Gepensioneerde accountant moet volledige contributie betalen
NIVRA-leden moeten zelf doorgeven dat zij zijn gestopt met werken, anders komen zij niet in een lagere contributieschaal. Dat
Dertig jaar betaalt zijn baas de NIVRA-contributie. Totdat de registeraccountant op 1 juli 2008 stopt met zijn werk. Toch stuurt het NIVRA de accountant een rekening voor de volle contributie. De accountant verzoekt om in contributieschaal G te worden ingedeeld. Volgens deze schaal betalen leden die niet actief bij het arbeidsproces betrokken zijn een lagere contributie.
Het NIVRA houdt zijn poot stijf omdat in artikel 5 lid 4 van de Wet op de Registeraccountants staat dat leden zelf schriftelijk wijzigingen van beroep of functie moeten doorgeven aan het bestuur. Zij kunnen deze ook zelf elektronisch doorvoeren in de ledenadministratie. Deze verplichting is niet anders als de werkgever de contributie betaalt.
Melding baas niet genoeg
De gestopte accountant heeft niets doorgegeven. Wel heeft de baas vóór de peildatum gemeld dat de accountant daar niet langer in dienst was en de werkgever daarom niet langer de contributie zou voldoen. Volgens de accountant had het NIVRA daaruit moeten afleiden dat hij niet langer behoorde te worden ingedeeld in de contributiegroep van openbare accountants.
Als de accountant bezwaar maakt en het NIVRA-bestuur dat ongegrond verklaart, komt de kwestie bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Het College onderstreept de verplichting voor leden zelf de mutaties door te geven. De melding van de werkgever kan daarvoor niet in de plaats komen. Het NIVRA-bestuur had uit die melding dan ook niet hoeven af te leiden dat de accountant met werken was gestopt.
Geen ontheffing
Het College vindt wel dat het NIVRA een steekje heeft laten vallen. Het NIVRA had het bezwaar van de accountant ook moeten opvatten als een verzoek om ontheffing. Door dat na te laten heeft de beroepsorganisatie in strijd gehandeld met het zorgvuldigheidsbeginsel. Maar omdat het College de rechtsgevolgen van het onzorgvuldige besluit intact laat, schiet de accountant hier niets mee op. Want ook zijn beroep op de hardheidsclausule haalt niets uit.
De accountant voert daarvoor aan dat zijn werkgever dertig jaar zijn contributie heeft betaald, dat de accountant wegens vakantie niet tijdig zelf heeft gereageerd en dat het NIVRA gezien de leeftijd van de accountant had moeten begrijpen dat stoppen bij zijn werkgever ook stoppen met werken inhoudt. Volgens het College had het NIVRA de ontheffing gezien deze omstandigheden in redelijkheid kunnen weigeren.