Opinie

Off balance constructies en de trieste rol van accountants

Tijdens de Nordemann-lezing eind oktober van dit jaar deed oud-bankier en oud-minister van Financiën Onno Ruding onder meer deze glasheldere uitspraak. "Off balance-constructies hebben belangrijk bijgedragen aan de verzwakking van de soliditeit van het bancaire systeem.

Aandeelhouders en crediteuren zien een balans die in feite veel minder sterk is dan hij lijkt, omdat risicovolle activa onzichtbaar zijn en ook de financiering ervan (met vreemd vermogen) niet wordt getoond. Het gevolg is een hogere schuldverhouding (leverage) dan op het eerste gezicht lijkt. Gaan de risicovolle activa (deels) verloren, dan staat de deur wijd open voor deconfiture.

Deze handelwijze is niet strijdig met voorschriften van financiële verslaglegging. Omdat het niet is verboden mag het. En dus kan volgens de regels een goedkeurende verklaring worden afgegeven voor de jaarrekening, ook al geeft de balans een verkeerd beeld van de solvabiliteit en van de (extreem hoge) risico's."

Dit brengt mij tot twee conclusies.

Eén: de regelgevers hebben geen flauw benul van de essentie van informatieverzorging. Hun regels geven immers geen antwoord op de kernvragen 'zijn de goede berichten waar' en ‘zijn de slechte berichten compleet'. Elke regel die deze kernvragen buiten spel zet, dient onmiddellijk te worden geschrapt.

Conclusie twee betreft de positie en rol van accountants: De tekst van een goedkeurende verklaring die zegt 'deze balans geeft een betrouwbaar beeld' is alleen waar indien er aan wordt toegevoegd ‘in dit verslag zijn geen off balance-methoden gebruikt'.

Ruding is niet de eerste die wijst op de verhullende werking van het buiten de balans houden van bezittingen en schulden door banken. Hoogleraar accounting Jan Bouwens pleitte al in december 2008 in 'de Accountant' voor een verbod hierop: "Bezittingen waar de bank risico over loopt moeten te allen tijde zichtbaar blijven".

Bouwens is geen accountant. Dat is opvallend, want als controleur en adviseur zijn accountants gestuit op deze weliswaar legale maar evident verhullende constructies. Tom Nierop wees daar al op in zijn column 'Waarom geen accountant?'.

Ook het aantal reacties door accountants op Bouwens' pleidooi is opmerkelijk. Voor zover ik kan waarnemen: NUL.

Bijna een jaar na Jan Bouwens, in het novembernummer van 2009, bevat 'de Accountant' wederom een oproep om iets aan die off balance constructies te doen. Wederom van een terzake gezaghebbende hoogleraar. En wederom geen accountant: Jan van de Poel, hoogleraar risk management aan de Universiteit Maastricht, partner bij Berk Accountants en Belastingadviseurs en voormalig cfo van ABP.

Onder de titel 'Vier crisislessen voor accountants' bepleit Van de Poel onder meer een actievere rol bij het verbeteren van regelgeving. "Je kunt er als controleklant je voordeel mee doen dat de accountant het niet helemaal doorgrondt en zich strikt aan de letterlijke regels houdt", stelt Van de Poel. Als voorbeeld noemt hij onder meer de off balance-constructies.

Het aantal reacties waarneembare reacties op Van der Poels artikel tot dusver: NUL. En onder het bericht over dit artikel: EEN, van mijzelf.

Eigenlijk is het allemaal ontzettend triest wat zich momenteel in de accountantswereld afspeelt. Misschien wordt er binnenkort een artikel gepubliceerd met de titel ‘The Rise And Fall of Auditing and Auditors, Kaplan Revisited'.

Wellicht zou dat evenveel opschudding veroorzaken als de in 1992 door een dissident uit de accountantswereld (Terry Smith) geschreven bestseller met de veelzeggende titel 'Accounting for growth - Stripping the Camouflage from Company Accounts'.

