Opinie

Waardering software moet anders

De huidige verslaggevingsregels geven geen reëel inzicht in de waarde van software. Dit maakt de in jaarverslagen gerapporteerde waarden onbetrouwbaar en lastig vergelijkbaar.

Jelle de Groot

Software wordt momenteel geactiveerd als immateriële vaste activa, door vast te stellen wat de verwachte toekomstige financiële baten zijn. Tot aan dat punt mogen gemaakte ontwikkelkosten worden geactiveerd. Wie een miljoen uitgeeft aan het ontwikkelen van een softwaresysteem waarmee hij de komende jaren twee miljoen denkt te kunnen verdienen, mag dit systeem op een miljoen waarderen.

Maar bij veel van softwareontwikkelingstrajecten is sprake van inefficiëntie en verloren kosten. Wellicht had de investering drie ton lager kunnen liggen als vooraf de juiste functionele eisen waren opgesteld, of als er minder dure externe consultants waren ingehuurd. Zou een waardering van zeven ton dan niet reëler zijn?

Uit onderzoek blijkt dat deze speelruimte kan worden misbruikt. Bij een beursgang of verkoop kan een organisatie bijvoorbeeld bezittingen op de balans fraaier doen lijken en de organisatie winstgevender.

Desalniettemin is het toelaten van softwareactivering de eerste goede stap in de accountancyregelgeving. Software is voor organisaties immers van waarde. De wijze van waarderen is vooralsnog echter onbetrouwbaar en ontoereikend. De regelgeving schiet te kort door de huidige staat van de software niet bij de waardering te betrekken.

Dit probleem kan worden opgelost door de ‘intrinsieke waarde' van software als factor voor waardering te gebruiken. Dit blijkt uit onderzoek van de Software Improvement Group en Universiteit Leiden. Uit interviews met executives komt naar voren dat een objectievere kwaliteitsmeting van software welkom is.

Allereerst wordt de basiswaarde vastgesteld op basis van daadwerkelijk gemaakte kosten of een benchmark. Daarna kan deze basiswaarde worden aangepast door het meten van de intrinsieke software-eigenschappen. Dit gebeurt door kwantificering van software-kwaliteitsgebreken en bijbehorend risico.

Als volgens de benchmark een softwaresysteem een basiswaarde heeft van een miljoen en de kosten voor het verhelpen van kwaliteitsproblemen worden bepaald op twee ton, dan is de software dus acht ton.

Deze objectievere waardebepaling geeft een beter inzicht in de reële softwarewaarde, gebaseerd op kosten en kwaliteit. Bij due diligence kan de acquirerende partij dan een objectievere inschatting maken van de softwarewaarde. Bij het fuseren van organisaties zijn de intrinsieke eigenschappen van de software een belangrijke factor voor snelle en succesvolle integratie. En last but not least wordt het mogelijk om jaarrekeningen van organisaties objectiever te vergelijken.

Jelle de Groot (1986) is management consultant bij Software Improvement Group (SIG).

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.