Nogmaals het rapport Lehman/Ernst & Young
Ik kan begrijpen dat niet alle belangstellenden het hier eerder besproken rapport over de val van Lehman zullen printen en lezen. Ik deed dat wel: vijf dikke ordners, twee pagina's per vel. De media in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk storten zich er op. Ik haal uit dat alles enkele wetenswaardigheden aan.
- De eerste schade die voor Ernst & Young kan ontstaan (pagina's 1051-1052 rapport) betreft de terugvordering door de curator ten behoeve van de boedel. Deze kent drie componenten: (a) terugvordering van de door Ernst & Young verkregen vergoeding voor de controle over 2007 en de reviews van 2008 (in de pers circuleren bedragen rond de 30 miljoen dollar); (b) de additionele schade die is ontstaan en die vermeden had kunnen worden indien Ernst & Young, aldus de curator, wel de professionele standaarden zou hebben nageleefd. De hoogte daarvan is thans onbepaald en de curator geeft aan dat Ernst & Young zou kunnen stellen dat het bepalen van deze schade speculatief is; en (c) verhaal van de kosten van juridische procedures tegen Lehman.
- Naast de actie van de curator kan een strafrechtelijk onderzoek naar de handelwijze van Ernst & Young worden ingesteld. Voorts kan de beursautoriteit, de Securities and Exchange Commission (SEC), optreden. Maar de echte pijn dreigt door class actions en andere eisen tot schadevergoeding van beleggers, instituten en wellicht zelfs hulpverlenende overheden.
- De derde schadepost betreft reputatieschade. Die is lastig meetbaar. Maar dit rapport raakt de reputatie van de accountancy in den brede. Zie de analyse van de Financial Times (14 maart 2010): 'Claims about Ernst & Young's part in the collapse of Lehman Brothers look set to open a wider debate on what has until now been one of the least dissected aspects of the financial crisis - the role played by auditors.' In de Nederlandse context preludeerde de voorzitter van de parlementaire onderzoekscommissie De Wit ook al op het onder de loep nemen van accountants.
- Ernst & Young is een grote speler als het gaat om de controle van financiële instellingen. Schlich, de eindverantwoordelijke partner voor de Lehman-controle, heeft binnen Ernst & Young (Global) de belangrijkste functie op dit gebied. Zie het persbericht van het accountantskantoor op 1 juli 2008: 'Bill Schlich, an international banking veteran of 20 years with specific experience in credit and liquidity matters, has been appointed Ernst & Young Global Banking & Capital Markets practice leader. In his new role, Mr. Schlich will oversee a network of 14,000 financial services professionals representing Ernst & Young's largest industry practice, which accounts for nearly 10% of Ernst & Young's total revenue and serves over a quarter of the organization's largest clients. Mr. Schlich is one of Ernst & Young's leading advisors on the credit crisis and will continue to work with commercial and investment banks. He serves key global banking accounts and sits on both the Americas and global partner advisory panels, where he provides guidance to Ernst & Young's global executives. His roles have included advising banking and private equity clients on issues such as the application of fair value accounting, valuation of thinly traded financial products, capital adequacy and regulatory disclosures.'
- De curator heeft hoor en wederhoor toegepast. Accountant Schlich is vier dagen geïnterviewd (voetnoot 3796 van het rapport). Op de hoofdverdenking dat de Repo-transacties hebben geleid tot materieel misleidende financiële stukken: 'Schlich replied that the transactions were proper if they complied with Lehman's self-defined Accounting Policy.' De curator stelt daarop: 'Despite an additional invitation from the Examiner, Ernst & Young has not offered any further explanation.' Aanvullend is voetnoot 3923 van belang: 'On two occassions during the course of the examination, the Examiner offered Ernst & Young the opportunity to provide the Examiner with a presentation, narrative of explanation regarding the business purpose of Lehman's Repo 105 transactions. Ernst & Young declined that invitation.'
De tweede laag van hoor en wederhoor betrof het voorhouden van de voorlopige conclusies van de curator (zie pagina's 990 en 991 van het rapport). Aangegeven wordt dat Ernst & Young de gelegenheid heeft gekregen extra feiten en materiaal aan te dragen en dat ook heeft gedaan. Met als conclusie van de curator: 'While there were credible facts and arguments presented by each that may form the basis for a succesful defense, the Examiner concluded that possible defenses do not change the now final conclusion that there is sufficient evidence to support (a finding that...) a colorable claim of professional malpractice exists against Ernst & Young.'