Dit is natuurlijk doemdenken. Maar als echte experts in risicoanalyse moeten we toch zeggen: je kunt nooit weten.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Jan Weezenberg is pensionado. Voorheen was hij onder meer hoofd van het kenniscentrum voor toegepaste bedrijfseconomie van Corporate Accounting Philips International, Universitair Hoofddocent Informatiemanagement aan de Open Universiteit Nederland.

Gerelateerd

16 reacties

Jan Weezenberg

Geachte Redactie, Precies drie jaar na bovenstaand opn iestukje gelezen in FD van 20 november 2012: fd AFM-bestuurder heeft kritiek op regel die toestaat dat derivaten buiten balans blijven Hij reageert op uitlatingen van twee bestuurders van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) vorige week in deze krant. Hans de Munnik en Pieter Veuger verdedigden bij die gelegenheid de verslaggevingregels voor financiële instrumenten in Nederland. Volgens hen is er niets mis met het tegen kostprijs verwerken van derivaten........... Everts is het daar mee oneens. 'Een jaarrekening dient voor alles een getrouw beeld te geven van resultaat, vermogen en liquiditeit en solvabiliteit. Ik kan mij niet voorstellen dat wanneer er voor tientallen miljarden aan derivaten weggehouden wordt van de balans, er toch een getrouw beeld kan ontstaan. Denk aan het tegenpartijrisico dat niet zichtbaar is. Ook is het een illusie dat je een perfecte match kunt maken tussen de toekomstige verplichtingen en de derivaten .' Bij woningcorporatie Vestia verscheen een derivatenportefeuille van € 23 mrd niet op de balans, dankzij de regel die toestaat om derivaten tegen kostprijs te boeken en te vereffenen met de uitstaande verplichting, de zogenoemde kostprijshedge-accounting. Everts heeft een voorkeur voor de internationale boekhoudregels van de IFRS in plaats van de Nederlandse regels. Bij IFRS moeten derivaten tegen actuele waarde verantwoord worden. In dat geval zouden de problemen met de derivatenportefeuille bij Vestia veel eerder zichtbaar geworden zijn. WAARVAN ACTE ! (ook de eerdere 15 reacties zijn nog actueel) Vriendelijke groet, Jan Weezenberg

Jan Weezenberg

8 december 2009 - De Gelezen in onze Nieuwsbrief van 14 december: FASB: loskoppelen US GAAP en bankkapitaal Amerikaanse standard setter FASB wil de financiële verslaggevingsregels voor banken en de regels die bepalen hoeveel kapitaal een bank moet aanhouden loskoppelen. Door dit besluit wil de FASB tegemoet komen aan de politieke druk om fair value-waardering te beperken. De New York Times verwacht dat de regels in ieder geval op het gebied van off balance-constructies binnenkort uit elkaar zullen gaan lopen. De FASB wil dat banken deze activa weer op de balans gaan zetten. Einde citaat. Ook de regelgevers beginnen dus tekenen van gezond verstand te tonen. Wie volgt ? Vriendelijke groet, Jan Weezenberg

