaires hebben ieder op eigen wijze hun welvaartsverdelend kosten-bateneffect. En dan praten we alleen nog maar over de (heel moeilijk te controleren) opruimkosten en niet over de garantiekosten van overheidsreddingsacties voor financiële instellingen en hele landen.

Vraag: Wie is altijd de winnaar? 

Antwoord: De professionele dienstverleners, advocaten en accountants. 

Vraag: Wie is meestal de verliezer? 

Antwoord: De belastingbetaler, brancheorganisaties van financiële makelaars, crediteuren/investeerders. 

Ik wil u even bijpraten over de afwikkelingsrekening, tot nu toe. Het is een (latente) markt voor elke praktiserende accountant en een reëel risico voor iedere praktiserende  belastingbetaler, crediteur en brancheorganisaties met collectieve-verzekeringsaspiraties. 

De honoraria van advocaten en accountants in de Madoff-zaak belopen nu zo'n driehonderd miljoen dollar, met een geschatte eindafrekening die nog eens 1,1 miljard hoger uit kan vallen. Overwegend op kosten van de 'Amerikaanse financiële makelaarbranche', dus de 'broederschap' zelve. Dat is voor de belastingbetaler het 'goede' nieuws. 

De professionele honoraria - tegen discount rates, zeggen ze - voor de afwikkeling van Lehman staan nu op ruim één miljard dollar, met een geschat eindplaatje van twee miljard. Overwegend op te hoesten uit de boedel door de crediteuren, lees: investeerders. 

De advocatenhonoraria in het Fannie Mae debacle - we laten broertje Freddie Mac even buiten beeld - zijn moeilijk in te schatten, omdat het hier niet gaat om een faillissement maar een de facto nationalisering en reparatie van een biljoenenbedrijf, terwijl het onderscheid tussen preventieve en onmiddellijke reddingskosten moeilijk is te destilleren en de goede of slechte afloop nauwelijks is te voorspellen (wel te bevroeden). Hoe dan ook: dit gaat nog op zijn minst honderden miljarden kosten. 

Daarbij springt één kostenpost er uit, wat betreft banaliteit in het kwadraat wel te verstaan: zo'n 132 miljoen dollar aan Fannie Mae betaalde advocatenkosten, gemaakt ter verdediging van dezelfde roergangers die Fannie Mae aan de grond hebben doen lopen via honderd, tweehonderd miljard (still counting...) aan slechte leningen. 

Het gaat hierbij met name om Fannie's voormalige chief executive Franklin Raines, die in zijn 'financieel meer bevlogen' tijden in een paar jaar bijna honderd miljoen dollar opstreek aan salaris en bonussen van deze de facto overheidsgegarandeerde - toen semi-private, nu genationaliseerde - hypotheekinstelling. En vervolgens aan de dijk is gezet toen het Fannie-schip te veel water maakte om de verkeerde redenen. 

De advocaten voor de verdediging van deze roofridders hebben de belastingbetaler tot nu toe dus 132 miljoen dollar gekost, met geen eind in zicht. En die Raines-advocaten moeten juridisch de degens kruisen met de eveneens door de belastingbetaler gefinancierde advocaten van de aanklager; en dat is ook Fannie Mae, dat dezelfde heer en enkele van zijn adjudanten namens dezelfde instelling grove bestuursnalatigheid of erger in de schoenen wil schuiven. 

Dit is wat betreft kasstromen dus DE case van 'belastingbetaler versus belastingbetaler', ofwel ‘Fannie Mae van gisteren versus Fannie Mae vandaag'. 

We hebben natuurlijk allemaal recht op verdediging, ook voormalige executives. Maar wie verdedigt de belastingbetaler? Misschien moet die toch maar eens een advocaat annex accountant in de arm nemen.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Jules Muis verliet in 1995 het openbare accountantsberoep en was vervolgens vice president en controller van de Wereldbank en directeur-generaal en chief internal auditor van de Europese Commissie. Van 2014 tot eind 2020 was hij lid van de Public Interest Oversight Board (PIOB). Muis was van oktober 2012 tot oktober 2015 ook lid van de Board of Auditors van het European Stability Mechanism (ESM). Jules Muis schrijft op persoonlijke titel.

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.