Nieuws 30 januari 2015

Rabobank schond zorgplicht rond derivaten

In een derivatenzaak met als inzet tientallen miljoenen euro's, is de rechtbank Den Haag van mening dat de Rabobank bij het afsluiten van diverse rentecontracten de zorgplicht heeft geschonden.

Dat stelt de rechtbank in een tussenvonnis dat deze week is gepubliceerd. Vanaf 2006 verkocht de Rabobank vele renteproducten en garantstellingen aan een Rotterdamse vastgoedbelegger en -ontwikkelaar, met vele tientallen miljoenen euro's aan onderliggende waarde. Door de vervolgens gestaag dalende rente dook de marktwaarde van die derivaten diep in het rood. In 2011 was de 'schade' opgelopen tot ongeveer 25 miljoen euro.

De rechtbank bepaalde dat verder onderzoek nodig is voordat een uitspraak kan worden gedaan wie voor die schade opdraait, maar intussen stelt ze vast dat "de bank bij het afsluiten (...) niet is nagegaan of de directeur zich bewust was van de risico's die hij in privé liep en deze overzag".

Verder heeft de bank volgens de rechtbank "ten onrechte nagelaten om bij het afsluiten van de cancellable swap en de extendable swap ondubbelzinnig die afwijkingen van de uitgangspunten van deze renteproducten te bespreken en zich ervan te vergewissen of haar klanten deze renteproducten desalniettemin wilden afsluiten en of zij die uitgangspunten wensten aan te passen".  Met andere woorden: de onderneming sloot (rente) contracten af waarvan men de mogelijke gevolgen niet begreep.  Eind februari wordt de behandeling van de zaak voortgezet.

Tegenover het ANP heeft een woordvoerder van de Rabobank gezegd dat de rechtbank met deze uitspraak "deels de klant en deels de bank in het gelijk stelt". De bank gaat ervan uit op basis van dit tussenvonnis alsnog met de klant tot overeenstemming te komen.