Jan Weezenberg

We kunnen constateren dat er weer een belangrijke medestander is opgestaan. Zie dew Nieuwsbrieven van 7 december en 8 december over de acties van AFM. Het geheel overziend beschikken we nu over een tamelijk compleet kader. Ten eerste: Visie op externe verslaggeving, een NIVRA rapport van maart 2007 In dit conceptual framework staan de drie kerneisen m.b.t. de verslaggevingsregels *ze moeten passen bij de betreffende onderneming, dus de banken verdienen specifieke regels; *ze moeten leiden tot een weergave van het getrouwe beeld van de jaarrekening (getrouw wil zeggen: in overeenstemming met de werkelijkheid) en bovendien moet de weergave van transacties en gebeurtenissen in overeenstemming te zijn met hun wezen en economische realiteit; *ze moeten leiden tot controleerbare informatie. Over het getrouwe beeld van de jaarrekening stelt het rapport nog NIVRA is derhalve voorstander van principle-based verslaggevingsstelsels, die niet te complex moeten zijn. En vooral: de in de jaarrekening opgenomen informatie zal in ieder geval aan een aantal basiskenmerken van kwaliteit (begrijpelijkheid, relevantie, betrouwbaarheid, vergelijkbaarheid) moeten voldoen Niet te verwaarlozen is het bestaan van een gedragscode (VRC), waar heel rechtlijnig staat dat de verantwoordelijkheid van de registeraccountant niet is beperkt tot het behartigen van het belang van een individuele cliënt of werkgever. Om hieraan te voldoen neemt de registeraccountant deze verordening in acht en handelt in overeenstemming daarmee. De gesignaleerde marktwerking bij de beroepsuitoefening roept twijfels op aan de haalbaarheid van deze ferme uitspraak Ten tweede : Er bestaat een meer dan uitgebreid geheel van regels, die volgens de opstellers ervan positief bijdragen aan de drie kerneisen zoals hierboven beschreven. Het gedogen van off balance methoden en bepaalde toepassingen van fair value leiden tot grote twijfel aan de juistheid van de opvatting van deze regelgevers. Ten derde: in de wetgeving is opgenomen dat accountantscontrole bij zeer veel ondernemingen verplicht is. De uitvoering van deze werkzaamheden kan kwalitatief worden beoordeeld en eventueel kunnen sancties volgen via tuchtrecht en rechtspraak Ten vierde Het toezicht op de uitvoering van het geheel is belegd bij AFM, een neutrale, deskundige organisatie, waarvan het bestaan en bevoegdheden bij wet zijn geregeld. Tot nu toe was helaas sprake van een forse suboptimale situatie: veel te veel aandacht voor de formele regels, door marktwerking wellicht geen goede uitvoering en niet al te veel signalen van de kant van de toezichthouder. Daar lijkt nu verbetering aan te komen In het onderzoek van de AFM naar 18 controledossiers werden in 11 dossiers fundamentele zwakheden ontdekt. In aansluiting daarop zijn corrigerende maatregelen getroffen bij de betreffende accountantsorganisaties. Ook het NIVRA is in gesprek gegaan met de betreffende accountantsorganisaties. Het resultaat mag er zijn. In de nieuwsbrief van 8 december staat letterlijk “De accountants zelf reageerden opmerkelijk resoluut op de AFM-kritiek. Ervaren partners zijn uit hun functies gezet, controle- en expertiseteams kregen een nieuwe bezetting. Kennelijk was niet iedereen capabel om de zorgplicht tegenover beleggers te vervullen. De verdedigingslinie dat alle regels zijn nageleefd, hebben accountants blijkbaar opgegeven.” In het beschreven vierluik lijkt het erop dat binnen afzienbare tijd bij de elementen 1, 3 en 4 orde op zaken kan worden gesteld. Blijft opnieuw over dat de regelgevers het nog steeds laten afweten. Ronald van de Langenberg heeft gelijk als hij stelt dat het allemaal nog jaren zal gaan kosten. Van NIVRA, de acountantsorganisaties en AFM mag worden verwacht dat ze binnen hun mogelijkheden in onderlinge samenwerking de grote lekken gaan dichten. *NIVRA met een update van de Visie op externe verslaggeving, waarin niet alleen staat hoe goede zaken eruitzien, maar vooral welke zaken een absolute belemmering zijn voor de goede werking van de drie thema’s; die zaken zullen dus sterk moeten worden afgeraden. *De AFM, die moet onderkennen dat een beroep op correcte naleving van alle regels niet voldoende is en dat het gedogen van praktijken die het realiseren van de drie kerneisen onmogelijk maken zo snel mogelijk moet worden onmogelijk gemaakt. Een gezamenlijk advies van NIVRA en AFM aan de wetgevers zal wellicht resultaat opleveren Dan zijn we terug bij de Heer v.d. Grinten die stelt “De oplossing ligt niet zozeer op accountsniveau alswel op toezichtniveau”.. Misschien met nog wat meer ambitie: de oplossing ligt bij een frontale gezamenlijke aanval van NIVRA en AFM met daarbij serieuze naleving van de Code of Ethics. door de controlerende accountants. Ik ben benieuwd naar de datering van de Nieuwsbrief waarin de successen worden beschreven. Met vriendelijke groet, Jan Weezenberg

