Waarheidsvinding en de Amsterdamse rekenkamer
Onlangs publiceerde deze website een bericht over de evaluatie van de Rekenkamer Stadsdelen Amsterdam (RSA). Volgens een 'commissie van deskundigen' zou de Rekenkamer Amsterdam onder andere onvoldoende kwaliteit leveren. Ook treft hen het verwijt dat ze aan 'waarheidsvinding' gedaan hebben bij het onderzoek in Amsterdam-Zuidoost. Bij iets verder doorlezen vallen mij een paar zaken op.
In reactie op de kritiek van deze 'deskundigen' is gewezen op de uitspraak van de tuchtrechter met betrekking tot het onderzoek naar belangenverstrengeling in Amsterdam-Zuidoost. Ook werd gewezen op het winnen van de 'Goudvink' voor het beste rekenkamerrapport in 2008.
De respons van een van de onderzoekers daarop luidde: "We hebben gekeken met de bril van een wetenschapper en niet die van een accountant".
Aanhanger van de school dat accountancy een wetenschap is (ik heb er althans een wetenschappelijke titel aan overgehouden) gaan bij mij dan alle haren overeind staan. Want welke wetenschappelijke normen zijn dan gehanteerd? Kennelijk zijn dat normen die accountants niet hanteren. Er is in het rapport van deze commissie weliswaar een bijlage 'toetsingskader' opgenomen, maar die bevat alleen de opdrachtformulering en niet de normen.
De RSA wordt verder verweten er geen onderzoeksmethodologie op na te houden. Mij valt dan op dat deze commissie, die dit verwijt maakt, vanwege tijdgebrek zelf geen aanvullend of eigen onderzoek heeft gedaan en geen interviews heeft gehouden met betrokkenen.
Methodologisch valt hier dus op deze commissie zelf het nodige af te dingen. Is hier wel aan waarheidsvinding gedaan of had men het oordeel al klaar voordat de feiten zijn onderzocht? Misschien treft de commissie hier een verwijt dat zij zelf uit.
Ook lees ik in het rapport: 'In het oordeel van de CvD had de RSA geen gehoor moeten geven aan een verzoekonderzoek waar waarheidsvinding zo nadrukkelijk als doel genoemd wordt of had zich moeten beperken tot een onderzoek naar doelmatigheid'.
Dit doet bij mij dan écht de deur dicht. Als je niet meer aan waarheidsvinding doet, houdt alles op, zelfs voor een wetenschapper...
Natuurlijk valt er altijd wel wat (en soms veel) af te dingen op de kwaliteit van onderzoeken door lokale rekenkamers. Er is de afgelopen jaren een hele 'industry' ontstaan van allerlei consultancybureaus, zzp'ers en verzamelaars van rekenkamerbaantjes. Dat komt de kwaliteit over het algemeen niet ten goede, de goede niet te na gesproken.
Ook ik kom met regelmaat tegen dat een lokale rekenkamer onvoldoende kwaliteit levert en een gebrekkige of onvolledige onderzoeksmethodologie volgt. Ik kom zelfs mensen in die 'industry' tegen die een hekel hebben aan interviews omdat 'iedereen elkaar toch maar napraat'.
Dan heb je echt een kwaliteitsprobleem als rekenkamer. Te vaak wordt slechts uitgegaan van 'wat op papier staat' in plaats van aan de hand van interviews te achterhalen wat de context achter de feiten is en met welke dilemma's mensen hebben geworsteld. Er wordt nog te veel van achter het bureau en met de wijsheid achteraf geoordeeld.
Waarheidsvinding op een deugdelijke en grondige manier is dus juist van het allergrootste belang. Lokale rekenkamers doen juist nog veel te weinig aan waarheidsvinding.
Bij deze commissie van deskundigen (met nota bene een RA aan boord) lijkt dat ook al het geval. Er is niet eens hoor en wederhoor gepleegd, zo blijkt uit de reactie van de RSA zelf.
De door de onderzoekscommissie gebezigde term 'wetenschappelijke bril' komt daarmee in een bedenkelijk daglicht te staan. De oordelen van deze 'deskundigen' over onder andere methodologie, normatiek en waarheidsvinding slaan dus als een boemerang op henzelf terug.