Nieuws

AFM: Rvc's bij accountantsorganisaties hebben impact, maar invloed verschilt

De raden van commissarissen (rvc's) bij oob-accountantsorganisaties hebben zeker impact, maar de mate van invloed verschilt. Dat komt mede door "uitdagingen" in het besturingsmodel van de accountantskantoren.

Een en ander blijkt uit verkennend onderzoek van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) naar de rvc's van de zes kantoren met vergunning voor het mogen controleren van organisaties van openbaar belang (oob’s). Bij die organisaties is onafhankelijk intern toezicht via een rvc sinds 2018 verplicht.

De impact van de rvc's is onder meer zichtbaar in de agendering van het bestuur van de accountantskantoren, de aansturing op kwaliteit, de verbetering van kwaliteitswaarborgen en de aandacht voor ontwikkeling en leiderschap van accountants.

Feuilleton

Het onderzoek naar impact en werkwijze van de rvc's refereert aan eerder onderzoek van de toezichthouder uit 2018, naar kwetsbaarheden in de structuur van de accountancysector. "De rvc is één van de knoppen om de effecten van die kwetsbaarheden te helpen verminderen", stelt Hanzo van Beusekom, als AFM-bestuurder belast met het toezicht op accountants. Hij omschrijft het jongste AFM-onderzoek als "deel van een feuilleton", waarmee de toezichthouder de kwaliteit van accountantsorganisaties in beeld brengt.

Van Beusekom erkent dat dit onderzoek minder stof zal doen opwaaien dan eerdere onderzoeken naar de controlekwaliteit. Maar dat de AFM naar de werkwijze van de rvc's kijkt is "wel een belangrijk signaal". Alle praktijkvoorbeelden van de toezichthouder zijn vooraf gedeeld met de zes betrokken accountantsorganisaties, zodat die ook van elkaar kunnen leren.

Structuur

De impact van de rvc's verschilt per kantoor, mede als gevolg van de organisatiestructuur waarbinnen de commissarissen functioneren. Zij hebben vaak te maken met de invloed van partners, die zowel medewerker als aandeelhouder van de accountantsorganisatie zijn. "De rvc is daar als laag tussen geschoven", legt Van Beusekom uit. "De rvc als instrument helpt, maar wel in een moeilijke structuur. Onze indruk is dat de impact ook vrij afhankelijk is van de persoonlijke invulling."

"Schadelijke prikkels" in het verdienmodel en de structuur van de kantoren kunnen een goede en consistente kwaliteit van wettelijke controles in de weg staan, concludeerde de AFM al eerder. Ook het internationale netwerk waar een accountantsorganisatie deel van uitmaakt, kan van invloed zijn.

Onderzoek

De AFM-rapportage over het functioneren van de rvc's is zowel gebaseerd op onderzoek naar de notulen en verslaggeving door de rvc's, als op interviews met commissarissen, bestuurders en het internationale netwerk van de kantoren. De focus is daarbij bewust gelegd op de accountantspraktijk en niet op andere disciplines binnen de accountantsorganisaties, benadrukt Berenda Honingh, senior toezichthouder accountantsorganisaties bij de AFM. "Er is doorgevraagd op praktijksituaties en ‘uitgeplozen’ hoe de rvc impact heeft gemaakt."

Zo is onder meer gekeken naar de rol van de rvc bij de selectie van externe accountants van de organisatie en bij de invulling van de compliance functie. Bij de benoeming van bestuursleden zit de rvc "prominent in de driver seat", aldus Honingh. Dat geldt zeker bij accountantsorganisaties waar de rvc meer formele macht heeft en finale besluitvorming niet meer ligt bij de partnervergadering.

Het onderzoek laat aan de hand van praktijkvoorbeelden zien hoe de rvc’s van de zes oob-accountantsorganisaties werken. Er is niet getoetst aan wettelijke normen, het onderzoek reikt vooral "handvatten" aan.

Nieuwe wet

Volgens de AFM zijn de uitkomsten van het onderzoek ook van belang voor de nieuwe Wet toekomst accountancysector, die door minister Hoekstra eerder ter consultatie is voorgelegd. In die wet wordt voorgesteld om ook bij grotere niet-oob-accountantsorganisaties een rvc verplicht te stellen, met bovendien een steviger rol voor die rvc. "De wet codificeert wat je bij sterkere rvc's al ziet en is een steun in de rug voor rvc's bij sommige kleinere organisaties, waar het niet vanzelf zal gaan", denkt Van Beusekom. Op basis van de criteria in de nieuwe wet gaat het naar verwachting om zo'n tien tot vijftien accountantsorganisaties die straks ook een rvc moeten instellen. 

De AFM benadrukt dat uitbreiding van het aantal kantoren met een verplichte rvc wel een uitdaging is. Het vinden van geschikte kandidaten is "geen free lunch", de werving behoeft aandacht en kandidaten moeten ook een geschiktheidstoets ondergaan bij de AFM. Bij de toetsing van de rvc’s voor de oob-kantoren is destijds "ook niet iedereen door de hoepel gesprongen", aldus Van Beusekom. Het vraagt "inregeltijd" om een rvc op te tuigen. "Er is nu al reuring in de markt."

Van Beusekom gaat niet nader in op de situatie bij Flynth eerder dit jaar, waar de gehele rvc werd weggestuurd na een intern conflict. "Maar elk onverwacht vertrek van een lid van een raad van commissarissen wordt door de toezichthouder gezien als een belangrijk signaal."

IKO-onderzoek

Het onderzoek naar het functioneren van de rvc's is de opmaat naar een volgend kwaliteitsonderzoek van de AFM, dat in december verschijnt. Daarin wordt specifiek gekeken naar intern kwaliteitsonderzoek (IKO) binnen de oob-kantoren. Bij elk van de zes kantoren zijn daarvoor drie controles beoordeeld, waarbij de AFM haar uitkomsten vergelijkt met de IKO-bevindingen.

Van Beusekom streeft met de reeks rapportages niet primair naar vergelijkbaarheid door de jaren heen, want er wordt naar verschillende elementen gekeken. "Maar het draagt allemaal bij aan de kwaliteitsverbetering."

Gerelateerd

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang elke werkdag (maandag t/m vrijdag) de laatste nieuwsberichten, opinies en artikelen in uw mailbox.

Bent u NBA-lid? Dan kunt u zich ook aanmelden via uw ledenprofiel op MijnNBA.nl.