Ronald van de Langenberg

Dat het in deze discussie besproken probleem blijkbaar niet aangepakt wordt is niet toe te schrijven aan te weinig kennis, inzicht en pragmatisch denken. Maar waaraan dan wel ? Als ik een poging vanuit praktische invalshoek mag doen: defecties aan de vrije markt ? Immers als er nu een accountant van formaat bij bank A gaat eisen dat alle off-balance constructies op de balans moeten komen, dan gaat hij zijn klant ernstig duperen. Het (zichtbare) risicoprofiel stijgt, de financieringslasten gaan omhoog en zijn klant komt op serieuze achterstand ten opzichte van zijn concurrenten. Dit dilemma roept paralellen op aan bijvoorbeeld de milieu-problematiek (en andere maatschappelijke problemen). Als wij hier aan zeer strenge milieu-eisen, ARBO-voorschriften etc etc moeten voldoen, en in China/India niet, dan gaan we het vroeg of laat op kostprijzen verliezen van deze landen. Deze defecties van de vrije markt kunnen alleen op internationaal niveau met verdragen worden afgedwongen of door brede maatschappelijke beïnvloeding vanuit de consument (de groene Sinterklaas, de Brent Spar-affaire van Shell etc.) Dit laatste zie ik niet gebeuren als het gaat om het stoppen van off balance financiering.

Jan Weezenberg

Beste allen, Zojuist gelezen in onze nieuwsbrief van vandaag: Limperg Penning voor hoogleraar Jan Bouwens 26 november 2009 - Tijdens de Accountantsdag op woensdag 25 november 2009 heeft Jan Bouwens, hoogleraar Accounting aan de Universiteit Tilburg, de Limperg Penning ontvangen uit handen van Tom Groot, voorzitter van het Limperg Instituut. De Limperg Penning is een jaarlijkse prijs voor een wetenschapper die zich buitengewoon verdienstelijk heeft gemaakt voor het vakgebied Accounting en Accountancy. Jan Bouwens is (ten slotte) zeer actief in het dichter bij de praktijk brengen van wetenschappelijke inzichten door zijn vele publicaties in dagbladen en professionele tijdschriften. Bouwens publiceert met enige regelmaat ook in 'de Accountant' en op Accountant.nl. citaat n.a.v. zijn artikel in De Accountant van december 2008: Hoogleraar accounting Jan Bouwens pleitte al in december 2008 in 'de Accountant' voor een verbod op off balance methoden : "Bezittingen waar de bank risico over loopt moeten te allen tijde zichtbaar blijven". NUL reacties Waarvan akte. Martin levert een positieve bijdrage met zijn genuanceerde en pragmatische aanbevelingen. Dat het in deze discussie besproken probleem blijkbaar niet aangepakt wordt is niet toe te schrijven aan te weinig kennis, inzicht en pragmatisch denken. Maar waaraan dan wel ? Vriendelijke groet, Jan Weezenberg

