Nieuws

Vernieuwing wetenschappelijk onderzoek gaat te langzaam

Vernieuwingen die ervoor moeten zorgen dat werken in de wetenschap aantrekkelijk blijft, komen maar langzaam op gang. Onderzoekers worden nog altijd vooral beoordeeld op hun onderzoek en zijn ontevreden over de ruimte die ze krijgen om zich te ontwikkelen op andere kerntaken.

Dat constateert het Rathenau Instituut in het rapport Balans van de wetenschap, waarin het instituut meldt hoe de Nederlandse wetenschap ervoor staat ten opzichte van de doelstellingen die de overheid heeft gesteld.

Landelijk programma

Vijf jaar geleden startte een landelijk programma waarmee onderzoekers meer ruimte moesten krijgen om zich ook op andere vlakken te ontwikkelen, zoals onderwijs of management. Maar volgens het Rathenau Instituut kreeg dat programma nog niet overal voet aan de grond.

Veel onderzoekers zeggen nog steeds vooral te worden beoordeeld op "traditionele criteria zoals excellent onderzoek". Andere taken, zoals het geven van onderwijs, zouden ondergewaardeerd worden. Ook blijft het aandeel docenten dat een onderwijsbevoegdheid heeft, steken op zestig procent.
Het aantal wetenschappelijk medewerkers aan universiteiten steeg de afgelopen jaren met 22 procent naar bijna 32.000.

Oude gewoonten

Volgens onderzoekscoördinator Alexandra Vennekens van het Rathenau Instituut blijft de wetenschap nog "te veel hangen in oude gewoonten, waarbij het vooral draait om peer reviewed onderzoek". Terwijl het, nu de personeelsinstroom is toegenomen, belangrijk is om talenten vast te houden. Dat zou bijvoorbeeld kunnen "door ze mogelijkheden te bieden om zich verder en breder te ontwikkelen als het gaat om teamprestaties, leiderschap en management", aldus Vennekens.

Jonge onderzoekers zijn volgens het Rathenau Instituut ook vaak onzeker door competitie, tijdelijke contracten en relatief slechte doorstroommogelijkheden. Hierdoor ervaren ze meer werkdruk. Daarnaast werkt ruim een kwart van de onderzoekers en docenten aan universiteiten wekelijks flink over.

Kleine verbeteringen

Het instituut constateert wel "kleine verbeteringen" ten opzichte van de vorige keer dat het onderzocht hoe de Nederlandse wetenschap ervoor stond, in 2020. Toen had bijvoorbeeld 27 procent van de onderzoekers een tijdelijk contract, tegenover 24 procent nu. En hoewel Nederland wat betreft het aandeel vrouwelijke wetenschappers onder het Europese gemiddelde blijft, nam dat aandeel wel toe van 27 procent naar 30 procent.

Ook is de kwaliteit van de Nederlandse wetenschap nog altijd hoog en nam het aantal wetenschappelijke medewerkers aan universiteiten de afgelopen jaren fors toe, doordat de overheid meer geld over had voor onderzoek. Het publiek vertrouwen in de wetenschap is internationaal gezien gemiddeld. In West-Europa geeft gemiddeld 59 procent van de respondenten aan veel vertrouwen te hebben in de wetenschap, in Nederland ligt dat percentage op 57 procent.

Vierde editie

Het is de vierde editie van Balans van de wetenschap die het Rathenau Instituut publiceert. De eerste verscheen in 2016 als gezamenlijk initiatief van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen, de Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie en het Rathenau Instituut.

De jongste editie werd opgesteld voor de publicatie van het hoofdlijnenakkoord van het kabinet-Schoof, waarin stevige bezuinigingen in onderwijs en onderzoek zijn aangekondigd.

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.