Beursfondsen publiceren jaarcijfers weer wat sneller
Het jaarlijkse onderzoek van Centre Consulting en ConQuaestor naar de publicatiedata van de voorlopige jaarcijfers van de AEX- en AMX-fondsen laat, na een vertraging in het rapporteren van de jaarcijfers over boekjaar 2009, dit jaar een marginale versnelling zien.
Naast de vanzelfsprekende kwaliteit en betrouwbaarheid van de cijfers is er ook weer verhoogde aandacht voor efficiëntere rapportageprocessen en snelheid van publicatie, zo verklaren de onderzoekers de versnelling in het 'hersteljaar' 2010.
AEX
Van de 25 AEX-fondsen hebben zestien bedrijven hun cijfers dit jaar eerder gepubliceerd dan vorig jaar. Gemiddeld waren zij 1,6 dagen sneller. Een iets grotere groep van achttien AEX-fondsen heeft dit jaar ook sneller de accountant weer de deur uit. Deze tijdsbesparing was gemiddeld 3,3 dagen.
ASML wist na negentien dagen zijn voorlopige jaarcijfers te presenteren. De chipmachinefabrikant is daarmee, net als vorig jaar, de snelste. Heineken laat bij de publicatie van de voorlopige jaarcijfers een versnelling zien van zeven dagen en is dit jaar de grootste versneller onder de AEX-ondernemingen. De bierbrouwer heeft in 2010 het Braziliaanse FEMSA overgenomen en besloot volgens een woordvoerder de snellere rapportagetijdslijnen van FEMSA aan te houden voor het publiceren van de voorlopige jaarcijfers.
Doordat het merendeel van de AEX-ondernemingen dit jaar minder tijd nodig heeft om voorlopige jaarcijfers te publiceren, daalt het gemiddelde aantal dagen tot aan publicatie naar 47,8, ten opzichte van 48,9 dagen vorig jaar.
Na het publiceren van de voorlopige jaarcijfers heeft de accountant gemiddeld tien dagen nodig voor het verstrekken van de accountantsverklaring. Het door de accountant goedgekeurde jaarverslag wordt door de AEX-ondernemingen na gemiddeld 58,0 dagen gepubliceerd, tegen 58,9 dagen in 2009.
AMX
Van de 25 AMX-fondsen weten maar liefst twintig bedrijven hun voorlopige jaarcijfers eerder, gemiddeld 2,9 dagen, te publiceren ten opzichte van 2009. Van de AMX-fondsen hebben zeventien bedrijven sneller de accountant weer de deur uit, gemiddeld 6,8 dagen sneller ten opzichte van vorig jaar.
BinckBank laat bij de publicatie van de voorlopige jaarcijfers een versnelling zien van vijftien dagen en is dit keer de snelste onder de AMX-fondsen. In een reactie geeft BinckBank aan dat de versnelling toe te schrijven is aan de keuze om de rapportagetijdslijnen voor het publiceren van de voorlopige jaarcijfers in lijn te brengen met de publicatie van de tussentijdse cijfers gedurende het jaar.
Doordat het merendeel van de AMX-ondernemingen in 2010 minder tijd nodig had om de voorlopige jaarcijfers te publiceren, daalt het gemiddelde van deze ondernemingen naar 57,4 dagen, ten opzichte 58,6 dagen in 2009. Dit ondanks het feit dat Wavin, ASMI en Pharming Group significant meer tijd nodig hadden om hun voorlopige jaarcijfers over boekjaar 2010 te publiceren.
Het door de accountant goedgekeurde jaarverslag wordt door de AMX-ondernemingen na gemiddeld 67,2 dagen gepubliceerd (68,6 dagen in 2009).
Uit de onderzoeksresultaten blijkt verder dat de AEX-fondsen gemiddeld tien dagen sneller zijn met het rapporteren van hun voorlopige jaarcijfers dan de AMX-ondernemingen. Zo heeft ASML, de snelste uit de AEX, maar negentien dagen nodig voor de publicatie van de jaarcijfers, terwijl BinckBank, koploper uit de AMX, hier 38 dagen over doet.
"De oorzaak hiervoor dient gezocht te worden in het feit dat de doorgaans grotere AEX-ondernemingen onder een grotere druk van hun (internationale) omgeving staan en hun afsluitprocessen verder geoptimaliseerd hebben dan de gemiddelde AMX-onderneming. Dit stelt ze in staat om de jaarcijfers sneller te produceren", zegt senior consultant Youssef Annali van ConQuaestor.
Annali: "Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen zijn in de afgelopen jaren hun jaarcijfers steeds sneller zijn gaan rapporteren. Zo lag het gemiddelde van de AEX over het boekjaar 2004 op ruim 55 dagen, waar de AEX-ondernemingen tegenwoordig gemiddeld een kleine 48 dagen nodig hebben. Er zijn sinds 2006 echter geen schokkende veranderingen waar te nemen. Nadat vorig jaar een lichte vertraging was waar te nemen, met name ingegeven door een sterkere nadruk op betrouwbaarheid in plaats van snelheid, is er dit jaar weer een algehele versnelling in de publicatie van de jaarcijfers te zien. Dit wordt natuurlijk gestimuleerd door het feit dat ondernemingen weer goede of herstelde resultaten konden rapporteren."
"In Europa doet Nederland het niet slecht en zijn alleen de Scandinavische landen sneller. Dit is echter geen reden om tevreden te zijn. Ten opzichte van de US100 (gemiddeld 27 dagen in 2009) en de FTSE Global 100 (gemiddeld 34 dagen in 2009) blijft Nederland nog ver achter."