Martin

Beste allen, Ik denk dat wij ons eerst moeten afvragen in welke sectoren met name een verminderd inzicht ontstaat als gevolg van off-balance producten/constructies. De financiële sector is dan één van de belangrijkste omdat we, ook al zouden deze producten goed worden omschreven, niet eens meer begrijpen wat er gebeurt. Het risico van banken hangt in mijn beleving samen met een aantal elementen welke een zwaar negatief of positief effect zouden kunnen hebben op toekomstige resultaten. Deze elementen zouden uitgedrukt kunnen worden in een mate van volatiliteit. Zodoende kun je met enkele kengetallen meer inzicht krijgen in het risicoprofiel van een financiële instelling. Hierbij valt te denken aan rente(Euribor) volatiliteit, koers (EUR/DOL) volatiliteit, en beurs (AEX/NASDAQ/DOW JONES) volatiliteit. Deze kengetallen welke vergelijkbaar zijn zouden in ieder geval meer informatie geven over de off-balance constructies. Daarnaast zijn er natuurlijk andere, mogelijk ook kleinere, organisaties waar off balance mogelijkheden een compleet verkeerd beeld geven van de werkelijkheid. Hierbij valt te denken aan notaris- en deurwaarderskantoren, maar ook aan foutieve interpretatie van off balance constructies. Iedereen kent het 'operational lease' contract, terwijl uit toetsing al direct blijkt dat feitelijk sprake is van economisch eigendom. Kortom nog een lange weg te gaan !

van der grinten

Vlak na de val van Lehman speelde de discussie op internationaal vlak binnen de accountantsgelederen of zij (mede) schuldig waren aan deze crisis (mede gerelateerd aan off balance structuren). Mijn recatie daarop als internationaal fiscalist was en is dat de accountant niet veel te verwijten valt. Hij heeft immers deze structuur niet opgezet. Daarnaast speelt dit probleem voor velen binnen de accountancy helemaal niet. Alleen de grote jongens komen ermee in aanraking en die hebben weldegelijk vragen gesteld. Waar had het wat strenger gemogen? Op DNB niveau; als de structuur in NL wordt geplaatst en bij een trustkantoor eindigt (er staat voor vele duizenden miljarden off balance op bepaalde adressen) dan krijgen deze structuren standaard een vrijstelling voor de Wtk (nu Wft). Daarmee ontneemt DNB zichzelf de middelen om inzicht te krijgen in de onderliggende waarde en de samenhang van de risico's. DNB stelt dat zij geen zicht heeft op bijvoorbeeld een van oorsprong Amerikaanse poretfeuille die vervolgens hier op de markt is gebracht via een off balancestructuur. Ik durf te stellen dat zij weldegelijk dat inzicht had kunnen verkrijgen door geen vrijstelling van toepassing te verklaren. De oplossing ligt niet zozeer op accountsniveau alswel op toezichtniveau. Daarnaast valt de advocatuur en de fiscalisten veel meer te verwijten maar uit hun hoek is helemaal geen mea culpa gekomen, niets voor zover bij mij bekend.

