Nieuws Vandaag

Nieuwe EY-topvrouw kiest voor minder bureaucratie, in plaats van splitsing

De nieuwe topvrouw van EY Global, Janet Truncale, zet in op minder bureaucratie binnen de internationale organisatie van EY. De opvolgster van Carmine di Sibio gaat vooralsnog niet uit van het opnieuw werken aan een splitsing van EY.

Dat meldt de Britse zakenkrant Financial Times, onder meer op basis van een webcast van de topvrouw met de 14.000 EY-partners wereldwijd. Truncale, de nieuwe global chief executive van EY, zet het mes in het toezicht vanuit EY Global op de verschillende landenfirma’s. Dat moet de organisatie flexibeler maken.

Bestuurslagen

Truncale erkende in de webcast dat de issues die eerder speelden rondom de geplande splitsing van EY nog steeds actueel zijn, maar zei dat een splitsing niet meer aan de orde is. Wel wil zij werken aan veranderingen in de aansturing van de landenfirms vanuit EY Global.

De memberfirms storen zich soms aan de verschillende bestuurslagen. De Amerikaanse EY-organisatie had bovendien moeite met de hoge kosten van de activiteiten van EY Global, die vorig jaar 6,4 miljard dollar bedroegen; bijna 13 procent van de mondiale omzet EY, zo schrijft de FT.

Truncale onderstreept het vasthouden aan de combinatie van assurance- en adviesdiensten met de aanduiding van de nieuwe strategie, die als "All in" wordt gepresenteerd. Volgens de topvrouw geeft die naam het belang weer van "samenwerken om te slagen".

EY wil nieuwe investeringen doen in services gericht op transformatie en duurzaamheid en wil de managed services business uitbreiden.

Project Everest

Janet Truncale heeft op 1 juli de rol als global chief executive overgenomen van Carmine di Sibio. Hij was de drijvende kracht achter de geplande opsplitsing van EY, een plan dat bekend stond als Project Everest. Dat plan sneuvelde uiteindelijk door tegenwerking van de Amerikaanse EY-organisatie.

Di Sibio benadrukte recent op LinkedIn nog altijd achter de motieven voor het plan te staan. Het heeft de sector wakker geschud, stelde hij, wat onder meer heeft geleid tot de snelle opkomst van private equity. Het project kostte EY wereldwijd uiteindelijk zo'n 600 miljoen dollar.