Onzorgvuldige wetgeving?
In de loop van de tijd zijn accountantsverklaringen toegenomen in omvang, maar ook in aantal. Momenteel staat volgens de website van het NIVRA de teller op vele tientallen verklaringen, waarbij de rapportages voor overeengekomen specifieke werkzaamheden nog niet eens zijn meegeteld.
Soms verdwijnen er één of meer verklaringen naar aanleiding van gewijzigde wetgeving. Het NIVRA spant zich terecht in om de verklaringen te laten aansluiten op de bestaande wetgeving. Maar soms valt dat niet mee. Een voorbeeld van hoe het niet moet is het volgende.
In het voorstel 31058 inzake Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht vervalt de accountantsverklaring bij oprichting van de besloten vennootschap, wanneer de volstorting van aandelen plaatsvindt in natura.
In het op 25 januari 2005 door de Tweede Kamer aangenomen Wetsvoorstel Personenvennootschappen is er aandacht voor de overgang van de Openbare Vennootschap met Rechtspersoonlijkheid (OVR) naar de BV. In dit voorstel is opgenomen dat bij de omzetting van een OVR in een BV er wél een accountantsverklaring moet worden afgegeven dat aan de kapitaalseisen is voldaan.
Wat mij betreft gaat het hier over één zaak, namelijk de oprichting van een BV. De weg ernaar toe is verschillend, maar dat maakt inhoudelijk voor crediteurenbescherming verder geen significant verschil, omdat de kapitaalseisen gelijk blijven. Daarom zijn de verschillende wettelijke regelingen rond de afgifte van een inbrengverklaring niet nodig.
Wat mij betreft pakt de wetgever de handschoen op om deze onzorgvuldigheid alsnog te corrigeren.