Jan Weezenberg

Beste allemaal, Pour discuter il faut être d’accord. Theode Boer geeft in het boek Pleidooi voor interpretatie (Uitg. Boom, 1997) hierbij als toelichting ‘er is altijd een gedeeld bestand van voor-meningen of voor-oordelen in discussies’. Zo ook hier. Marc van Hilvoorde stelt : er is een onderkend manco in de verslaggeving, daarnaast zijn accountants te weinig actief om daar wat aan te doen. Piet geeft aan het niet eens te zijn met het tweede, maar is het dus eens met het eerste. Ook gezien de andere opvattingen is nu iedereen het eens met de gedachte dat off balance methoden leiden tot kwalitatief slechte verslagen, die een verkeerd beeld presenteren. Arie W. Schmidt geeft aan dat niemand twee heren kan dienen. Daarom zal er van de kant van de accountants weinig of geen verzet komen tegen de regels die het manco in de verslaggeving veroorzaken. Ik trek dan als conclusie: de enige club die er wat aan kan doen is de regelgever, want die heeft de macht om de verkeerde praktijken te verbieden. Piet plaatst hier een zeer belangrijke opmerking: niet zomaar iets verbieden, maar met kennis van zaken een en ander in orde brengen. Jan Weezenberg stelt in zijn bijdrage de regelgevers hebben geen flauw benul van de essentie van informatieverzorging’. Niemand heeft deze stelling weersproken. Als ik dan kijk naar de instituten die zich bezig houden met de regelgeving (IFRS, FASB, RJ, GAAP, allemaal met eigen commandanten) dan is er voor het bijbrengen van de noodzakelijke kennis geen schijn van kans omdat bij al deze clubs de elementaire kennis van boekhouden, bedrijfseconomie en informatieverzorging ontbreekt. Fou-Khan Tsang pleit in zijn column in Accountancynieuws van 20 november 2009 voor een opwaardering van het vak AO/IB, want als je niet weet hoe een organisatie in elkaar steekt hoe kun je dan controleren. En dan moet er ook meer aandacht komen voor businessmodelering en de gevolgen daarvan op AO/IB, kortom terug naar de basis . Ik neem deze aanpak graag over met betrekking tot bedrijfseconomie en boekhouden. We hebben het dan alleen pas over de Nederlandse opleidingen. In Wikipedia staat glashelder wat een balans is en welke posten daarvan bij welke andere posten horen. Calculatiegrondslagen als voorzichtigheidsprincipe, realisatieprincipe , gouden balansregels moeten aangepast aan moderne situaties weer worden toegepast. Tenslotte: Om in een Bijbeltekst inspiratie te vinden zouden we over de regelgevers kunnen zeggen Heer vergeef het hen, want zij weten niet wat zij doen. Een Nederlandse cabaretier maakte daarvan Heer, vergeef het hen maar niet, want ze weten donders goed wat ze (verkeerd) doen. Het enige wat er dan overblijft is een formeel verbod door wetgevers (Nederland, Europa) van de kwalijke praktijk. En dan is dat gelukkig niet zo maar ! Maar wie gaat de kat de bel aanbinden ? Vriendelijke groet,

Arie W. Schmidt

De bijdrage van de heren Paape en Piet wakkeren het beeld aan dat de openbare accountant die zich pleegt te positioneren als vertrouwensman van het maatschappelijk verkeer aan het infuus ligt, of wellicht al is overleden. Hoewel er in Matteus 6 reeds voor werd gewaarschuwd dat niemand twee heren kan dienen, laveert de accountant tussen de belangen van de onderneming, die van zichzelf en tot slot die van het maatschappelijk verkeer (weet wat je zegt, zeg niet wat je weet, wiens brood men eet, diens woord men spreekt, enz.) De accountant wordt wel betaald door de onderneming (aandeelhouders) maar staat in dienst van het maatschappelijk verkeer. De accountantswereld weet zich evenwell verzekerd van een wettelijk gegarandeerde basis voor de afzet van haar controle activiteiten, wat op een belangrijke bron van inkomsten neerkomt Een comfortabele uitgangspositie die principiele discussies niet aanmoedigt. Het verwijzen naar andere professies is bepaald geen sterk argument voor eigen gebreken. Tot slot wat de huidige hoogleraren met hun lucratieve, prestigieuze bijbanen betreft, zou het feit, dat dezen veelal partner e.d. bij de big four zijn, geen rol spelen in het niet uitdiscusseren van reeds vele jaren lopende conflicten en met het oog op claims e.d. (belangenverstrengeling)?

Jan Wietsma

Toch ben ik dan wel benieuwd naar de onderbouwing van deze quote van piet: "Ik kan je wat andere voorbeelden geven, heel wat beter, positiever en constructiever voor iedereen. " Wie A zegt moet dan ook B zeggen.

piet

Beste allen, Jan Weezenberg verdient waardering voor het aanzwengelen van een blijkbaar interessante discussie (zelfs al is die van alle tijden). Met Marc ben ik het deels niet eens: het enkele feit dat deze discussie onder andere hier gevoerd wordt, illustreert m.i. dat (ook) accountants zich juist wél druk maken over deze kwestie. En mijn excuses als ik me niet goed heb uitgedrukt, het is niet mijn bedoeling jou of anderen treurig te stemmen: ik zei nergens dat het mag omdat anderen het ook doen. Ik pleit slechts voor een zinvolle, constructieve discussie. Ik pleit voor nuance. Ik pleit voor inhoud. Ik pleit voor argumenten. Ik pleit voor kennis (in de -illusoire?- hoop dat die ooit nog eens tot wijsheid leidt). Niet om het simpelweg roepen dat (alle) off balance constructies niet meer zouden mogen. Mijn stelling: er is al genoeg regelgeving. De kennis, toepassing, naleving en handhaving, daar zit misschien een probleem? Ik zou deze discussie graag uitgebreider voeren, maar deze plaats en deze manier zijn daar niet bijster geschikt voor. (en met agrariërs is niets mis)

