Accountants moeten altijd professioneel zijn
Jan Wietsma heeft in het vorige nummer van Accountancynieuws een artikel geschreven dat enig stof doet opwaaien binnen het accountantsberoep. Ongetwijfeld is dat ook zijn bedoeling geweest.
"Het kan toch niet waar zijn dat accountants alleen voldoen aan wet- en regelgeving als er sprake is van adequaat toezicht?", aldus Wietsma in zijn bijdrage. De zorg van de auteur is gebaseerd op waarnemingen die hij doet in het veld, als adviseur van accountantskantoren.
Hopelijk wordt het beeld dat Wietsma schetst niet zo breed herkend als misschien wordt gedacht bij het lezen van zijn verhaal. Een eerste reactie vanuit de SRA wijst ook in die richting.
Maar zelfs als er sprake zou zijn van enkele uitzonderingen, dan nog is dat reden voor zorg.
Er zijn nu wellicht legio redenen aan te voeren waarom sommige accountantskantoren het met de spelregels iets minder nauw willen nemen, na het verkrijgen van een AFM-vergunning. De klant gaat voor, het controleseizoen vraagt alle aandacht, de schoorsteen moet roken en ga zo maar door.
Maar dat alles mag beslist geen excuus heten. Want het accountantsberoep moet, na de reputatieschade van enkele jaren geleden, nog steeds alle zeilen bijzetten om te laten zien dat het zijn vertrouwenspositie verdient. Dat vraagt om het con amore naleven van de regels en verplichtingen die horen bij de beroepsuitoefening; ook als die tijd, moeite en geld kosten.
Dus dient er regelmatig vaktechnisch overleg te zijn, moet de administratie op orde blijven en behouden compliance officers ook na het verkrijgen van een vergunning hun gewaardeerde rol binnen kantoren.
Zoals Wietsma al schrijft: "... de bereidheid om wet- en regelgeving na te leven zou volgens mij niets te maken moeten hebben met het wel of niet aanwezig zijn van toezicht. Het gaat uiteindelijk om het intrinsiek gemotiveerd zijn om aan regelgeving te willen voldoen."
Het NIVRA deelt die visie van harte en zal zich blijvend inzetten voor de kwaliteit van de beroepsuitoefening door accountants; inclusief het organiseren van een gepaste vorm van toezicht.
Jan Helderman, voorzitter bestuur NIVRA