Opinie

Mededinging in de auditmarkt

Dezer dagen worden wij regelmatig geconfronteerd met termen als 'too big to fail', en 'moral hazard', en wordt de vraag gesteld naar de effectiviteit van het toezicht op de financiële sector. Aangezien deze sector wordt gedomineerd door een beperkt aantal zeer grote partijen, ontstaan er onbeheersbare en maatschappelijk onacceptabele risico's. De toezichthouder moet buitengewoon omzichtig te werk gaan, om de stabiliteit van het systeem niet in gevaar te brengen.

Recent heeft de gouverneur van de Engelse centrale bank, Mervyn King, daarom opgeroepen deze  'systeembanken' op te breken in kleinere eenheden. Eerder liet Wouter Bos een soortgelijk geluid horen.

Naast de risico's voor de stabiliteit speelt ook het belang van een gezonde concurrentie in de markt. Bijna dagelijks lezen wij in de krant over de inspanningen van commissaris Neelie Kroes om te voorkomen dat de (Nederlandse) markt voor financiële instellingen wordt gedomineerd door een te klein aantal partijen.

Des te meer steekt het dat voor systeemrisico's en mededinging in de auditmarkt geen politieke aandacht schijnt te zijn. De dominantie van een (te) klein aantal partijen op een markt voor maatschappelijk belangrijke diensten zoals auditdiensten, is toch zorgwekkend.

De markt voor OOB-controles (Organisaties van Openbaar Belang) kent veertien aanbieders (vergunninghouders). In een recent onderzoekje door 'de Accountant' (april 2009) blijkt echter dat in omzet gemeten nagenoeg honderd procent van de OOB-controles bij de big four zit. In de OOB markt doen die andere tien aanbieders dus niet mee.

Niet verwonderlijk dat een Europese topambtenaar in hetzelfde nummer van 'de Accountant' uitspreekt dat er te weinig internationale kantoren op de auditmarkt actief zijn. Uit hetzelfde onderzoek blijkt voorts dat het marktaandeel van de big four in de top van de niet-beursgenoteerde auditmarkt (de veertig grootste bedrijven) in omzet gemeten eveneens boven de 95 procent  uitkomt. De concentratie beperkt zich dus geenszins tot de markt voor internationale audits.

Dat brengt mij tot de vraag welke gevolgen een dergelijke concentratie in de auditmarkt heeft voor de effectiviteit van het toezicht, en of er in deze markt sprake is van 'moral hazard'? Naar analogie van de markt voor financiële diensten: wat zou er gebeuren als de toezichthouder twijfels zou ventileren aan de kwaliteit van één van de big four kantoren? En wat zou er gebeuren als er een grote claim tegen één van de big four boven de markt zou hangen? Zou bijvoorbeeld een overheid niet ingrijpen, uit angst dat zo'n kantoor zou omvallen?

De gevolgen voor de mededinging zijn bekend. Financiële instellingen hebben niet eens de keuze uit vier accountants - ze komen niet verder dan twee. De auditmarkt voor beursfondsen is zo goed als gesloten. Het is eigenlijk verbazend dat Brussel dit tolereert.

In augustus van dit jaar maakte de AFM de kostenregeling voor het doorlopend toezicht (2009) bekend. Deze legt aan de kleine spelers op de OOB-markt een omzetheffing op van vijftien procent (u leest het goed) voor het doorlopende toezicht, tegenover 0,1 procent (dat leest u ook goed - het scheelt een factor 150) voor de grote spelers (de big four).

Mij is niet bekend waarom de beroepsorganisaties dit hebben laten passeren. Het oligopolie van de big four wordt er alleen maar door versterkt!

Mij spreekt het idee van Mervyn King wel aan.

Wat vindt u van deze opinie?

Reageer Spelregels debat

Joop Anemaet is directeur van Menon Consultants en externe compliance officer bij enkele mkb-accountantskantoren.

Gerelateerd

reacties

Reageren op een artikel kan tot drie maanden na plaatsing. Reageren op dit artikel is daarom niet meer mogelijk.

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.