Accountants in de luchtbeleconomie
Onlangs las ik in Der spiegel een interessant artikel met de titel 'Markten außer Kontrolle'. Nu dus eens niet uit de VS, zoals bijna alles wat wij in Nederland (na)volgen, maar uit Duitsland. Het artikel gaat over speculatie door hedge funds en andere financiële instellingen en de uitwassen die in het systeem zouden zitten.
Hierover discussiërend merkte ik, dat velen in mijn omgeving ook het gevoel hadden dat er iets fundamenteel fout gaat door de ontwikkeling van ons financiële systeem. Anderen zagen de huidige problemen toch alleen als indringende bijdrage aan de voortdurend noodzakelijke 'zuivering' in de economie.
Hoewel in de tekst eigenlijk weinig werd verwezen naar een bij het artikel gevoegd plaatje (zie pagina 1 van het artikel), schrok ik van de betekenis van de inhoud. De opstellers hebben een indruk willen geven van het volume van transacties in de, zo men wil, reële wereld en die van de financiële derivaten en deviezen die daar betrekking op hebben. Natuurlijk zal zo'n opstelling van nature erg globaal zijn, maar de hoofdlijn is denk ik niet te missen.
In mijn tijd als controlerend accountant heb ik mij altijd al verwonderd hoeveel aanvullende diensten op een primair productieproces werden gestapeld bij de diverse klanten, om zaken nog efficiënter en nog beter te realiseren. Het wereldwijde totaal daarvan bedraagt volgens de opstelling in het plaatje 63 biljoen dollar in 2010. Dat daar een markt in aandelen en obligaties bij hoort van 87 biljoen dollar, lijkt me ook nog wel aannemelijk. Maar een benaderd wereldwijd marktvolume van 601 biljoen dollar in financiële derivaten en 955 biljoen in deviezen transacties in dat zelfde jaar, geeft toch wel te denken.
Was dit volume nu echt alleen nodig om de economie aan de basis beter te laten functioneren?
Om dat je je een rechtgeaard exponent van de reële wereld voelt, met een bijdrage aan de 'echte' productie, is de neiging al gauw om weinig aandacht aan dit fenomeen te schenken. Echter, banken en pensioenfondsen staan wel in beide werelden en de valuta die we allemaal gebruiken worden ook in beide gehanteerd.
Wij zijn daardoor allemaal afhankelijk geworden van een economische wereld die rendement oplevert indien de verwachte toekomst uitkomt. Echter ook een toekomst die de spelers op de markten inmiddels zelf scheppen. En als er klappen vallen, moeten die worden opgevangen in de 'reële' economie. Bijna onbegonnen werk lijkt het, met een soort omgekeerde multiplier.
Toen ik kort geleden las over het bedrag van 460 miljoen euro dat PwC inmiddels heeft verdiend aan de afwikkeling van Lehman Brothers, plus enkele boze reacties op dit bericht, moest ik er aan denken. Hoe doen wij als accountants eigenlijk mee in deze wereld? Waren accountants niet juist de hoeders van de nuchtere waarheid, weergegeven in de jaarstukken?
De jaarrekeningen van vele financiële spelers lijken me inmiddels doorspekt met grote posten met veel onzekerheid en het lijkt er op dat de betrokken kring steeds groter wordt. Is er continuïteit, tenminste voor een jaar?
Hebben accountants in dergelijke omstandigheden nog een functie, en welke? Gaan we straks ook landen auditen? En gaan we straks allemaal goud verdienen door de eerder als accountant globaal beoordeelde financiële contracten en transacties nu eens echt tot op de bodem uit te zoeken? Maar nu voor (als) een curator, als het onheil al is geschied?
Allemaal vraagstukken met een geheel andere dimensie dan die bij het controleren van een jaarrekening van een flink mkb-bedrijf in Nederland aan de orde komen.
Ik vraag me daarom nadrukkelijk af hoe accountants(organisaties) beide werelden kunnen verenigen.