De derde laag van hoor en wederhoor treffen we in voetnoot 3901: 'The Examiner met with counsel for Ernst & Young to discuss the colorable claims identified in this Section, and counsel presented several arguments as to why Ernst & Young did not commit malpractice. Following that presentation, the Examiner discussed Ernst & Young's presentations with Dr. Holstrum, and Dr. Holstrum's opinion as to the existence of colorable claims did not change.' In het volgende punt kom ik op Holstrum terug.
Tot slot merkt de curator op (pagina 1053) dat hij 'recognizes that Ernst & Young may have valid defenses to these claims' en 'Ernst & Young likely would submit expert testimony in support of its view that it adhered fully to its professional responsibilities'. - De curator heeft zijn oordeel over Ernst & Young getoetst bij een expert, de eerdergenoemde Holstrum. Het betreft een gepromoveerde collega, hoogleraar aan diverse universiteiten, consultant voor de PCAOB en voormalig lid van Auditing Standards Board. (zie noot 3901 en pagina 38 en verder van appendix 17 van het rapport). Oorspronkelijk is hij afkomstig uit de accountancy: hij was vijf jaar partner bij Deloitte.
Een Nederlands tintje is dat hij in 1998 visiting professor aan de Universiteit van Amsterdam was. - Eerder heb ik al gemeld dat een klokkenluider binnen Lehman, Matthew Lee, voorheen werkzaam was bij Ernst & Young (tot 1994). Hij sprak blijkens aantekeningen en verklaringen vanuit Ernst & Young met de accountants. Het verwijt van de curator aan de accountants is dat deze Lee's aantijgingen niet tijdig onder de aandacht van het Audit Committee hebben gebracht. Er zijn nog meer links tussen Lehman en Ernst & Young. Francine McKenna schrijft op haar blog: 'Ernst and Young's confidence in Lehman's CFO leadership was rooted in fraternity. Both Christopher O'Meara and David Goldfarb, his predecessor who was CFO from 2000 to 2004, are Ernst and Young alumni. Prior to joining Lehman Brothers in 1994, Mr. O'Meara worked for as a senior manager in Ernst & Young's Financial Services practice. Prior to joining Lehman Brothers in 1993, Mr. Goldfarb served as a Senior Partner in Ernst & Young's Financial Services practice, where he worked from 1979 to 1993. Mr. Goldfarb, the former EY Senior Partner, was the Lehman CFO who created the Repo 105 transactions.'
- Ernst & Young US maakt in de persoon van Schlich enkele opmerkingen over de audit van de Repo-transacties. Niet limitatief:
- 'Ernst & Young had been aware of Lehman's Repo 105 policy and transactions for many years' (pagina 948 en voetnoot 3655).
- Ernst & Young 'became comfortable with the {Lehman's Accounting] Policy for purposes of auditing financial statements' (pagina 949 en voetnoot 3660).
- Ernst & Young 'clearly ... concurred with Lehman's approach' (pagina 949 en voetnoot 3663).
- ‘Schlich was unaware whether Ernst & Young asked Lehman to provide its second quarter 2007 and third quarter Repo 105 usage figures or a forecast of Lehman's fourth quarter 2007 Repo 105 numbers' (pagina 952 en voetnoot 3676).
- 'According to Schlich, Ernst & Young, as part of its review of Lehman's Netting Grid, approved of Lehman's internal Repo 105 Accounting Policy, and did not pass upon the actual practice' (pagina 952 en voetnoot 3678). - 'Schlich further stated that LBIE's [Engelse tak Lehman] books and records were audited by Ernst & Young United Kingdom, not Ernst & Young LLP' (voetnoot 3665) en 'Ernst & Young United States did not audit Repo 105 transactions' (voetnoot 3677).
