Naming and shaming: goed idee
De VVD in de Tweede Kamer heeft Fred Teeven gepleit voor het publiceren van door de tuchtrechter veroordeelde accountants op internet. Het NIVRA ziet daar weinig in, omdat het vaak om relatief milde sancties zou gaan.
Naar mijn mening is dat echter een weinig ter zake doend argument. Wel is uiteraard altijd wenselijk om de aard van de overtreding en de opgelegde sanctie toe te lichten, zodat de ‘mildheid' van sanctie en vergrijp in het juiste perspectief kunnen worden geplaatst. Ook is belangrijk dat slechts veroordeelde collega's dit lot treft: het mag niet gaan om verdenkingen maar moet zich beperken tot juridisch bewezen feiten.
Maar verder is naming and shaming nog niet zo'n slecht idee. Vanuit wetenschappelijk perspectief is de kwaliteit van de beroepsuitoefening voor een professie als geheel gediend met community control. Dit veronderstelt dat falende collega's door hun vakbroeders worden gedisciplineerd.
Wetenschappers - zoals Oliver Williamson, grondlegger van de transactiekosteneconomie - geven aan dat dit alleen werkt als er sprake is van een werkelijk negatieve invloed op de reputatie van degene die een misslag heeft begaan en wiens naam vervolgens wordt gepubliceerd. Daartoe is weer noodzakelijk dat die informatie een zo groot mogelijke verspreiding krijgt, zodat het ‘publiek' weet wie welke misslag heeft begaan en wat de sanctie daarvoor was.
Belangrijker is dat de afschrikwekkende werking van een dergelijke publicatie een nog hogere druk legt op de professie als geheel en de beroepsbeoefenaars om zorg te dragen voor een kwalitatief hoogwaardige dienstverlening.
Het achterliggende idee is dat hoe meer druk wordt uitgeoefend hoe beter dit is. De theorie voorspelt daarom ook dat externe accountants hun werk beter zullen doen dan interne collega's; de druk is nu eenmaal veel hoger en de reputatieschade bij een misslag is groter. Mutatis mutandis zijn ze ook een stuk duurder, maar daar krijg je dan ook meer kwaliteit voor.
Het bijzondere is echter dat Williamson in 1985 schreef dat het verspreiden van informatie over misslagen en sancties een kostbare zaak zou worden. In die tijd was dat zeker waar, maar dankzij internet is dat probleem opgelost: het is slechts een kwestie van een druk op de knop.
Uiteraard is het denkbaar dat de reputatie grotere schade wordt berokkend dan de misslag rechtvaardigt. Het probleem is dat dit vooraf niet valt te beoordelen maar pas achteraf kan worden vastgesteld. Wellicht is het een idee om ‘naming and shaming' via internet gedurende een aantal proefjaren toe te passen en daarna te evalueren.
De slotvraag is dan of, als buitenproportionele schade aan het imago van veroordeelde collega's blijkt te zijn toegebracht, dit voldoende rechtvaardiging vormt om er helemaal niet aan te beginnen.
Mijn antwoord op deze vraag luidt: nee. Onze professie dient daarvoor een te groot maatschappelijk belang. Tenzij we dat laatste ter discussie willen stellen natuurlijk.
Gerelateerd
Hoe zit het nu juridisch?
Is er sprake van tuchtrechtelijke bescherming, bij het door accountants volgen van aanwijzingen van de beroepsorganisatie?
OM betaalt schikking aan Stibbe en Box vanwege schenden verschoningsrecht
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft een schikking getroffen met vermogensbeheerder Box en advocatenkantoor Stibbe. In ruil daarvoor staken Box en Stibbe alle juridische...
Interessante visies op Wwft-meldplicht bij Accountantskamer en CBb
Recent heeft het CBb een uitspraak gedaan in een beroepsprocedure naar aanleiding van een tuchtzaak tegen een accountant bij de Accountantskamer. In dit artikel...
'Historische zitting' Accountantskamer raakt vooral positie AFM-accountants
De tuchtzaak tegen twee accountants van de Autoriteit Financiële Markten (AFM), aangespannen door investeringsfonds Momentum Capital (MC), lijkt vooral van principieel...
AFM laat eigen accountants niet bungelen in Zwolle
Voorzitter Laura van Geest van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft de Accountantskamer in Zwolle een brief gestuurd, ter ondersteuning van twee AFM-accountants....