Minister Heinen stuurt wetsvoorstel over contant geld naar Tweede Kamer
Omdat contant geld een belangrijke maatschappelijke functie heeft, moet het voor iedereen beschikbaar, bereikbaar en betaalbaar blijven. Minister Eelco Heinen (Financiën) heeft daarover het wetsvoorstel chartaal betalingsverkeer naar de Tweede Kamer gestuurd.
De nieuwe wet verplicht grote banken om een landelijk dekkend netwerk van geldautomaten in stand te houden. Dit betekent dat er binnen een straal van vijf kilometer een werkende geldautomaat te vinden moet zijn. Op dit moment gelden daarvoor vrijwillige afspraken, maar dit blijkt niet voldoende om de bereikbaarheid van contant geld in de toekomst te kunnen garanderen. De Nederlandsche Bank (DNB) gaat toezicht houden op de naleving.
"Voor een grote groep mensen is contant betalen belangrijk, omdat ze moeite hebben om de weg te vinden in het digitale betalingsverkeer of omdat ze om andere redenen liever contant betalen", aldus minister Heinen. "Ook bij een pinstoring is het belangrijk om contant geld te hebben. Daarom moet contant geld toegankelijk blijven. Met deze wet wordt dit geregeld." De wet regelt dat ook in de toekomst geen tarieven morgen worden doorberekend aan particuliere klanten van grote banken bij het opnemen van contant geld. Voor andere betaalrekeninghouders, zoals ondernemers, gaan maximumtarieven gelden.
Geld storten
Daarnaast moeten klanten van zowel grote als middelgrote banken voortaan bankbiljetten kunnen storten bij geldautomaten. Voor particulieren wordt dit kosteloos. Banken kunnen hiervoor gebruikmaken van het geldautomatennetwerk van Geldmaat. De stortverplichting gaat gelden voor middelgrote banken met meer dan vijfhonderdduizend klanten. Kleine banken zijn uitgezonderd.
De Tweede Kamer heeft onlangs een voorstel aangenomen voor een nationale acceptatieplicht van contante betalingen tot 3.000 euro. De Eerste Kamer moet nog over het voorstel stemmen. Op dit moment wordt in kaart gebracht welke uitzonderingen nodig zijn, bijvoorbeeld vanwege veiligheid.
De Kamer dringt er al langer op aan dat de dienstverlening vanuit de snel digitaliserende financiële sector minder vrijblijvend moet worden.