Ter verduidelijking: de gewraakte transacties liepen via de Engelse tak van Lehman omdat - zoals in het rapport uiteen wordt gezet - er in de Verenigde Staten geen juridische opinie was te verkrijgen die de transacties goed zou keuren. In Engeland was die wel te verkrijgen. Niet door een accountant, maar door juristen: Linklaters. De curator stelt ten aanzien van die opinie: 'Ernst & Young did not review the Linklaters letter, referenced in the Accounting Policy Manual' (pagina 950 en voetnoot 3665).
Inmiddels heeft de Engelse toezichthouder op het accountantsberoep naar aanleiding van het rapport van de curator aangekondigd te bezien wat de rol van de Engelse tak van Ernst & Young is geweest. Opmerkelijk is dat tegelijkertijd accountantskantoor PwC, betrokken bij de afwikkeling van de Engelse boedel van Lehman, juist zegt het rapport vooralsnog terzijde te leggen omdat - mind you - 'het maskeren van Lehman's megaschulden vooral een Amerikaanse aangelegenheid is'.
In de Nederlandse context is voor een beschouwing de tuchtrechtelijke uitspraak inzake de controle van Ahold door Deloitte van belang. Zie ook de laatste uitgave van het MAB voor beschouwingen van Wallage, Pruijm, Majoor, Eimers en - de tegenover dit hooglerarengeweld alleenstaande - ondergetekende. - Maar Engelse of Amerikaanse kwestie of niet, het gaat erom of de Amerikaanse financiële rapportage van Lehman voldoet aan het inzichtsvereiste. Daarbij speelt de 'off balance-problematiek' en het vraagstuk van 'substance over form'. Het gaat hier ook om de vraag of er sprake is van wat ik eerder noemde creative of technical compliance.
Ernst & Young's partner Schlich 'characterized the off-balance sheet treatment of Lehman's assets in Repo 105 transactions as a consequence of the accounting rules, rather than a motive for the transactions' (pagina 962 en voetnoot 3723).
Maar de curator denkt daar anders over en haalt de jurisprudentie aan: 'GAAP itself recognizes that technical compliance with particular GAAP rules may lead to misleading financial statements and imposes an overall requirement that the statements as a whole accurately reflect the financial status of the company' (pagina's 964-965 en voetnoot 3728). - Uiteraard verwijst Ernst & Young naar de Letter of Representation 'stating that [Lehman's] management was not aware of fraud or alleged fraud, and also disclosing transfers involving qualifying special purpose entities that were treated as sales under SFAS 140' (voetnoot 3937).
De curator ziet het in dezelfde voetnoot echter anders: 'Ernst & Young cannot, however, rely on these letters as a defense to its failure to act on Lee's [de klokkenluider] allegations, given that, among other things, Lee presented his allegations directly to Ernst & Young (and outside the presence of management).'
De omvang van het rapport en de lengte van deze blog maken dat ik niet-limitatief ben. But do I need to say anymore?
Zelfs indien Ernst & Young hier op technische gronden mee weg komt omdat de zware drempels voor aansprakelijkheid niet worden gehaald, is hier sprake van onmeetbare reputatieschade voor het beroep. Of, zoals het gisteren in de Financial Times stond, uit de mond van de Amerikaanse Advocaat Steven Thomas (Thomas Alexander & Forrester): 'My concern is that they are making themselves irrelevant.'
Gerelateerd
PwC sluit deal voor pensioenen Lehman Brothers
PwC heeft een deal bewerkstelligd waardoor de pensioenen voor oud-werknemers van Lehman Brothers zijn veiliggesteld.
EY schikt aanklacht rond Lehman Brothers
De Amerikaanse tak van EY heeft met de staat New York een aanklacht geschikt rond Lehman Brothers, voor een bedrag van tien miljoen dollar.
Failliete grootbank strooit nog met bonussen
Lehman Brothers mag dan zes jaar geleden failliet zijn gegaan, er worden nog wel tientallen miljoenen aan bonussen uitbetaald. Die worden verdeeld onder het resterende...
Aansprakelijkheid
Nieuws en achtergrond over de aansprakelijkheid van accountants en claimzaken.
Bloedgeld
Na de val van Lehman Brothers zijn we inmiddels vijf jaar verder. Een val die als een belangrijk markeringspunt in de geschiedenis wordt gezien. Ook voor het accountantsberoep.