jan weezenberg

Geachte Piet, Als elk mens met gezond verstand (ook buiten de agrarische wereld) inderdaad weet dat je op basis van een balans geen belangrijke beslissingen moet nemen, waarom is er dan zoveel inspanning door de regelgevers om tot transparantie en fair value etc. te komen Kan het zijn dat er geen andere (betrouwbare) informatie beschikbaar is voor het nemen van beslissingen door de stake holders ? Als dat zo is heeft Marc van Hilvoorde volkomen gelijk. Er is een erkend manco en dat wordt getolereerd. Vriendelijke groet, Jan Weezenberg

Marc van Hilvoorde

Beste Piet, Het betoog van de heer Weezenberg is gericht op een erkend manco in de verslaggeving. In mijn beleving vraagt hij zich terecht af waarom accountants -als belangrijke beheerders van verslaggeving- zich niet druk maken om dit manco. Niet negatief en alleszins redelijk. Van een opmerking dat het mag omdat anderen het ook doen word ik eerlijk gezegd veel treuriger.

marcel

Beste Piet, die laatste voorbeelden zou ik graag horen. Maken je reactie sterker!

piet

Ik vind je artikel negatief, tendentieus, weinig constructief. Ieder boeren*** weet dat je geen (belangrijke) beslissingen op een balans kan en mag baseren. Ruding is geen boeren***, dus hij weet dat ook. Met off balance constructies op zich is niets mis, en ook niet met het off balance houden ervan. Ter illustratie: mijn huis staat bij mij op de balans, DUS is het een off balance item voor de bank. Is daar iets mis mee??? Of moeten ze mijn huis op hun balans zetten??? En: als zelfs de overheid grote off balance transacties pleegt (cashflow swap als steun aan ING), waarom zouden bedrijven, banken, burgers dat dan niet mogen? De moeilijkheid, en dáár zou je het juist over moeten hebben, is bepalen wat wanneer als on/off balance behandeld zou moeten worden. Richt je daar dan op. Waarom altijd dat negatieve zelfbeeld als zouden accountants een trieste rol spelen. Ik kan je wat andere voorbeelden geven, heel wat beter, positiever en constructiever voor iedereen.

Leen Paape

Beste Jan Op zijn minst één reactie op jouw bijdrage. Inderdaad, accountants blinken - net zoals vele andere professies - niet uit in zelfkritiek en zijn terughoudend in het actief meedoen aan een maatschappeijk debat. Immers, je kunt wel eens op tenen gaan staan en als dat de tenen van een (potentiële) klant of belanghebbende is, dan is voorzichtigheid geboden. Wat overblijft zijn dan enige dissidenten, gepensioneerden en academici (en van die laatste nog maar een kleine deelverzameling) die dat probleem minder ervaren. Deze bijdrage komt dus ook uit één van de hierboven genoemde categorieën. Er is een tijd geweest dat hoogleraren zeer actief discussieerden over waarderingsgrondslagen en verslaggevingsvraagstukken maar de belangen zijn wellicht - net als in het moderne voetbal - te groot geworden. En ja, ik vind ook dat off balance constructies verboden zouden moeten worden. Nu maar hopen dat er nog wat accountants uit de praktijk van het volle leven zich ook laten horen. Ik ben geen doemdenker maar ben benieuwd of jouw bijdrage meer reacties tot gevolg zal hebben.

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.