Opinie

Kwaliteit of onafhankelijkheid?

Hebben accountants een onafhankelijkheidsprobleem of een kwaliteitsprobleem. Die vraag is onlangs opgeworpen door Arnout van Kempen. Het is een feitelijke vraag die op basis van de beschikbare (secundaire) literatuur kan worden beantwoord. Alvorens dat te doen zet ik eerst een analytisch schema neer.

Accountants werken op basis van fundamentele waarden die als het ware hun 'cultuur' vormen. Accountants werken binnen organisaties, en die organisaties bestaan in een omgeving: dat is de structuur van partijen en relaties die soms mogelijkheden biedt, maar ook beperkingen oplegt. Sluitstuk van dit geheel is de wet- en regelgeving en het toezicht op de naleving. 

Om te kunnen werken moeten deze drie - fundamentele waarden, maatschappelijke positie en regelgeving - met elkaar kloppen. Meer specifiek: de fundamentele waarden moeten gedragen worden en zijn positie moet de accountant in staat stellen die waarden ook na te leven. Regelgeving en toezicht zijn het sluitstuk maar kunnen nooit deze basis vervangen. 

De meest bekende audit failure is Enron, met WorldCom als een goede tweede. Als ik de literatuur er nog eens op nablader, valt mij op dat gebrek aan deskundigheid bij accountant Arthur Andersen niet het probleem was. In het geval van Enron waren de hoge audit fees en de druk vanuit enkele topmanagers van Enron (die een persoonlijk belang hadden) de reden dat Andersen een materieel onjuiste jaarrekening goedkeurde. 

Bij WorldCom signaleerde Andersen een managementfraude niet, omdat hun focus op consultancy lag en ze zodoende te weinig controlewerkzaamheden hadden uitgevoerd. 

Arthur Wyatt, voormalig topman van Arthur Andersen, vertelde in 2003 hoe de Andersen-organisatie onder druk van marktomstandigheden, in een reeks van jaren werd overgenomen door consultants, met een cultuuromslag als gevolg. En zoals bekend wees wijlen André Bindenga in 2002 de afhankelijkheid van de accountant van de gecontroleerde voor zijn honorarium aan als het kernprobleem. 

Arnout van Kempen stelt daarentegen dat het een kwaliteitsprobleem is. 

Kwaliteit is uiteindelijk altijd waar het probleem tot uiting komt, maar daarmee ken je nog niet de oorzaak. Als je ziet dat de kwaliteit van de controle teloor gaat, ga je zoeken naar hoe dat komt. Dat deed Wyatt en hij merkte de cultuuromslag binnen Andersen op. Bindenga zag de kwetsbare positie van de accountant en zocht naar mogelijkheden om die positie te versterken. 

Wat ik zie, is een accountant die in de verdrukking komt door een proces van schaalvergroting bij de cliënt, waarin hij noodgedwongen meegaat, met hogere audit fees per opdracht en toenemende afhankelijkheid van de gecontroleerde tot gevolg. Het management van de cliënten, zelf opgejaagd door veeleisende aandeelhouders, schroomt niet om van de kwetsbare positie van de accountant misbruik te maken. 

Naar mijn oordeel is, ten eerste, versterking van de positie van de accountant door aanpassing van markt- zowel als governancestructuren noodzakelijk. Dit om een gedragsverandering überhaupt mogelijk te maken. 

Tegelijk moeten we aan verbetering c.q. herstel van het normbesef werken, want een cultuurprobleem is er zeker ook. Regelgeving en toezicht tenslotte moeten het geheel ondersteunen en bewaken. 

De accountant heeft een stevige positie en een dito normbesef nodig om de toegenomen druk te weerstaan!

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Joop Anemaet is directeur van Menon Consultants en externe compliance officer bij enkele mkb-accountantskantoren.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.